1 / 9

16 + 19 = 35 16 + 18 = 35 16 + … = 35 16 + p = 35

variabelen. 16 + 19 = 35 16 + 18 = 35 16 + … = 35 16 + p = 35. ware bewering niet ware bewering open bewering. op de plaats van … zet je in de wiskunde een kleine letter dat is de variabele. variabelen. variabelen staan in de plaats van een getal met variabelen kun je gewoon rekenen.

ebony
Download Presentation

16 + 19 = 35 16 + 18 = 35 16 + … = 35 16 + p = 35

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript

  1. variabelen 16 + 19 = 3516 + 18 = 3516 + … = 3516 + p = 35 ware beweringniet ware beweringopen bewering op de plaats van … zet je in de wiskunde een kleine letter dat is de variabele

  2. variabelen variabelen staan in de plaats van een getalmet variabelen kun je gewoon rekenen 6 + 6 + 6 + 6 = 4 x 6 = 24p + p + p + p = 4 x p = 4.p = 4p3a + 5a = 8a13m + 18m = 31m

  3. variabelen variabelen staan in de plaats van een getalmet variabelen kun je gewoon rekenen 3 x 3 x 3 x 3 x 3 = 35 = 243q x q x q x q x q = q5m x m = m2

  4. vermenigvuldigen let op bij letterrekenen: 3 x p = 3 · p = 3p

  5. gelijksoortige termen optellen 3a + 5a = 8a -9p + 6p = -3p hieronder staan een aantal voorbeelden van NIET gelijksoortige termen die kun je NIET korter opschrijven 3a + 5p 7m2 + 4m

  6. haakjes verdrijven 1-3 met getallen (hoofdrekenen) met getallen en letters 3 x 48 = 3 x (40 + 8) = 3 x 40 + 3 x 8 = 120 + 24 = 144 2p(4p + 8) = 2p x 4p + 2p x 8 = 8p2 + 16p

  7. haakjes verdrijven 2-3 (p + 2)(p + 8) = p2 + 8p + 2p + 16 = p2 + 10p + 16

  8. haakjes verdrijven 3-3 (p + 2)(p - 8) = p2 - 8p + 2p - 16 = p2 - 6p - 16

  9. buiten haakjes brengen 18pq + 30p = 6p (3q + 5) klad of hoofdrekenen: 18pq = 2 x 3 x 3 x p x q 30p = 2 x 3 x 5 x p de GGD 2 x 3 x p = 6p buiten haakjes brengen

More Related