1 / 67

Infoavond Wijzigingen 2013

Infoavond Wijzigingen 2013. 23/01/2013 Eddy Soenen – E.A. Inspecteur d iensthoofd. BTW aftrek op bedrijfswagens.

idana
Download Presentation

Infoavond Wijzigingen 2013

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. InfoavondWijzigingen 2013 23/01/2013 Eddy Soenen – E.A. Inspecteurdiensthoofd

  2. BTW aftrek op bedrijfswagens “de belastingplichtigestelteengoedterbeschikking van eenzaakvoerder, bestuurder of eenpersoneelslidof gebruiktzelfeengoedvooranderedoeleindendandeze van zijneconomischeactiviteit”

  3. BTW aftrek op bedrijfswagens • PRINCIPE • Op het tijdstip van aankoop (of huur) • Verhouding privé-gebruik – beroepsgebruik vaststellen (max. 50%) • Op basis van raming af te leggen kilometers • ! Privé-gebruik = woon-werkverkeer

  4. BTW aftrek op bedrijfswagens • WERKWIJZE • METHODE 1 Rittenadministratie • Dagelijkse verplaatsingen voor beroepsdoeleinden: • Datum, beginadres, eindadres, km’s per rit, km’s per dag • KM-stand begin en einde van de periode • Per vervoermiddel • Geldt ook als raming volgend jaar Zie cursus pg.9

  5. BTW aftrek op bedrijfswagens • VOORBEELD METHODE 1 • Totale verreden km in 2013: 30.000 km • Beroepsmatige km’s (volgens rittenadministratie): 20.000 km • % Aftrekbare BTW = (20.000/30.000) x 100 = 66 % te beperken tot 50% • Deze 50% aftrekbare btw geldt als raming voor 2014 Zie cursus pg.10

  6. BTW aftrek op bedrijfswagens • METHODE 2 vereenvoudigde formule • % Privé = • % Beroep = 100% - % Privé • Afstand woon-werk = reële afstand in km’s • Totale afstand = afgelegde km’s in jaar (volgens de kilometerteller) • 200 = forfaitair bepaalde aantal gepresteerde werkdagen per jaar • 6000 = forfaitair bepaalde overige privé km’s per jaar • Methode 1 & 2 kunnen gecombineerd worden Zie cursus pg.10-11

  7. BTW aftrek op bedrijfswagens • VOORBEELD 1 METHODE 2 • Afstand woon-werk in 2013 = 25 km • = 64 % • Recht op aftrek: 100% - 64% = 36% • De aftrekbare BTW van 36% geldt als raming voor 2014 Zie cursus pg.12

  8. BTW aftrek op bedrijfswagens • VOORBEELD 2 METHODE 2 • Afstand woon-werk in 2013 = 40 km • = 73 % • Recht op aftrek: 100% - 73% = 27% • De aftrekbare BTW van 27% geldt als raming voor 2014 Zie cursus pg.12

  9. BTW aftrek op bedrijfswagens • METHODE 3 Algemeen forfait • MINIMAAL 4 vervoermiddelen met gebruik voor privé- en beroepsdoeleinden • Beroepsgebruik algemeen forfait = 35 % • NIET combineren met eerste 2 methodes • Toepassen voor een periode van 4 jaar Zie cursus pg.13-14

  10. BTW aftrek op bedrijfswagens • RECHT OP AFTREK GELDT VOOR: • De aankoop of huur van een voertuig • De aankoop van brandstof • De uitgaven voor herstelling en onderhoud • De aankoop van toebehoren • Per vervoermiddel (max. 50%) Zie cursus pg.14

  11. BTW aftrek op bedrijfswagens • CASES • Case 1 • Beschikt in 2013 over 7 voertuigen waaronder twee lichte vrachtwagens • Beroepsmatig gebruik vastgesteld volgens methoden 1 en 2 Zie cursus pg.16

  12. BTW aftrek op bedrijfswagens Zie cursus pg.16

  13. BTW aftrek op bedrijfswagens • Administratie aanvaardt GLOBAAL GEMIDDELDE (mag naar boven afgerond) per categorie van vervoermiddelen: • Aftrek op personenwagens: 38% • Aftrek op lichte vrachtwagens: 49% • Volgens methode 3 zou slechts 35% mogen toegepast worden op alle 7 voertuigen Zie cursus pg.17

  14. BTW aftrek op bedrijfswagens • Case 2 • Beschikt in 2013 over 5 vervoermiddelen: • 2 personenwagens • 1 motorfiets • 1 lichte vrachtwagen • 1 vrachtwagen • Beroepsmatig gebruik vastgesteld volgens methoden 1 en 2 (behalve voor de vrachtwagen -> 100% beroepsmatig) Zie cursus pg.17

  15. BTW aftrek op bedrijfswagens Zie cursus pg.18

  16. BTW aftrek op bedrijfswagens • Aftrek op personenwagens: 32% • Methode 3 kan NIET gebruikt worden omdat:niet MINIMUM 4 vervoersmiddelen met gemengd gebruik (ook privé-gebruik) • Lichte vrachtwagen E is ook 100% beroepsmatig • Blijven slechts 3 voertuigen over (2 personenwagens en 1 motorfiets Zie cursus pg.18

  17. BTW aftrek op bedrijfswagens • Case 3 (met herziening) • Vennootschap koopt in de loop van 2013 een personenwagen – ter beschikking gesteld van de manager: • Aankoopprijs: 50.000 € + 10.500 € BTW • Gemiddeld gebruik adhv rittenadministratie vastgesteld op: • 15.000 km: woon-werkverkeer • 7.000 km: ander privé-gebruik • 8.000 km: beroepsmatige verplaatsingen Zie cursus pg.19

  18. BTW aftrek op bedrijfswagens • % Privé = privé-km’s / totale km’s = = 73% • % recht op aftrek = 100% - 73% = 27% • Recht op aftrek BTW bij aankoop: 10.500 x 27% = 2.835 € • Indien voor het jaar 2014privé-gebruik afwijkt van 2013 (vaststellen per jaar) naar 60% Privé • Herziening voor 2014:= 273 € in het voordeel Zie cursus pg.19

  19. BTW aftrek op bedrijfswagens • Case 4 (met herziening) • Vennootschap koopt in de loop van 2013 een personenwagen – ter beschikking van technisch medewerker • Aankoopprijs: 10.000 € + 2.100 € BTW • Gemiddeld gebruik vastgesteld op: • 15.000 km: woon-werkverkeer • 7.000 km: ander privé-gebruik • 28.000 km: beroepsmatige verplaatsingen Zie cursus pg.20

  20. BTW aftrek op bedrijfswagens • % Privé = privé-km’s / totale km’s = = 44% • % recht op aftrek = 100% - 44% = 66% -> 50% • Recht op aftrek BTW bij aankoop: 2.100 x 50% = 1.050 € • Indien voor het jaar 2014privé-gebruik afwijkt van 2013 (vaststellen per jaar) naar 55% Privé • Herziening voor 2014:= 21 € in het nadeel Zie cursus pg.20

  21. BTW aftrek op andere roerende goederen “ten aanzien van de andere roerende goederen dan vervoermiddelen die zowel voor privé- als beroepsdoeleinden worden gebruikt moet, met het oog op het bepalen van het recht op aftrek, de verhouding tussen privégebruik en beroepsgebruik worden vastgesteld” Zie cursus pg.21

  22. BTW aftrek op andere roerende goederen • Voorbeeld • In 2013 worden voor 8.000 € aan computers gekocht • % Privé wordt bepaald: 30% • % recht op aftrek: 100% - 30% = 70% • Aftrekbare BTW: 8.000 x 21% x 70% = 1.176 € Zie cursus pg.21

  23. BTW aftrek op andere roerende goederen • Algemeen forfait: • De administratie aanvaardt een algemeen forfait • % Beroep = 75% • ! Indien deze forfait wordt toegepast, is het zonder onderscheid verplicht van toepassing op ALLE roerende goederen andere dan vervoersmiddelen Zie cursus pg.21

  24. BTW aftrek op onroerende goederen “ten aanzien van de onroerende goederen dient de verhouding privé-gebruik en beroepsgebruik vastgesteld te worden door de belastingplichtige op basis van de feitelijke omstandigheden” Zie cursus pg.22

  25. BTW aftrek op onroerende goederen • Voorbeeld • Natuurlijk persoon • In 2013 richt een gebouw op: • Prijs 300.000 € (excl BTW) • 50% opgenomen in bedrijfsvermogen • 30% professioneel gebruik (BTW-doeleinden) • BTW: 300.000 x 21% = 63.000 • BTW aftrek: 63.000 x 30% = 18.900 Zie cursus pg.22

  26. BTW aftrek op onroerende goederen • Herziening 2014: professioneel gebruik = 50% • 63.000 x 1/15 = 4.200 • 4.200 x 30% = 1.260 • 4.200 x 50% = 2.100 840 € in het voordeel • 2015: zelfde toestand als 2014 • 2016: professioneel gebruik = 80% Zie cursus pg.22-23

  27. BTW aftrek op onroerende goederen • Herziening 2016: er gebeurt niets • Opname in bedrijfsvermogen 50% • Geen bijkomende herziening voor gedeelte dat niet werd opgenomen in bedrijfsvermogen! Zie cursus pg.23

  28. BTW aftrek op bedrijfswagens “de belastingplichtigestelteengoedtegenbetaling van eenprijsterbeschikking van eenzaakvoerder, bestuurder of eenpersoneelslid of gebruiktzelfeengoedvooranderedoeleindendandeze van zijneconomischeactiviteit” Zie cursus pg.25

  29. BTW aftrek op bedrijfswagens • De belastingplichtige koopt een voertuig • Normale waarde = • Beroepsgebruik meer dan 50% -> geen normale waarde vaststellen Zie cursus pg.26

  30. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld: • Aankoopprijs: 20.000 € • Kosten: 3.000 € • % Beroep: 40% • Normale waarde == 460 € Zie cursus pg.26

  31. BTW aftrek op bedrijfswagens • De belastingplichtige huurt een voertuig • Normale waarde =(huurprijs + kosten) x (50% - %Beroep) • Beroepsgebruik meer dan 50% -> geen normale waarde vaststellen Zie cursus pg.27

  32. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld: • Huurprijs: 2.000 € • Kosten: 1.500 € • % Beroep: 20% • Normale waarde =(2.000 + 1.500) x (50 – 20)= 1.050 € Zie cursus pg.27

  33. BTW aftrek op bedrijfswagens • CASE • Vennootschap koopt in 2013 een personenwagen en stelt deze ter beschikking van de manager • Beroepsgebruik > 50% • Manager betaalt 3.000 € + btw per jaar voor privé-gebruik • Aankoopprijs: 50.000 € + 10.500 € BTW Zie cursus pg.31

  34. BTW aftrek op bedrijfswagens • % Recht op aftrek: 50% • Aftrekbare BTW: 10.500 x 50% = 5.250 € • Vanaf 2014 wijzigt arbeidsovereenkomst zodat manager geen eigen bijdrage moet betalen • Beroepspercentage bepalen volgens eerder geziene methodes Zie cursus pg.32

  35. BTW aftrek op bedrijfswagens • Gemiddeld gebruik volgens rittenadministratie: • 15.000 km: woon-werkverkeer • 7.000 km: ander privé-gebruik • 8.000 km: beroepsgebruik • % Privé = = 73% • % recht op aftrek = 100% - 73% = 27% • Herziening 2014:= 483 € in het nadeel Zie cursus pg.32

  36. BTW aftrek op bedrijfswagens • De belastingplichtige verkoopt een voertuig • BTW bij (door)verkoop slechts op de helft van het gevraagde bedrag zonder dat moet worden nagegaan of de aftrek oorspronkelijk werd beperkt Zie cursus pg.34-35

  37. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 1 • Natuurlijk persoon koopt personenwagen 20.000 € • Investering volledig opgenomen in bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop:(20.000 x 21%) x 50% = 2.100 € • Verkoop van de personenwagen aan 10.000 € • Maatstaf van heffing: (helft verkoopprijs) 5.000 € • BTW: 1.050 € • Verkoop: 10.000 € + 1.050 € BTW Zie cursus pg.36

  38. BTW aftrek op bedrijfswagens • BTW-aangifte • VAK 03 = 5.000 • VAK 00 = 5.000 • VAK 54 = 1.050 Zie cursus pg.36

  39. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 2 • Natuurlijk persoon koopt personenwagen 20.000 € • Investering 50% opgenomen in bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop:(20.000 x 21%) x 50% = 2.100 € • Verkoop van de personenwagen aan 10.000 € • Maatstaf van heffing: (helft verkoopprijs) 5.000 € • BTW: 1.050 € • Verkoop: 10.000 € + 1.050 € BTW Zie cursus pg.36

  40. BTW aftrek op bedrijfswagens • BTW-aangifte • VAK 03 = 5.000 • VAK 54 = 1.050 Zie cursus pg.36

  41. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 3 • Aankoop personenwagen 20.000 € • Investering 20% opgenomen in bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop:(20.000 x 21%) x 20% = 840 € • Verkoop van de personenwagen aan 10.000 € • Maatstaf van heffing: (20% verkoopprijs) 2.000 € • BTW: 420 € • Verkoop: 10.000 € + 420 € BTW Zie cursus pg.36

  42. BTW aftrek op bedrijfswagens • BTW-aangifte • VAK 03 = 2.000 • VAK 54 = 420 Zie cursus pg.36

  43. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 4 • Aankoop personenwagen 20.000 € • Investering 0% opgenomen in bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop: geen • Verkoop van de personenwagen aan 10.000 € • Maatstaf van heffing: (0% verkoopprijs) 0 € • BTW: geen • Verkoop: 10.000 € Zie cursus pg.37

  44. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 5 • Natuurlijk persoon koopt personenwagen aan particulier 10.000 € • Investering 6/7 opgenomen in bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop: geen (geen btw verschuldigd) • Verkoop van de personenwagen aan 5.000 € • Maatstaf van heffing: (6/7 verkoopprijs) 4285,72 € • BTW: 900,00 € • Verkoop: 5.000 € + 900 € BTW Zie cursus pg.37

  45. BTW aftrek op bedrijfswagens • BTW-aangifte • VAK 03 = 4.285,72 • VAK 54 = 900 Zie cursus pg.37

  46. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 6 • Belastingplichtige koopt 2ehands personenwagen aan onder margeregeling 5.000 € • Investering 100% opgenomen in bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop: geen (want margeregeling) • Verkoop van de personenwagen aan 2.000 € • Maatstaf van heffing: 2.000 € • BTW: 420,00 € • Verkoop: 2.000 € + 420 € BTW Zie cursus pg.37

  47. BTW aftrek op bedrijfswagens • BTW-aangifte • VAK 03 = 2.000 • VAK 54 = 420 • Zie cursus pg. 37

  48. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 7 • Vennootschap koopt personenwagen 20.000 € • Behoort steeds 100% tot bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop:(20.000 x 21%) x 50% = 2.100 € • Verkoop van de personenwagen aan 15.000 € • Maatstaf van heffing: (helft verkoopprijs) 7.500€ • BTW: 1.575 € • Verkoop: 15.000 € + 1.575 € BTW Zie cursus pg.38

  49. BTW aftrek op bedrijfswagens • BTW-aangifte • VAK 03 = 7.500 • VAK 00 = 7.500 • VAK 54 = 1.575 Zie cursus pg.38

  50. BTW aftrek op bedrijfswagens • Voorbeeld 8 • Vennootschap koopt personenwagen aan particulier 10.000 € • Behoort steeds 100% tot bedrijfsvermogen • BTW-aftrek bij aankoop: geen (geen btw verschuldigd) • Verkoop van de personenwagen aan 5.000 € • Maatstaf van heffing: 5.000€ • BTW: 1.050 € • Verkoop: 5.000 € + 1.050 € BTW Zie cursus pg.38

More Related