410 likes | 777 Views
GEBOUWSCHIL. Bepalen van de verliesoppervlakte. 1. Verliesoppervlakte. 1/4. (Warmte)verliesoppervlakken? alle oppervlakken die het beschermde volume scheiden van de niet-verwarmde omgeving, zijnde: buitenomgeving kruipkelder AOR grond Volgende schildelen: g evels vloeren
E N D
GEBOUWSCHIL Bepalen van de verliesoppervlakte Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
1 Verliesoppervlakte 1/4 • (Warmte)verliesoppervlakken? • alle oppervlakken die het beschermde volume scheiden van de niet-verwarmde omgeving, zijnde: • buitenomgeving • kruipkelder • AOR • grond • Volgende schildelen: • gevels • vloeren • daken en plafonds • openingen Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
1 Verliesoppervlakte 2/4 • Hoe meten? • ook buitenafmetingen = afmetingen inclusief volume van binnen- en buitenwanden = wanneer niet mogelijk is om de dikte van wanden te meten of af te leiden: • dan aannamen voor de dikte van de gevels, vloeren, daken en plafonds • → inspectieprotocol bij bepalen van het beschermde volume en de bruikbare vloeroppervlakte Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
1 Verliesoppervlakte 3/4 • Niet: de schildelen die grenzen aan verwarmde ruimten • verwarmd? → aanname binnenruimten ter hoogte van aangrenzende percelen en eigendommen worden als verwarmd beschouwd (behalve bij industriegebouw) • voorbeelden: zie gevels (muren) verliesoppervlakte (aangeduid met pijlen) van een appartement Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
1 Verliesoppervlakte 4/4 • Per verliesoppervlakte → begrenzing • bij twijfel • meest negatieve aanname, in volgorde: buitenomgeving, kruipkelder, AOR of grond • opsplitsen van het schildeel • meer dan 1 begrenzing • meer dan 1 hoofdtype Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 1/8 • Gevel (muur): • Niet: plaatselijke verdikkingen of verdunningen zoals siermetselwerk, … • Niet: gemeenschappelijke muren tussen percelen • tenzij: • als het aanpalende gebouw kleiner is, moeten de uitstekende delen worden ingegeven • als het aanpalende gebouw nog niet is gerealiseerd, moet de muur op de perceelsgrens wel worden ingegeven • Niet: gemeenschappelijke muren tussen eigendommen (bij appartementen) → dus niet: • de muur tussen appartementen • de muur tussen het appartement en een niet-residentieel gebouw (tenzij industrie) • de muur tussen het appartement en de gemeenschappelijke (circulatie)ruimten Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 2/8 • Gevel (muur): • mogelijke begrenzingen: • buitenomgeving • AOR • grond • Vloer: • mogelijke begrenzingen: • buitenomgeving • kruipkelder • AOR (ook voor kelder) • grond • de ruimte boven een liftput wordt eveneens bij de vloer meegeteld Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 3/8 • Hellend dak = daken met een hellingshoek > 15° • oppervlakte van het dakvlak (geen projectie) → formules • helling (voor zonnetoetreding door ramen) • 0° (horizontaal) • 45° • 90° (verticaal) • overige → dichtstbijzijnde helling • begrenzing: • buitenomgeving Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 4/8 • Plat dak = daken met een hellingshoek 15° • oppervlakte → horizontale projectie • koepels en lichtstraten • projecties ≤ 5m² → meten in het dakvlak • projecties > 5m² → schuine delen als hellend dak en beglaasde delen in min • begrenzing • buitenomgeving Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 5/8 • Plafonds • als zoldervloer ingeven • Niet: • zolderluik mag bij plafonds worden geteld • begrenzing: • AOR • ≠ tussen zoldervloer – vloer • zoldervloer → warmtestroom naar boven • vloer → warmtestroom naar beneden Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 6/8 • Openingen • eveneens rekenen met dagmaten/buitenafmetingen • mogelijke delen: • profiel (of kader) • glas • vulpaneel • deur/poort • indien een opening enkel profiel + glas of enkel profiel + paneel bestaat → enkel opening meten • indien opening = glas + paneel → opdelen en elk helftvan de profielbreedte Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 7/8 • Openingen • deur/poort • bij volledig beglaasde deur of ondoorzichtige deel in de deur is kleiner dan 20% → dan als beglaasde opening ingeven • als doorzichtige deel in de deur kleiner is dan 20% → dan als deur ingeven • andere gevallen: → ondoorzichtige deel als deur → doorzichtige deel als glas • geen rekening met: • ventilatieroosters • (sier)onderverdelingen (latjes) • minder dan 9 glasbouwstenen in een wooneenheid Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte 8/8 • Openingen • begrenzing: • buitenomgeving (dan rekening met zonnetoetreding) • AOR • deuren aan kelders moeten als AOR worden ingegeven • helling • horizontaal • 45° • verticaal • overige → dichtstbijzijnde helling Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2 Opmeten van de verliesoppervlakte FAQ • Gebogen muur? • oppervlakte: correct bepalen (zie formules). • oriëntatie • oriëntatie van de beglaasde openingen • de oriëntatie van de openingen wordt immers automatisch overgenomen van de oriëntatie van de muur waaraan de opening gekoppeld is. • één beglaasde opening of alle beglaasde openingen dezelfde oriëntatie → oriëntatie van de muur • meerdere beglaasde openingen met verschillende oriëntaties → muur opdelen in het aantal verschillende oriëntaties zodanig dat de openingen correcte oriëntatie hebben • geen openingen → middenste punt van de gebogen wand = oriëntatie • gebogen glas → voor oriëntatie kijken naar het middenste punt Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2a Opmeten van de verliesoppervlakte: Formules 1/1 Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
2b Opmeten van de verliesoppervlakte: Tips 1/1 • Doorloop alle ruimten→ bepalen van het beschermde volume • Schets het beschermde volume • minstens plannen • bij eenvoudige volumes → hoogtematen op plan noteren • verticale doorsnede of aanzichten • Oppervlakten van een dak • afleiden van een op schaal uitgetekende doorsnede • voorbeeld: hoogte tot waar de bruikbare vloeroppervlakte (1,5 m) wordt gemeten • Ontwikkeleen vaste werkwijze voor opmeten/opnemen van een gebouw • voorkomt dat aspecten vergeten worden Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
3 Invoer in de software 1/3 • In de software worden de schildelen als afzonderlijke vlakken ingegeven • gevel • voorgevel • achtergevel • zijgevel links • zijgevel rechts • vloer • dak • hellend dak voor • hellend dak achter • hellend dak links • hellend dak rechts • plat dak • zoldervloer • openingen (gekoppeld aan andere schildelen) Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
3 Invoer in de software 2/3 • Per verliesoppervlakte kunnen meerdere deelvlakken aangemaakt worden • bij verschillende begrenzing • bij verschillend hoofdtype • Per deelvlak definiëren van: • oppervlakte • eerst de totale oppervlakte van het schildeel ingevoerd • de openingen worden door de software automatisch afgetrokken Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
3 Invoer in de software 3/3 • bouwkundige samenstelling (constructietype) • opdeling in hoofdtypen → software genereert: U-waarde (en g-waarde) • oriëntatie • enkel bij afwijkende oriëntatie • begrenzing • ofwel via toevoegen begrenzing (gevels) • ofwel aanklikken bij vlak (overige wanden) • helling Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4 Gebouwschil: Bepalen U-waarde 1/3 • De U-waarde (vroeger de k-waarde) • is de mate waarin een constructie geïsoleerd is • drukt de hoeveelheid warmte uit die per seconde, per m² en per graad temperatuurverschil verloren gaat van de ene zijde van de constructie naar de andere zijde • De U-waarde is afhankelijk van: • de dikte • de lambda-waarde van de verschillende materiaallagen • De U-waarde wordt nooit berekend door de energiedeskundige, maar: • wordt door de software gegenereerd op basis van de invoergegevens van de energiedeskundige. • enkel in geval van een EPB-aangifte → U-waarde uit de EPB-aangifte worden overgenomen Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4 Gebouwschil: Bepalen U-waarde 2/3 • Werkwijze voor het bepalen van de U-waarde • isolatie: • grootste invloed op de U-waarde • spouw: • wanneer geen isolatie → belangrijke rol • overige deel van de constructie • opgedeeld in een beperkt aantal hoofdtypen • Filosofie • minder invoergegevens verzamelen • verkorten van de inspectietijd/ingeven in de software • verhogen van de reproduceerbaarheid/nauwkeurigheid • In inspectieprotocol → aannames: • deze moeten gevolgd worden tenzij bij de visuele inspectie of uit de bewijsstukken het tegendeel blijkt Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4 Gebouwschil: Bepalen U-waarde 3/3 • Stappenplan • Is U-waarde EPB-aangifte bekend (ja: einde, nee: 2) • Is isolatie aanwezig (ja: 3, nee: 6, onbekend: 4) • Is isolatiedikte bekend (ja: 5, nee: 4) • Is verbouwjaar bekend (6) • Is isolatiemateriaal bekend (6) • Is luchtspouw aanwezig (7) • Bepalen van het hoofdtype Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4a U-waarde: Bewijsstukken 1/3 • Visuele inspectie → bewijsstukken → aannamen • Bewijsstukken • EPB-aangifte* • vroeger afgeleverd energieprestatiecertificaat* • lastenboek* • indien onderdeel van algemeen aannemingscontract of indien uit een visuele inspectie blijkt dat het lastenboek gevolgd is • subsidieaanvragen Vlaamse overheid* • dus niet: premieaanvraag Eandis • originele facturen van geregistreerde aannemer* • originele facturen van bouwmaterialen* • originele gedateerde uitvoeringsdetails schaal 1/50ste en as-built-plannen* Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4a U-waarde: Bewijsstukken 2/3 • vaststellingen uit werfverslagen, postinterventiedossier, vorderingsstaten* • chronologie van foto’s • steeds met vermelding van eenduidige adresgegevens of kadastraal nummer • steeds ter plaatse nagaan door zowel directe als indirecte vaststellingen • vaststelling dat de isolatie minder dik is • de aangegeven isolatiedikte, in het lastenboek, is onmogelijk t.o.v. de totale dikte van de muur • Wanneer geen gegevens, bij twijfel of tegenspraak van de bewijsstukken: • uitgaan van het meest negatieve hoofdtype Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4a U-waarde: Bewijsstukken 3/3 Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4b U-waarde: Isolatie / Spouw 1/4 • Isolatie: wanneer ja/neen/onbekend aanklikken? → geïsoleerd = minstens 2 cm isolatie (minder = neen) • ja: visuele inspectie of dikte: • niet meetbaar of niet gekend via de bewijsstukken → onbekend • materiaal: • aanklikken wanneer gekend door visuele inspectie of uit bewijsstukken • neen: geen isolatie • onbekend: wanneer geen gegevens Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4b U-waarde: Isolatie / Spouw 2/4 • Wanneer schildeel met twee lagen verschillende isolatie • keuze: • of nadeligste isolatiemateriaal → over de volledige dikte • of voordeligste isolatiemateriaal → over de dikte van het gekozen isolatiemateriaal • Spouw: wanneer ja/neen/onbekend aanklikken? → minstens 2 cm en veronderstelt een stilstaande luchtlaag tussen 2 materialen Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4b U-waarde: Isolatie / Spouw 3/4 • Voor spouwmuur: • spouw aanwezig maar geen zekerheid of er in de spouw isolatie is of stilstaande lucht • isolatie: onbekend • spouw: ja • wanneer wel isolatie: • isolatie: ja • spouw: onbekend (tenzij bewijs minstens 2cm is) • volledig gevulde spouw • isolatie: ja • spouw: neen Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4b U-waarde: Isolatie / Spouw 4/4 • Isolatiematerialen: • PUR/PIR • XPS • EPS/MW/PF/PEF • kurk • cellenglas • perliet/natuurlijk materiaal • vermiculiet • vermiculietplaten • isolerende mortels → indien type en merk gekend is én de lambdawaarde is gelijk aan of kleiner dan 0,09 W/mK → invoeren als ‘vermiculietplaten’ → andere gevallen → niet inrekenen Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4c U-waarde: Muren 1/2 • Vaststelling isolatie/spouw? • ter hoogte van de zolderverdieping • in functie van het (ver)bouwjaar • metselverbanden, open stootvoegen, verluchtingsroosters • bij na-isolatie: aanwezigheid van boorgaten • bij houtskeletbouw: ter hoogte van de afdichtingsplaatjes voor stopcontacten of schakelaars • Aanname: • wanneer elektrische verwarming → geïsoleerd • gevels met leien: • steeds geventileerde spouw → spouw = neen • muren grenzend aan AOR en gebouwd in één bouwtraject • isolatie = neen (i.p.v. onbekend) Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4c U-waarde: Muren 2/2 • Hoofdtypen muren: • muren (niet in cellenbeton of niet in isolerende snelbouwsteen) • voorbeelden: • gewone spouwmuur • muur in houtskelet (met gevelsteen, buitenafwerking, …) • muur 40 cm zonder buitenafwerking • muren breder dan 30 cm in baksteen, snelbouwsteen of geëxpandeerde betonblokken met een buitenafwerking • dikte = de totale dikte - de dikte van isolatie en spouw • buitenafwerking: natuursteen, leien, houten afwerking of gevelsteen • muren in isolerende snelbouwsteen (minstens λ = 0,35 W/mK) • muren in cellenbeton • muren met een dragende structuur breder dan 24 cm in cellenbeton Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4d U-waarde: Vloeren 1/1 • Vaststellen isolatie/spouw? • ter hoogte van trapopeningen, onderkant vloerplaat • Bij vloerverwarming: • wanneer geen bewijsstukken dan aanname van 3 cm • Hoofdtypen vloeren: • vloeren met standaard constructie • vloeren met een cellenbeton constructie Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4e U-waarde: Daken 1/2 • Daken • hellend dak • plat dak • plafond (= zoldervloer) • Vaststellen isolatie/spouw? • vaststellen van isolatie mogelijk: • onafgewerkte doorvoeropening van schouwen, inbouwspots of onafgewerkte delen aan luiken, ingebouwde kasten, … • Aanname • wanneer elektrische verwarming → geïsoleerd • metalen dakbedekking = geen luchtspouw • Voorbeeld hellend dak: • laag tussen onderdak en isolatie (> 2 cm) = spouw Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4e U-waarde: Daken 2/2 • Hoofdtypen hellend dak • standaard hellend dak, bijvoorbeeld: dak met pannen, leien, metaal, … • hellend dak in riet • Hoofdtypen plat dak • standaard plat dak • plat dak met een cellenbetonconstructie • Hoofdtypen plafond (= zoldervloer) • standaard plafonds • plafonds met een cellenbetonconstructie • Bij twijfel → hoofdtype 1 (meest negatieve aanname) Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4f U-waarde: Openingen 1/6 • Openingen: • profiel • glas • vulpaneel • deur / poort • Hoofdtypen profiel • metaal: niet thermisch onderbroken • metaal: thermisch onderbroken • wanneer vensters open gaan dan visueel vast te stellen: tussenstuk in kunststof • anders bewijsstukken • kunststof: één kamer of onbekend • kunststof: twee of meer kamers • aan de hand van bewijsstukken • hout • geen profiel Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4f U-waarde: Openingen 2/6 • Hoofdtypen glas: • enkelvoudige beglazing (5,8) • ook enkel uitgevoerd profielglas • glasbouwstenen (3,5) • gewone dubbele beglazing (2,9) • ook dubbel uitgevoerd profielglas • hoogrendementsglas: verbouwjaar vóór 2000 (1,7) • hoogrendementsglas: verbouwjaar vanaf 2000 en later (1,4) • driedubbele beglazing zonder coating (2,2) • driedubbele beglazing met coating (0,6) Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4f U-waarde: Openingen 3/6 Vaststelling: • vlam: • aantal glasbladen: 2 voor enkel, 4 voor dubbel, … • coating: bij verkleuring van de vlam in weerspiegeling • gegevens op de afstandhouder? • met U-waarde of verwijzing, zie:http://www.vgi-fiv.be/content/nl/publicaties/k-waarden-van-isolerende-beglazingen.php • dan hoofdtype aanklikken met U-waarde gelijk of groter • bijvoorbeeld U-waarde: 1,1 dan hoofdtype 5 (hoogrendementsglas (ver)bouwjaar vanaf 2000 of later → 1,4) • voorzetramen: som van het aantal lagen: • wanneer twee lagen dan type 3 • wanneer drie lagen dan type 6 Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4f U-waarde: Openingen 4/6 Veranda in kunststofplaten of polycarbonaatplaten: • U-waarde van de kunststofplaat gekend • het eerstvolgende type beglazing met een U-waarde die groter is dan de U-waarde van de kunststofplaat • U-waarde van de kunststofplaat niet gekend: • voor tweewandige kunststofplaten → 'enkelvoudige beglazing‘ • voor vierwandige kunststofplaten → 'gewone dubbele beglazing' Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4f U-waarde: Openingen 5/6 Buitenzonwering of tussenzonwering • in het vlak van de beglaasde opening: • steeds over de volledige oppervlakte van het venster • rolluiken/luiken voorwaarden: én kunnen worden afgesloten, én de beglaasde opening bedekken • Niet: gordijnen (aan de binnenzijde) • niet gelegen in het vlak van de beglaasde opening (zoals luifels en dakoversteken): • voorwaarden: horizontale oversteek = minstens de helft van de raamhoogte Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil
4f U-waarde: Openingen 6/6 • Hoofdtypen vulpaneel • ongeïsoleerd • geïsoleerd • Hoofdtypen deur/poort • ongeïsoleerd metaal • ongeïsoleerd niet-metaal • geïsoleerd metaal • geïsoleerd niet-metaal Energieprestatiecertificaat RESIDENTIEEL: Gebouwschil