1 / 22

Personen met verward gedrag

Personen met verward gedrag. 8 april 2019. Verward gedrag. ERVARINGEN?. Mogelijke Oorzaken. Lichamelijke oorzaak (Diabetes bijvoorbeeld) Psychoses (Schizofrenie) Persoonlijkheidsstoornissen Dementie Verslavingsziektes / middelengebruik Autisme LVB Stemmingsstoornissen PTSS.

draughn
Download Presentation

Personen met verward gedrag

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Personen met verward gedrag 8 april 2019

  2. Verwardgedrag ERVARINGEN?

  3. Mogelijke Oorzaken • Lichamelijke oorzaak (Diabetes bijvoorbeeld) • Psychoses (Schizofrenie) • Persoonlijkheidsstoornissen • Dementie • Verslavingsziektes / middelengebruik • Autisme • LVB • Stemmingsstoornissen • PTSS

  4. Persoonlijkheidsstoornissen

  5. Persoonlijkheidsstoornissen zijn de meest voorkomende psychische aandoeningen. Kenmerkend is een star en duurzaam patroon van gedachten, gevoelens en gedragingen dat duidelijk afwijkt van wat gebruikelijk is in de omgeving van de persoon met een persoonlijkheidsstoornis. • Mensen met een persoonlijkheidsstoornis kunnen hun gedrag vaak moeilijk aanpassen aan wisselende omstandigheden. Daardoor ontstaan grote en steeds terugkerende problemen in relaties, werk en het sociale leven. Het lukt ze niet om flexibel om te gaan met wat er in het dagelijks leven gebeurt.  • Het beleven en uiten van gevoelens is vaak verstoord, zij hebben bijvoorbeeld sterk wisselende of te intense emoties. Hierbij komt dat ze vaak problemen hebben bij het beheersen van hun eigen impulsen.  • Mensen met een persoonlijkheidsstoornis ervaren moeilijkheden in contact met anderen en lopen vaak vast op verschillende terreinen van hun leven.

  6. Cluster A • Cluster B • Cluster C

  7. Cluster B persoonlijkheidsstoornissen • ‘Dramatisch cluster’ • Grillig, dramatisch, emotioneel en onvoorspelbaar gedrag staat centraal. • Borderline persoonlijkheidsstoornis • Antisociale persoonlijkheidsstoornis • Narcistische persoonlijkheidsstoornis • Theatrale persoonlijkheidsstoornis

  8. Diagnostiek Interactionele kenmerken • Cluster-B-persoonlijkheden zijn vaak bepalend in contact, of controlerend of overdreven aangepast. • Cluster-B is vaak voelbaar. In hoeverre is de betrokkene mild? (Voel ik me vrij om te vragen wat ik wil?). Is al in de eerste minuten voelbaar. Aanpassingsproblemen op meerdere gebieden • Relationeel • Arbeidsbetrekkingen • Sociaal-maatschappelijk

  9. Borderline Persoonlijkheidsstoornis Ervaringen?

  10. Borderline persoonlijkheidsstoornis • Verwoede pogingen om feitelijke of vermeende verlating te voorkomen. • Een patroon van instabiele en intense interpersoonlijke relaties gekenmerkt door afwisselingen tussen extreem idealiseren en devalueren. • Een identiteitsstoornis: een duidelijken persisterend instabiel zelfbeeld of zelfgevoel. • Impulsiviteit op ten minste twee gebieden, die de betrokkene in beginsel zelf kunnen schaden (geld verkwisten, seks, middelengebruik, roekeloos rijgedrag of eetbuien). • Recidiverende suïcidale gedragingen, gestes of dreigingen, of automutilatie. • Affectlabiliteit als gevolg van een duidelijke reactiviteit van de stemming (bijvoorbeeld episoden van intense somberheid, prikkelbaarheid of angst, meestal enkele uren durend en slechts zelden langer dan een paar dagen). • Chronisch gevoel van leegte. • Inadequate, intense woede of moeite kwaadheid te beheersen (bijvoorbeeld frequente driftbuien, aanhoudende woede of herhaaldelijke vechtpartijen). • Voorbijgaande, aan stress gerelateerde paranoïde ideeën of ernstige dissociatieve symptomen.

  11. Benadering 1. Actief zijn: vertrouwen geven dat je betrokken en geïnteresseerd blijft 2. Verantwoordelijkheid tonen en de patiënt motiveren om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen gedrag 3. Tegelijk authentiek zijn als wel professioneel blijven: jezelf zijn in het contact maar tevens weten waar professionele grenzen liggen en deze respecteren en bewaken 4. Steunen en perspectief bieden: borderline patiënten kunnen verbetering verwachten wanneer zij een actieve rol gaan aannemen. Daarbij kunnen ze rekenen op steun van de hulpverlener. 5. Bedachtzaam zijn; verdraag de hevige emoties van de patiënt en blijf reflecteren op zijn gevoelens door een houding van “niet weten” aan te nemen. 6. Flexibel en pragmatisch handelen: reageren op wat de patiënt oproept en nodig heeft.

  12. Wat is een psychose?

  13. Psychotische ervaringenhttps://www.psychosenet.nl/psychose/wat-is-een-psychose/

  14. Weetjes • Iedereen kan een psychose krijgen. • Vooral jongvolwassenen zijn vatbaar. • Een beginnende psychose kán vanzelf overgaan. • Een psychose verandert de blik op de werkelijkheid. • Hoe eerder de psychose overgaat, hoe groter de kans dat er geen nieuwe komt en de schade beperkt blijft. Bron: GGZ-nieuws, verkregen op 2 september van: http://www.ggznieuws.nl/home/acht-feiten-die-u-moeten-weten-over-psychose

  15. Wat is het? Psychose is een toestand waarbij de cliënt het normale contact met de – door zijn omgeving ervaren – werkelijkheid geheel of gedeeltelijk kwijt is. https://vimeo.com/304461973

  16. Voortekenen van een psychose Voordat de psychose (duidelijk) aanwezig is, zijn er vaak al bepaalde klachten. Dit zijn vaak aspecifieke klachten, zoals: • verminderde concentratie, • moeite hebben met denken, • terugtrekken, • overgevoelig zijn, • minder vrijetijdsbesteding, • minder interesse. Voordat een psychose zich manifesteert, kan er sprake zijn van: • lichte achterdocht, • af en toe een stem horen, en/of • af en toe iets zien wat er niet is (schaduw of lichtflits) Het hebben van deze aspecifieke klachten leidt niet altijd tot eenpsychose

  17. schizofrenie

  18. Het beloop verschilt sterk • In de meeste gevallen kunnen 4 stadia onderscheiden worden: • Premorbide fase • De uitbraak • Een actieve fase • Een late fase

  19. Gevoeligheid + … • Soms door: • Hormonen • Medicatie • Stofwisseling • Trauma • Life-events • Drugs/alcohol • Overvraging • Slaapgebrek • ….. Kwetsbaarheid/ gevoeligheid Stressor(-en)

  20. Bejegening • Afstand/nabijheid • Orde scheppen in de chaos • Niet meegaan in de psychose maar wel begrip tonen • Zorg inschakelen, vergeet de omgeving niet! • Rekening houden met onvoorspelbaarheid en on-invoelbaarheid

  21. Bejegening • Wees eerlijk en open • Creëer zoveel mogelijk rust. • Neem de leiding en wees duidelijk (niet te veel vragen en keuzes). • Bied ruimte om te praten en te ventileren. • Geef iemand ook fysiek de ruimte. • Ga niet in discussie en neem waar nodig afstand. • Zorg goed voor jezelf.

More Related