380 likes | 518 Views
Drugmisbruik I. Druggerelateerde criminaliteit Druggebruik in de gevangenis. Overzicht van de les. Wettelijk kader, repressief beleid inzake drugs, samenwerking justitie – drughv Druggebruik in de gevangenis, cijfers, tendenzen, hulpverlening
E N D
Drugmisbruik I Druggerelateerde criminaliteit Druggebruik in de gevangenis
Overzicht van de les • Wettelijk kader, repressief beleid inzake drugs, samenwerking justitie – drughv • Druggebruik in de gevangenis, cijfers, tendenzen, hulpverlening • Bijzondere doelgroepen (mensen met verstandelijke handicap in de gevangenis) – theorie + video
Deel 1 : Beleid, wettelijk kader, justitie en hv Federale Beleidsnota drugs (jan. 2001) Uitgangspunten : • Voorkomen beter dan genezen • Behandeling voorkeur boven bestraffing • Onderscheid ‘hard drugs’ en andere drugs • Druggerelateerde overlast en criminaliteit voorkomen
5 concrete actiepunten : • Globale en integrale benadering • Evaluatie, epidemiologie en onderzoek • Preventie • Hulpverlening • Repressie
Het luik ‘repressie’ • Vooral gericht tegen drugproductie en drughandel • Bij louter druggebruik is strafrechterlijk interveniëren het ‘ultimum remedium’ • Enkel bij ‘maatschappelijke overlast’ en/of druggerelateerde criminaliteit – vervolging • Druggerelateerde criminaliteit : 3 vormen
Druggerelateerde criminaliteit : • Verwervingscriminaliteit (vb. diefstal) • Expressieve criminaliteit (onder invloed van drugs) • Consensuele criminaliteit (vb. deel uitmaken van een bende)
Krachtlijnen repressief beleid Strafrechterlijk tussenkomen zo lang mogelijk vermijden, druggebruikers zo veel mogelijk naar hv doorverwijzen Recent onderzoek wijst uit dat • Behandeling van druggebruik invloed heeft op mate van crimineel gedrag (recidive) • Behandeling minder duur is dan justitiële vervolging
Belgische opsporings- en vervolgingsbeleid • Categorie 1 Invoeren, vervaardigen, bezitten van een kleine hoeveelheid drugs voor eigen gebruik • Categorie 2 Hoeveelheid drugs die de notie ‘voor eigen gebruik’ overstijgt • Categorie 3 Druggerelateerde misdrijven anders dan Categorie 1 en 2
Alternatieve maatregelen • Therapeutisch advies • Klasseren zonder Gevolg (KzG) • Minnelijke schikking • Praetoriaanse Probatie • Bemiddeling in Strafzaken • Probatieopschorting en –uitstel • Voorwaardelijke invrijheidsstelling
Rechtsgang Alternatieve maatregel Misdrijf Politie Therapeutisch Advies Parket KzG, minnelijke schikking, Praetoriaanse Probatie Bemiddeling in Strafzaken Onderzoeksgerecht Vrijheid ond. voorwaarden Rechtbank Probatieopschorting Probatieuitstel Commissies Voorwaardelijke invrijheidsstelling
Therapeutisch advies • Op niveau van de politiediensten • Vorm van eerstelijnsdoorverwijzing • Niet zonder meer seponering van het feit • Moeilijkheden : wie ziet toe, eventuele sancties, supervisie vanuit een centrale dienst, …
Minnelijke schikking, KzG • Minnelijke schikking : betalen van een geldsom • Niet de meest aangewezen methode bij druggebruikers • KzG : KzG, KzG mits politievermaning, KzG mits doorverwijzing naar een voorziening voor hv (zie therapeutisch advies)
Praetoriaanse Probatie (PP) • ‘voorwaardelijk sepot’ – voorwaarden gekoppeld aan de seponering van het feit • Contract • Maatregel duurt 6 maanden waarna hv het parket dient in te lichten --- moeilijk (vb. beroepsgeheim) • Zaak blijft geklasseerd tot er nieuwe feiten zijn (geen permanent karakter)
Bemiddeling in Strafzaken • ‘wettelijke’ vorm van PP • Eenmaal de voorwaarden voldaan zijn, wordt de zaak definitief geklasseerd, maw er kan niet worden teruggekomen op de strafvordering • Concreet : behandeling, therapie (maximaal 6 maanden)
Vrijheid onder Voorwaarden (VOV) • Alternatief voor voorlopige hechtenis • Vrijheid behouden of verkrijgen mits naleven van een aantal voorwaarden • Termijn : drie maanden, verlenging mogelijk
Probatie • Probatiewet : voorwaarden ipv veroordeling • Probatieopschorting : feiten zijn bewezen, er wordt echter geen veroordeling uitgesproken • Probatieuitstel : veroordeling, straf wordt niet in uitvoering gebracht zolang aan de voorwaarden wordt voldaan • Proeftijd : min. 1, max 5 jaar • Via maatschappelijke enquêtes goed zicht op sit. – aangepaste voorwaarden
Voorwaardelijke invrijheidsstelling (VI) • Gunstmaatregel (1/3 straf; bij recidive 2/3, levenslange straf : 10 jaar; recidive 14 jaar) • Reclasseringsplan – Personeelscollege (obv multidisciplinair team) – Commissie • Criteria : persoonlijkheid dader, houding tov feiten, gevolgen voor slachtoffers, kans tot nieuwe feiten, mogelijkheden tot reïntegratie, gedrag tijdens detentie • Klassieke voorwaarden : geen contact met ex-gedetineerden, geen café-bezoek, …
Deel 2 : Druggebruik in de gevangenis • België : om en bij 8000 gedetineerden (8/100.000) waarvan +/- 300 vrouwen (ongeveer 4 %) • 32 strafinrichtingen over heel België, ingedeeld naar ‘huizen van arrest’ en ‘strafhuizen’ • Strafhuizen ingedeeld volgens omvang en werksoort • Drie soorten ‘strafhuizen’ : - open inrichtingen - halfopen inrichtingen - gesloten inrichtingen
Algemene uitgangspunten • ‘behandeling’ vs. ‘bestraffing’ van gedetineerden • Laatste jaren (na de het pessimisme van de jaren ’70 – zie Martinson, 1974) opnieuw geloof in de rehabilitatiekansen van gedetineerden • Hierbij gaat men er vandaag de dag vanuit dat gedetineerden – naast justitiële problemen – ook vaak op andere gebieden moeilijkheden hebben (problemen op het werk, psychisch, druggebruik, …) • Nederlands onderzoek (Koeter & Luhrman, 1998) wees ook uit dat een groot aantal druggebruikende gedetineerden ‘lage verstandelijke mogelijkheden’ hebben --- implicaties naar behandeling toe (cf. infra)
Achtergronden • Behandeling van druggebruikers in de gevangenis wordt wereldwijd meer en meer belicht in recent wetenschappelijk onderzoek • Er is immers sprake van een zeer groot probleem : * aantal gedetineerden E.U. 94/100.000 inw. * tussen 15 en 50 % druggebruik * ENDHASP schat dat 46.5 % van de gedetineerden drugs gebruikten voor de detentie * 18-20 % allochtoon
Achtergronden (2) • Cijfers voor Belgie tonen aan dat : * er ongeveer 8000 gedetineerden zijn (78/100.000 inw.) * tussen 35 en 40 % van de gedetineerden niet de Belgische nationaliteit hebben (implicaties naar behandeling toe !) * 32 – 42 % van de gedetineerden drugs gebruiken * ongeveer 5 % van de misdrijven in België te maken hebben met ‘verdovende middelen en drugs’ (NIS, 1999) * cannabis de meest gebruikte drug is * ruw geschat tussen 150 – 200 geïnterneerden in Belgische gevangenissen een verstandelijke handicap hebben
Achtergronden (3) • Recent onderzoek geeft een verdere voorzichtinge verfijning van de resultaten • 60 % verklaarde drugs te hebben gebruikt tijdens maand voor detentie • 40 % ook in de gevangenis • Problemen om dit te bevragen (gevoelig onderwerp) • Amerikaanse cijfers zijn nog hoger : 70 % van pas gearresteerde mensen positieve urinetest 65 % zou in het verleden regelmatig illegale drugs hebben gebruikt
Achtergronden (3) • Het belang van behandeling wordt binnen de E.U. hoog ingeschat • Toch zijn er nog een aantal knelpunten m.b.t. een omvattende behandeling en preventie binnen het Europese gevangeniswezen • Verschillende vormen van behandeling : harm reduction iniatieven, drugvrije behandeling, « treatment instead of punishment » • Evaluatie-onderzoek correction-based therapeutic community (T.G.) : positieve resultaten (vb’en : zie Lees, Manning and Rawlings, 1999)
Krachtlijnen penitentiair drugbeleid • Aangepaste behandeling in overeenstemming met de Standard Minimum Rules for the Treatment of Prisoners’ – gedetineerde heeft recht op sociale contacten, onderwijs, geneeskundige zorgen,… (VN) (gedetineerde moet dus toegang hebben tot dezelfde voorzieningen als buiten de gevangenis) • Beleidsnota Federale Regering houdt hier ook rekening mee
Krachtlijnen • Mogelijkheid externe zorgverleners • Antwoord bieden op medische en psycho-sociale noden • Dokter als behandelende referentiearts • Substitutiebehandeling onder strikte voorwaarden • Contact met externe zorgverlenende diensten • Opvolging bij vrijlating • Maatregelen tegen oververtegenwoordiging
Therapeutische Gemeenschappen (TG) • De TG in de gevangenis : democratisch vs. hiërarchisch (zie Rawlings, 1998) • De drugvrije hiërarchische TG : effectieve behandeling m.b.t. het reduceren van recidivisme en herval • Democratische TG : verlagen van ‘her-veroordelingen’ en positieve invloed op gedrag en psychische moeilijkheden • Interessante punten : • Tijd in programma • Nazorg • Gewelddadige en ‘moeilijke’ gedetineerden • Kleine TG’s ‘overleven’ meestal niet lang (veiligheid – behandeling) • Meer onderzoek is nodig
Onderzoek toont aan dat gedetineerden dikwijls niet gemotiveerd zijn voor behandeling of enkel extrinsiek en bovendien vaak gedwongen door justitie (cf. Prochaska en DiClemente, 1992) • In hoeverre geldt dit vb. ook voor mensen met een verstandelijke beperking ? • Verschillende onderzoeksprojecten tonen aan dat verstandelijke mogelijkheden van cliënten behandeling kunnen beïnvloeden * overschatting van cognitieve mogelijkheden * motivatie
(Verandering volgens Prochaska & DiClemente) • 5 fasen • Voorbeschouwing • Overpeinzing • Voorbereiding • Actie • Stabilisatie Niet lineair, maar opwaartse spiraal
Substitutiebehandeling • Pas sinds de jaren ’90 • Voorwaarden: • Reeds voor de detentie • Gebruik wordt afgebouwd • Uitzonderingen : zwangere vrouwen, kortdurend gestraften, mensen die besmet zijn met HIV
Andere vormen van behandeling • Detoxificatie • Drugvrije afdeling – drugvrije vleugel. Drugvrije afdelingen meestal gekenmerkt door het leven in groep met aandacht voor een positieve atmosfeer en de kracht van de peer-groep • Zelfhulpgropen • Harm Reduction (vaccinatie, ontsmettingsmiddelen, sputenruil, condooms) • Integratiebevorderende initiatieven (nazorg, voorbereiding op vrijlating, sessies bij psychiater, …)
Deel 3 Mensen met verstandelijke beperkingen • [Video ivm persoon met een verstandelijke beperking in de gevangenis] • Druggebruik bij mensen met een verstandelijke beperking – les later op het jaar • Vast staat dat mensen – o.i. van nieuwe paradigma – meer en meer toegang hebben tot (il)legale drugs • Mensen met verstandelijke beperkingen i/d gevangenis meer kans op druggebruik dan mensen met verstandelijke handicap in de gemeenschap.
Een aantal cijfers • Aantal mensen met een handicap in de gevangenis : • Beklaagden : cijfers van 1 % (range : 45 – 120, M : 83.4) tot 5 a 6 % • Veroordeelden : 0.5 % tot 9.5 % • Grote variatie in deze schattingen te wijten aan : • Verschil in alternatieven voor gevangenisstraf Onvolledige data Gehanteerde tests + training afnemers Tijdstip van testafname Methodologie
Algemeen IQ van gedetineerden als populatie blijkt lager te zijn dan gemiddeld • Bovendien is het opvallend dat weinig onderzoek is verricht, zeker ook m.b.t. hun prevalentie in andere fasen van het rechtssysteem • Gearresteerden : 4 – 9 % • Probatie : 6 % • 1/7 gedetineerden: psychotische ziektebeelden of majeure depressie – 1/2 mannen en 1/5 vrouwen antisociale persoonlijkheidsstoornis
Wat leren ons deze gegevens? • Het gaat om significante aantallen • Op basis van deze data kunnen we geen uitspraken doen over het feit of mensen met een verstandelijke beperking meer of minder criminaliteit plegen • Het gaat meestal om mensen met een ‘lichte verstandelijke beperking’ (mens rea), vaak uit chaotische/gedepriveerde families, met weinig ondersteuning, vaak arm en met een andere etnisch-culturele achtergrond • Ze komen vaak niet in aanmerking voor opname in dienst voor mensen met handicap of geestelijke gezondheidszorg
Glippen vaak door de mazen van het net en worden ‘nooit of laat’ gediagnosticeerd • Risico’s 1 bij arrestatie • Niet (h)erkend worden • Rechten niet kennen • Valse bekentenissen • Onverstandige beslissingen 2 rechtbank • Geen advocaat Taal Kruisverhoor 3 probatie Contracten niet begrijpen Geen toegang tot hv 4 gevangenis Gepest, misbruikt worden
Controverse rond doodstraf bij mensen met een verstandelijke beperking in Amerika • Voorlopige conclusies • ‘ze zijn er !’ • Lopen risico en zijn kwetsbaar • Betere diagnose om te voorkomen dat hun noden en behoeften niet worden in rekening gebracht
Verdere literatuur Glaser, W., & Deane, K. (1999). Normalisation in an abnormal world. A study of prisoners with an intellectual disability. International Journal of Offender Therapy and Comparative Criminology, 43(3), 338-356. • Holland, T., Clare, I. C. H., & Mukhopadhyay, T. (2002). Prevalence of 'criminal offending' by men and women with intellectual disability and the characteristics of 'offenders': implications for research and service development. Journal of Intellectual Disability Research, 46(Suppl. 1), 6-20. • Turner, S. (2000). Forensic risk assessment in intellectual disabilities. The evidence base and current practice in one English region. Journal of Applied Research in Intellectual Disabilities, 13, 239-255.