230 likes | 523 Views
Samenvatten. Hoofdstuk 4 De aardkorst. Dit hoofdstuk gaan we op drie manieren leren samenvatten. Samenvatting per alinea Kolommenschema Mindmap. Doel. Beter leren voor aardrijkskunde. Geografische verbanden leren te begrijpen. RTTI. Wat is RTTI.
E N D
Hoofdstuk 4 De aardkorst • Dit hoofdstuk gaan we op drie manieren leren samenvatten. • Samenvatting per alinea • Kolommenschema • Mindmap
Doel • Beter leren voor aardrijkskunde. • Geografische verbanden leren te begrijpen. • RTTI
Wat is RTTI • R = Reproductie, het stampwerkT1 = Toepassen in een bekende situatieT2 = Toepassen in een nieuwe situatieI = Inzicht, kritische reflectie, verbanden en wetmatigheden aanbrengen
1. Samenvatten per alinea (1) • Lees de alinea. • Onderstreep de belangrijkste kernwoorden. • Schrijf deze kernwoorden op.
Samenvatten per alinea (2) • Maak in je eigen woorden een lopende tekst van deze kernwoorden.. ( gebruik daarbij je eigen woorden) • Vergelijk je eigen tekst met de originele tekst. (controleer of je alle belangrijke dingen hebt opgeschreven. • Belangrijk: Bij het maken van de samenvatting is het belangrijk dat je de hoofdzaak scheidt van de bijzaak. In de samenvatting schrijf je alleen de hoofdzaak op. ( je samenvatting mag niet te lang worden)
Hoe scheidt ik de hoofd- en bijzaken • Kernzinnen • Een tekst is vaak opgebouwd uit alinea’s. De eerste zin is vaak de kernzin van een alinea. De kernzin is vaak de hoofdgedachte ( belangrijkste zin) van de alinea.
Structuurwoorden • Er staan in teksten vaak signaalwoorden. ( ten eerste, bovendien) • Deze woorden zijn belangrijk want geven vaak aan wat er in de tekst komt. Deze geven namelijk aan waar in de tekst de hoofdgedachte staat. • Verder kunnen de woorden ook aangeven wat voor een informatie in de tekst naar voren komt. ( Ten eerste is bijvoorbeeld een structuurwoord voor een opsomming.)
2. Kolommenschema • Grote stukken tekst moet je lezen voor een proefwerk. • Normaal kost dit veel tijd. Gebruik je het kolommenschema kan je goed voorbereiden voor een proefwerk.
Kolom 1: de hoofdzaak • De hoofdzaak van de tekst (hoofdstuk) • Deze komen in de 1ekolom van het schema.
Kolom 2: de aspecten • Dit zijn de verschillende paragrafen in een tekst. Dit zijn de deelonderwerpen van het hoofdstuk. • Deze komen in de 2e kolom van het schema.
Kolom 3: de deelaspecten • In een hoofdstuk kan veel tekst staan. Daarom worden de paragrafen vaak opgedeeld in deelparagrafen. Dit zijn vaak tussenkopjes in de tekst. • Deze komen in de 3ekolom van het schema
Kolom 4: de uitleg • Hier ga je tekst uitleggen. • Probeer het belangrijke uit de tekst te halen. Gebruik afkortingen en hou het kort en bondig. • Deze komen in de 4e kolom van het schema
Kolom 5: aansprekende voorbeelden • Als er in de tekst voorbeelden staan waardoor je (deel)aspect beter begrijpt kan je deze in de kolom kort neerzetten. • Deze komen in de 5ekolom van het schema
Hoe maak je een kolommenschema • Je begint met kolom 1 in te vullen. • De kolommen 2,3 en 4 zijn de kolommen die je het meest gebruikt. • Je begint met kolom 2, daarna ga je door met kolom 3, en sluit af met kolom 4. Je zigzagt als ware tussen deze kolommen. Uitwijken naar 5 is hierbij mogelijk.
Voordeel maken kolommenschema. • Je scheidt hoofdzaak van bijzaak. • Je leert tijdens het maken van een kolommenschema al voor het proefwerk. • Je leert door het maken van een kolommenschema de structuur van de tekst te achterhalen.
Wat is een mindmap • Een mindmap is een schema opgebouwd uit begrippen, stukjes tekst en afbeeldingen geordend rond een thema. • Doel is dat je bepaalde begrippen aan elkaar gaat koppelen en daardoor relaties tussen deze begrippen gaat zien.
Hoe maak je een mindmap( 1) • Lees de tekst. • Onderstreep de belangrijke woorden. • Zet de titel in het midden van het hoofdstuk. • Schrijf de titel van de eerste paragraaf rechtsboven op. (geef het een kleur) • Gebruik de kernwoorden die je in paragraaf 1 heb opgeschreven om de eerste paragraaf te maken. • Gebruik steekwoorden en afkortingen.
Hoe maak je een mindmap( 2) • Schrijf de titel van de tweede paragraaf rechtsonder op.( nieuwe kleur) • Gebruik de kernwoorden voor de 2e paragraaf. • Zo ga je het doen met alle 4 de paragrafen. • Geef elke paragraaf een andere kleur