1 / 32

Contextgebied 3

Contextgebied 3. Verkeer en veiligheid. Proefjes die traagheid illustreren. Een knikker op een wagentje Het wagentje stopt plots. Het wagentje start met grote snelheid. Een euro en een karton op een glas Trek het karton snel weg. Een stapel metalen plaatjes of euro’s

tehya
Download Presentation

Contextgebied 3

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Contextgebied 3 Verkeer en veiligheid

  2. Proefjes die traagheid illustreren • Een knikker op een wagentje • Het wagentje stopt plots. • Het wagentje start met grote snelheid. • Een euro en een karton op een glas • Trek het karton snel weg. • Een stapel metalen plaatjes of euro’s • Sla met een lat het onderste plaatje snel weg.

  3. Toepassingen in het verkeer • Whiplash • Afstand tussen auto’s (twee secondenregel) http://www.infopolitie.nl/verkeer/ • Afstand tussen voertuigen i.f.v. hun massa http://wegcode.be/

  4. Toepassingen in het verkeer • Rollercoaster

  5. Denkvraagje http://proto4.thinkquest.nl/~lld045/snelheid/snelheid_proef2.htm Hoe onderscheid je een hardgekookt ei van een rauw ei? • Draai beide eieren rond. • Vergelijk hun snelheid. Waarneming: Het hardgekookte ei draait veel sneller. Verklaring: Het rauwe ei heeft een schaal, een dooier en eiwit met een elk hun eigen traagheid. Je brengt de schaal in beweging maar binnen in het ei zullen eiwit en dooier volgens hun eigen traagheid proberen stil te blijven liggen. Het hardgekookte ei is één geheel. Draai je het hardgekookt ei dan vertonen schaal, dooier en eiwit geen eigen traagheid.

  6. Eerste beginsel van NewtonHet traagheidsbeginsel Elk voorwerp bezit een zekere traagheid. Of Elk voorwerp probeert zijn toestand van beweging of rust te behouden tenzij er een kracht op het voorwerp inwerkt.

  7. De valschermspringer maakt een E.R.B. De resulterende kracht is NUL!

  8. Een wagen rijdt aan 50 km/h Kracht is nodig om de wrijvingskrachten te overwinnen! De resulterende kracht is NUL!

  9. v(t)-diagram van een E.R.B. v (m/s) ? t (s)

  10. v(t)-diagram van een E.V.R.B. v (m/s) ? t (s)

  11. v(t)-diagram van een E.V.R.B. v (m/s) ? t (s)

  12. v(t)-diagram van een E.V.R.B. v (m/s) ? t (s)

  13. a(t)-diagram van een E.V.R.B. a (m/s2) a>0 m/s2 t (s) ? 0 a<0 m/s2

  14. v(t)-diagram v (m/s) ? t (s)

  15. a ~ F mw totale massa = massa wagentje + aandrijfmassa totale massa blijft constant ma versnelling van het wagentje ~ aandrijfkracht a = ma.g/(mw + ma)

  16. In een grafiek a (m/s2) F ? F F t (s)

  17. a ~ 1/m mw totale massa = massa wagentje + aandrijfmassa De aandrijfkracht blijft constant ma versnelling van het wagentje ~ 1/massa a = ma.g/(mw + ma)

  18. In een grafiek a (m/s2) m ? m m t (s)

  19. Tweede beginsel van Newton a ~ F a ~ 1/m a = k.F/m k = 1 F = m.a

  20. Tweede beginsel van Newton en verkeersveiligheid Het gebruik van de valhelm Het gebruik van de veiligheidsgordel

  21. Dx = xt – x0 Dv = vt – v0 Dt = t – t0

  22. Definitie van chemische reactiesnelheid • Doe in een verschillend bekertje • op de overheadprojector • Een stukje magnesiumlint • Een ijzeren spijkertje • Voeg gelijktijdig 0,5 mol/liter HCl-oplossing toe Waarneming: Magnesium reageert veel sneller met HCl dan ijzer.

  23. De verdeeldheid van de reagerende stoffen (1) • Houd een ijzeren spijker in de vlam van een bunsenbrander. • Doe hetzelfde met ijzervijlsel. Waarneming: De spijker brandt niet, ijzervijlsel wel.

  24. De verdeeldheid van de reagerende stoffen (2)

  25. De concentratie van de reagerende stoffen • Doe in verschillende reageerbuizen alcoholische dranken gerangschikt volgens stijgend • V/V% alcohol • Voeg zwavelzuur 2 mol/L toe • 4 vol drank/3 vol zwavelzuur • Meng goed. • Voeg K2Cr2O7 1 mol/L toe. • 4 vol drank/3 vol zwavelzuur/1 vol K2Cr2O7 • (Eindig bij de sterkste drank!)

  26. De temperatuur • Stel een metalen goot schuin op. • Doe ongeveer 1 ml heptaan in een blikje. • Sluit het blikje af en schud. • Leg het blikje bovenaan in de goot. • Steek een kaarsje onderaan de goot aan. • Verwijder het deksel van het blikje.

  27. De katalysator (1) • Steek een klontje suiker aan. • Wat stel je vast? • Doe een beetje sigarettenas op een klontje. • Steek het klontje aan. • Wat stel je vast?

  28. De katalysator (2) • Meng 300 ml seignettezout-oplossing met 100 ml H2O2 10 % en verwarm het mengsel tot 65 – 75 °C. • Verdeel voorzichtig de warme oplossing over drie bekers. • Voeg aan de eerste beker 10 ml CoCl2-oplossing toe. • Zodra de roze kleur opnieuw verschijnt in beker 1 giet je de helft van de inhoud van beker 1 bij in beker 2.

  29. De katalysator (2) 1 3 2 5 4

  30. De katalysator (2) • Meng 300 ml seignettezout-oplossing met 100 ml H2O2 10 % en verwarm het mengsel tot 65 – 75 °C. 1

  31. De katalysator (2) • Voeg aan de eerste beker 10 ml CoCl2-oplossing toe. 2 3

  32. De katalysator (2) 4 5 Zodra de roze kleur opnieuw verschijnt in beker 1 giet je de helft van de inhoud van beker 1 bij in beker 2.

More Related