E N D
Genesis 3:1 De slang nu was het listigste van alle dieren des velds, die de HERE God gemaakt had; en hij zeide tot de vrouw: God heeft zeker wel gezegd: Gij zult niet eten van enige boom in de hof? 2 Toen zeide de vrouw tot de slang: Van de vrucht van het geboomte in de hof mogen wij eten,3 maar van de vrucht van de boom, die in het midden van de hof staat, heeft God gezegd: Gij zult daarvan niet eten noch die aanraken; anders zult gij sterven.
4 De slang echter zeide tot de vrouw: Gij zult geenszins sterven,5 maar God weet, dat ten dage, dat gij daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden, en gij als God zult zijn, kennende goed en kwaad.6 En de vrouw zag, dat de boom goed was om van te eten, en dat hij een lust was voor de ogen, ja, dat de boom begeerlijk was om daardoor verstandig te worden, en zij nam van zijn vrucht en at, en zij gaf ook haar man, die bij haar was, en hij at.
Genesis 3:22 En de HERE God zeide: Zie, de mens is geworden als Onzer een door de kennis van goed en kwaad; nu dan, laat hij zijn hand niet uitstrekken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij in eeuwigheid zou leven.23 Toen zond de HERE God hem weg uit de hof van Eden om de aardbodem te bewerken, waaruit hij genomen was.24 En Hij verdreef de mens en Hij stelde ten oosten van de hof van Eden de cherubs met een flikkerend zwaard, dat zich heen en weer wendde, om de weg tot de boom des levens te bewaken.
Openbaring 2:7Wie een oor heeft, die hore, wat de Geest tot de gemeenten zegt. Wie overwint, hem zal Ik geven te eten van de boom des levens, die in het paradijs Gods is.
1 Johannes 3:12niet gelijk Kaïn: hij was uit de boze en vermoordde zijn broeder.
Genesis 4:3 Na verloop van tijd nu bracht Kaïn van de vruchten der aarde aan de HERE een offer;4 ook Abel bracht er een van de eerstelingen zijner schapen, van hun vet; en de HERE sloeg acht op Abel en zijn offer,5 maar op Kaïn en zijn offer sloeg Hij geen acht. Toen werd Kaïn zeer toornig en zijn gelaat betrok.
1 Kronieken 1:1Adam, Set, Enos,2Kenan, Mahalalel, Jered,3Henoch, Metuselach, Lamech,4 Noach, Sem, Cham en Jafet.
Lucas 3:38de zoon van Enos, de zoon van Set, de zoon van Adam, de zoon van God.
Gods kracht om te hervormen. 1965 Kaïn was zo’n persoon. Hij was zeker heel religieus. Nu, als religie alles is wat je moet hebben, dan is God onrechtvaardig voor het veroordelen van Kain. Want, hij was religieus. Hij was net zo religieus en oprecht als Abel was. Nu bedenk, hij dacht aan God, hij aanbad God, hij had een kerk, hij bouwde een altaar, hij maakte een offer. Hij bad, hij aanbad, maar het was verworpen. Hoe dan ook, Ezua net zo. Ziet U?
Gods kracht om te hervormen. 1965 Religie, ziet u, dat is satans werk. Niet om de hele zaak te doden, maar het te vervuilen. Dat is het. Hij zal de hele zaak niet doden.