290 likes | 324 Views
De broodvermenigvuldiging. Van redactie over traditie naar Jezus?. Wonderverhaal tijdens Jezus’ optreden in Galilea. Populair wonderverhaal in de evangeliën. Zes keer geattesteerd. Meestal gecombineerd met een verhaal rond het meer van Galilea.
E N D
De broodvermenigvuldiging Van redactie over traditie naar Jezus?
Wonderverhaal tijdens Jezus’ optreden in Galilea • Populair wonderverhaal in de evangeliën. • Zes keer geattesteerd. • Meestal gecombineerd met een verhaal rond het meer van Galilea. • Gelocaliseerd op een eenzame plaats of in de woestijn. • Binnen het kader van Jezus’ onderricht aan het volk.
Marcus en Matteüs brengen twee spijzigingswonderen • Mc 6,30-44 par. Mt 14,13-21: • Vijf broden en twee vissen • 5000 mannen (vrouwen en kinderen niet meegerekend, volgens Mt) • 12 korven met restjes van brood en vissen • Alleen Mc: 200 denariën zijn niet genoeg om de menigte te voeden • Mc 8,1-10 par. Mt 15,32-39: • Zeven broden en enkele visjes • 4000 mensen (volgens Mt: mannen, vrouwen en kinderen niet meegerekend) • 7 manden met overschot van brokken
Eén spijzigingswonder in Lucas en Johannes • Lc 9,10-17 • Vijf broden en twee vissen. • 5000 mannen. • 12 korven. • Joh 6,1-15 • Groter initiatief van Jezus zelf: zijn vraag stelt de leerlingen op de proef. • 200 denariën is niet genoeg. • Vijf broden en twee vissen. • 5000 mannen. • 12 korven met brokken brood. • ‘Chorschluss’: ‘Dit is waarlijk de profeet die in de wereld komt’.
Historiciteitsvraag • Gaat het om puur redactionele verhalen door de evangelisten, of is er traditie die de evangeliën voorafgaat? • In welke mate zijn er verschillende traditiestrengen aan te geven voor het spijzigingswonder? • Binnen de synoptische traditie: verschillende bronnen? • Een eigen johanneïsche traditie? • Paulus en de andere briefliteratuur verwijzen niet naar de broodvermenigvuldiging. • Is er een pre-evangelische mondelinge/schriftelijke traditie aanwijsbaar? • Kan het verhaal teruggaan naar Jezus’ optreden zelf?
Literaire situatie binnen de synoptische evangeliën • Twee-bronnentheorie Q Mc SgLc SgMt Lc Mt
Synoptische vergelijking • Marcus is de eerste en oudste literaire neerslag van beide verhalen. • Matteüs neemt de Marcusbron met eigen redactionele wijzigingen over. • In het tweede gedeelte van het evangelie volgt Mt tamelijk trouw de Marcusorde (de ‘vermoeidheid’ van Mt). • Hij brengt voornamelijk veranderingen aan in het eerste verhaal.
Synoptische vergelijking • Lucas neemt de eerste broodvermenigvuldiging met redactionele wijzigingen over. Het tweede verhaal laat hij vallen in de ‘grote weglating’ van Mc 6,45–8,26. • Lucas vermijdt doubletten. • Vanaf Mc 7 wordt de thematiek van reinheid en onreinheid behandeld, waarna de tweede broodvermenigvuldiging een opening lijkt naar de heidenwereld. Dat thema behandelt Lucas liever in Handelingen.
Een bron naast Mc? Q? • Enkele opvallende minor agreements van Mt en Lc (eerste broodvermenigvuldiging) tegen Mc roepen de vraag op of er naast Marcus een andere literaire bron bestaan heeft die Mt en Lc gekend hebben: • De inleiding tot het verhaal in Mc 6,30-32 wordt door beide evangelisten weggelaten. • Allusies aan Nu 27,17 en 1 K 22,17 in Mc 6,34 worden weggelaten. • Beiden vermelden geen verdeling van de vissen. • Weglating van de 200 denariën. • Kleinere minor agreements in de tekst. • Een Q-versie is hoogstonwaarschijnlijk, een andere mondelinge of schriftelijke traditie is moeilijk detecteerbaar. De minor agreements zijn verklaarbaar door de onafhankelijke redactie van Mt en Lc van de Marcustekst.
Joh 6,1-15 • De vraag naar de traditie van de broodvermenigvulding in Joh is nauw verbonden met de plaats van Joh ten opzichte van de Synoptici. Verschillende hypothesen zijn mogelijk. • Johannes kent het verhaal uit een eigen tekenbron: de Sèmeia-Quelle. In dat geval vertegenwoordigt het Johannesevangelie een eigen onafhankelijke traditielaag. • Deze hypothese kende een vrij groot succes in de eerste helft van de 20ste eeuw, maar wordt daarna steeds meer onder kritiek geplaatst. • Johannes kent de presynoptische traditie, zoals een Proto-Marcus. • Het bestaan van een dergelijke bron is moeilijk aan te tonen.
Joh 6,1-15 • Johannes kent, gebruikt en herschrijft het synoptische verhaal vanuit zijn redactioneel en theologisch perspectief. Vooral Marcus’ en Lucas’ versie hebben hem geïnspireerd. • De tekst is te johanneïsch om een coherente en niet-synoptische traditie te kunnen veronderstellen. • Heel wat elementen wijzen op Johannes’ kennis van het synoptische verhaal: • Het verhaal zelf: vijf broden en twee vissen; 5000 mannen. • Invloed van de synoptische taal, en een opvallend detail als de 200 denariën (Mc). • Eén spijzigingsverhaal (Lc). • De bredere context van Mc 6,32–8,33 wordt door Johannes gevolgd in zijn zesde hoofdstuk. De broodvermenigvuldiging functioneert als inleiding op de daaropvolgende broodrede. • Johannes is geïnspireerd door verschillende oudtestamentische passages en motieven, die gedeeltelijk ook in het marciaanse verhaal aanwezig zijn.
Conclusie van de literaire vergelijking • De broodvermenigvuldigingsverhalen in Marcus zijn de oudste literaire neerslag van de traditie. • Met redelijke zekerheid kan geen andere traditie die hiervan onafhankelijk is, aangewezen worden. • De vraag is dan: wat was er vóór Marcus?
Eén of twee traditionele spijzigingsverhalen? • Marcus vond in de traditie twee gelijkaardige verhalen, eventueel ingebed in verhalencycli, die verwijzen naar twee gelijkaardige gebeurtenissen in Jezus’ optreden of twee versies zijn van één gebeurtenis. • De premarciaanse traditie verdubbelde één broodvermenigvuldiging. • Marcus zelf verdubbelde het oorspronkelijke broodvermenigvuldigingsverhaal vanuit redactionele redenen. • Dubbelheid in Marcus is een typisch stijlkenmerk dat zich manifesteert zowel op het microniveau van de taal als in de verhalen.
Marcus verdubbelde het oorspronkelijke verhaal • Welk van beide is het oorspronkelijke verhaal? • Meestal neemt men aan dat Mc 6,30-44 oorspronkelijker is. • Sommigen zien ook in Mc 8,1-10 oorspronkelijke kentrekken.
Waarom verdubbelde Marcus het spijzigingsverhaal? • Eerste verhaal • In de context van de zending van de Twaalf: na hun terugkeer schildert Marcus Jezus als Leraar en Herder die door zijn leerlingen wordt bijgestaan. • Het verhaal focust op Jezus die als eschatologische profeet het joodse volk bijeenbrengt: zij zijn immers als schapen zonder herder (v. 34). • Jezus onderwijst hen met het brood van zijn leer. Verwijzen de vijf broden naar de vijf boeken van Mozes? Joods-christelijke achtergrond. • Jezus overtreft Elisa. De eschatologische gave is meer dan overvloedig (5000 mannen; 12 korven): de Messiaanse tijd is aangebroken. • Geen eucharistische pointe. • Het verhaal kadert in een reeks teksten die Jezus’ identiteit toenemend en climactisch vergelijkt met oudtestamentische figuren: meer dan Jona (4,35-41); meer dan Elia/Elisa (5,21-43) en nu meer dan Elia en Mozes. Het hoogtepunt volgt in het verhaal van het wandelen over het water dat onmiddellijk volgt.
Waarom verdubbelde Marcus het spijzigingsverhaal? • Tweede verhaal: • De context: • Jezus’ woorden over ‘rein en onrein’ en de joodse spijzigingswetten in Mc 7. • Jezus verklaart alle voedsel rein (v. 19) en maakt op die manier een opening naar de heidenen: belangrijk voor Marcus’ publiek. • Jezus geneest een Syrofenicische (heidense) vrouw (7,24-30) en een doofstomme in het gebied van Dekapolis (7,31-37). • Broodvermenigvuldiging lijkt ook in Dekapolis plaats te vinden: heidens gebied. • Taal en stijl wijzen op een herwerking van het eerste verhaal. • Invloed van het verhaal van het Laatste Avondmaal: Marcus duidt dit wonder eucharistisch. Ook heidense gelovigen kunnen deelhebben aan het ene brood. • Symboliek van getallen? • 4000 kan naar vier windstreken verwijzen. • 7 broden/7manden: 7 Noachidische geboden?
Waarom verdubbelde Marcus het spijzigingsverhaal? • De dubbele broodvermenigvuldiging past ook in Marcus’ verhaallijn over het onbegrip van de leerlingen. De broodvermenigvuldigingen brengen de leerlingen niet tot inzicht. • Mc 8,17-21 • Toen Hij dat merkte, zei Hij: ‘Waarom praten jullie erover dat je geen brood hebt? Begrijpen en verstaan jullie het nog niet? Is jullie hart versteend? Jullie hebben toch ogen, zie je dan niet? Jullie hebben toch oren, hoor je dan niet? Herinneren jullie je dan niet hoeveel volle korven met brokken je hebt opgehaald toen Ik die vijf broden gebroken heb voor de vijfduizend?’ Ze zeiden Hem: ‘Twaalf.’ ‘En hoeveel manden vol met brokken je hebt opgehaald toen met die zeven broden voor de vierduizend?’ Ze zeiden Hem: ‘Zeven.’ Hij zei tegen hen: ‘En jullie begrijpen het nog niet?’
Conclusie • Het spijzigingsverhaal is door Marcus opgenomen uit de mondelinge/schriftelijke traditie. De evangelist heeft het verhaal vanuit zijn redactionele opvattingen herwerkt, verdubbeld en in verschillende contexten geplaatst. • De tweede broodvermenigvuldiging lijkt het meest door Marcus zelf geredigeerd. • Het eerste verhaal is de poort naar de oerchristelijke traditie en misschien tot Jezus. Wat is de historische achtergrond?
Sterke oudtestamentische invloed, bij Marcus maar ook reeds in de traditie. • Mozestraditie: voornamelijk Ex 18,23-27. Mozes laat zich bijstaan door bekwame mannen die hij uitkiest. • Elisatraditie: 2 K 4,42-44. • Op een dag kwam er iemand uit Baäl-Salisa. In zijn tas bracht hij voor de man van God van de eerstelingen van de oogst twintig gerstebroden en wat vers koren mee. Elisa zei: ‘Geef de mannen maar te eten.’ Zijn dienaar antwoordde: ‘Hoe kan ik dat nu voorzetten aan honderd man?’ Maar hij herhaalde: ‘Geef het de mannen te eten. Want zo spreekt de HEER: “Zij zullen eten en overhouden.” ’ Nu zette hij het de mannen voor. Zij aten en hielden nog over, zoals de HEER gezegd had.
“Ze waren als schapen zonder herder” (6,34) • Nu 27,17 over de opvolger van Mozes: • ‘Iemand aanstellen die hen leidt en thuisbrengt; anders wordt de gemeenschap van de HEER als schapen zonder herder’. • Jezus wordt als de nieuwe Mozes voorgesteld, de eschatologische profeet in wie Gods herderlijke zorg present wordt. • Ps 23 • Jezus is de eindtijdelijke herder (vgl. Ez 34,23; Jer 23,4) die de schapen leidt naar groene weiden (Ps 23,2). • Het motief van het medelijden: Ps 23,6. • De schapen zijn Israël. Jezus is hun leraar. • De inleiding is grotendeels door Marcus zelf geschreven.
‘En ze gingen liggen in groepen van honderd en van vijftig’ (v. 40) • Zoals Mozes gebiedt Jezus om de kampregels van het Godsvolk te volgen, zie Ex. 18,21.25: • [Mozes] koos uit heel Israël bekwame mannen en stelde hen aan het hoofd van het volk: leiders over duizend, leiders over honderd, leiders over vijftig en leiders over tien. • Dit herstel van het Godsvolk werd verwacht voor de eindtijd en het Messiaanse feestmaal.
Invloed van andere oudtestamentische vermeerderingsverhalen • 1 K 17,8-16: Elia en de weduwe van Sarefat. • ‘De pot met meel raakte niet leeg en de kruik met olie raakte niet op’ (v. 16). • 2 K 4,2-7: Elisa en de kruiken met olie. • 2 K 4,42-44: Elisa en de wonderbare broodvermenigvuldiging. • Jezus is profeet als Elia en Elisa.
Broodvermenigvuldiging is christologisch portret • In de traditie, daarbij gevolgd door Marcus’ redactie, dient het spijzigingsverhaal om de identiteit van Jezus toe te lichten vanuit oudtestamentische achtergrond. • Jezus is de eindtijdelijke Herder van Israël. • Hij is de nieuwe Mozes, de eschatogische profeet. • Hij is profeet als Elia en Elisa, en overtreft hen. • Symbolische betekenis: Jezus als eschatologische profeet en herder geeft het volk Israël te eten met het brood van zijn leer.
Literair genre in de lijn van vermeerderingswonderen • Niet zozeer een natuurwonder, veeleer een wonder van vermeerdering, van goddelijke gave. • Kenmerken: • De wonderdoener en de (latere) noodlijdenden (vv. 32-34). • Beschrijving van de noodtoestand (vv. 35-36). • Voorbereiding van het wonder (vv. 37-40). • Vaststelling van het wonder (v. 42). • Bewijs van het wonder (vv. 43-44). • Het wonder zelf wordt niet beschreven. • Er is geen ‘Chorschluß’: het wonder lijkt vanzelfsprekend te zijn.
Is er een aanleiding in Jezus’ leven? • Is de broodvermenigvuldiging een schepping van de vroege joods-christelijke traditie? • R. Pesch: ‘Der Text is ein Dokument der frühen judenchristlichen Christologie, nicht der Historie Jesu’. • Is er een gebeuren in Jezus’ leven dat de christologische, oudtestamentische reflectie heeft uitgelokt?
Opvallende elementen • 200 denariën. • 5 broden / 2 vissen - kan ook symbolisch zijn: 7 als volheidsgetal. • Jezus’ zegengebed over de maaltijd. • Het groene gras. • De overschotten, met symbolische getallen weliswaar. • De grote menigte: getal dat groter is geworden in de traditie?
Mogelijke achtergronden? • Rationalistisch: Jezus’ sterke persoonlijkheid brengt de mensen ertoe om hun meegebrachte etenswaren te delen (typisch voor negentiende eeuwse Leben-Jesu-Forschung). • Eschatologisch: het volk ontving door Jezus gewijd brood als anticipatie van het Messiaanse maal en binnen een eschatologische sfeer (A. Schweitzer). • Politiek: Jezus brengt het volk terug naar de woestijn om het mannawonder te herhalen als voorteken van de politieke bevrijding van Israël.
Mogelijke achtergronden? • Herinnering aan de prepaschale maaltijdgemeenschap(pen) met Jezus. • Herinnering aan de van vreugde gevulde maaltijden die Jezus met mensen uit alle lagen van de bevolking hield. Zij waren een concrete gestalte van de vreugde van de heilstijd. • Het zegeningsgebed van Jezus over broden en vissen herinnert aan de rol van de huisvader bij het begin van een maaltijd. • Het breken van de broden behoorde tot de taak van de huisvader • Geen eucharistische verwijzing, maara veeleer het joodse maaltijdceremonieel.
Mogelijke achtergronden? • In welke mate die broodvermenigvuldigingstraditie een verdichting is van dergelijke maaltijdgemeenschappen of toch naar een bijzonder gebeuren in de maaltijdtraditie met een grotere groep verwijst, is moeilijk uit te maken maar is niet onmogelijk. • Een dergelijk gebeuren kan postpaschaal uitvergroot zijn en christologisch ontwikkeld vanuit de Elisatraditie en andere oudtestamentische gegevens. Uiteindelijk werd Jezus dan geïnterpreteerd als de eschatologisch-messiaanse profeet die zijn volk voedt.