LEON COENEN EN GER SMEETS

1. LEON COENEN EN GER SMEETS

2. Welkom Bij de workshop: Agressie en Geweld voor OOP

3. Definitie van conflict: Er is sprake van een conflict tussen twee partijen indien tenminste één van de partijen vindt dat de andere haar dwarsboomt of ergert.

4. Wat roept een conflict bij je op? Vraag:

5. Emotionele reacties op lastige of bedreigende situaties: Agressie//Dreiging Lastige of bedreigende situaties Eigen emoties Kwaadheid Paniek Angst Vechten Bevriezen Vluchten Niet kunnen handelen

6. Beheersen van de emoties:- ademhaling reguleren- spierspanning controleren- geaard zitten/staan- gedachten sturen Vanuit deze controle ben je in staat om de situatie in te schatten en te taxeren en een keuze te maken of een strategie te bepalen • Mogelijke handelingen: • Oproepen assistentie • Toepassen aangeleerde trainingsvaardigheden • Bewust niet ingrijpen

7. Toetssteen:- De agressie van de ander blijft begrijpelijk en invoelbaar.- Je kunt bedenken als het mij zou overkomen zou ik ook boos zijn.- Het is niet onredelijk- Het is niet op jou persoonlijk gericht. Frustratieagressie: Kenmerken: • Onverwachts • Spontane uitbarsting • Controle verlies over de emoties • Onderwerp: Klachten over de diensten, procedures of • regels • Men speelt “de bal “ • Soms is de agressie op zich zelf gericht.

8. Hoe om te gaan met frustratie agressie: • Eventuele fouten toegeven en bespreken • Begrip tonen en eventueel emotioneel ondersteunen • Laten uitrazen • Luisteren en uitleggen wat mogelijk is • Wel ingaan op de inhoud; het bespreken van de klachten en procedures en wat daar fout is gegaan. • Gezamenlijk zoeken naar een oplossing of compromis • Zoeken naar acceptatie • Grenzen bewaken: Men kan zich verliezen in de boosheid en over grenzen gaan

9. Instrumentele agressie: • De agressor hanteert deze agressie welbewust en doelgericht • De agressor weet wat hij doet en heeft controle over de situatie en zichzelf • Er is sprake van een opbouw in de agressie: • ouwe jongens krentenbrood • wisselende tactieken: zuigen, sarren, beledigen • Dreiging wordt als pressiemiddel gebruikt: • actief en passief • De agressor maakt gebruik van zijn reputatie • De agressie voelt niet redelijk aan • Het wordt op de “man“ gespeeld Toetssteen: • Je begrijpt niets van de agressie • Het voelt zeer onredelijk aan • Jij bent het onderwerp van de agressie • Jij wordt beledigd en bedreigd • Jij wordt gemanipuleerd • Je voelt je zeer ongemakkelijk

10. Hoe om te gaan met instrumentele agressie: • Niet toegeven aan het gedrag van de ander • Niet ingaan op de inhoud van de klacht • Het gedrag van de ander bespreekbaar maken • De ander tot de orde roepen • Nog een kans geven • Wijzen op de consequenties • Uitvoeren van de consequenties • Je niet laten verleiden tot discussie

11. Hoe stop je instrumenteel agressief gedrag: Stappenplan: • gedrag registreren (gewaarworden) • gedrag benoemen (wat doet u nu / u bedreigt me) • wenselijk gedrag bespreken • consequenties benoemen • keuze benoemen • vragen wat men wil • bevestiging vragen • vragen naar commitment • tot de orde roepen • eventuele consequenties uitvoeren

12. BEDANKT VOOR UW AANDACHT