Voorganger

1. Ds. C. van der Leest Toewijding aan Christus Voorganger Thema

2. Liturgie zondagmiddag 28 februari 2010, ds. C. v/d Leest Votum en zegengroet + amen Ps. 9: 1, 5, 6 en 7Gebed Lezen: Mat. 16: 13-23Opw. 430 (z.o.z.)Tekst: Mat. 16: 24-26 Preek LB. 442: 1 en 2Geloofsbelijdenis Ps. 9: 8, 9, 12 en 14 Gebed CollecteLB. 442: 3 en 4Zegen

3. 1 Wilt u echt bij Christus horen? • = Met hart en ziel toegewijd zijn

4. 2 Wilt u echt bij Christus horen? • = Met hart en ziel toegewijd zijn • Daarin is Christus voorgegaan

5. 3 Wilt u echt bij Christus horen? • = Met hart en ziel toegewijd zijn • Daarin is Christus voorgegaan • Hij kondigde aan: Hij ging het uiterste

6. 4 Wilt u echt bij Christus horen? • = Met hart en ziel toegewijd zijn • Daarin is Christus voorgegaan • Hij kondigde aan: Hij ging het uiterste • Daarna droeg Hij ons op: toewijding!

7. 5 Hoe vergaand die toewijding is • Onszelf verloochenen • Misverstanden: jezelf wegcijferen

8. 6 Hoe vergaand die toewijding is • Onszelf verloochenen • Misverstanden: jezelf wegcijferen • Keuze: voorrang geven aan God

9. 7 Hoe vergaand die toewijding is • Onszelf verloochenen • Misverstanden: jezelf wegcijferen • Keuze: voorrang geven aan God • = Moeilijk: enkele voorbeelden

10. 8 Hoe vergaand die toewijding is • Onszelf verloochenen • Misverstanden: jezelf wegcijferen • Keuze: voorrang geven aan God • = Moeilijk: enkele voorbeelden • Tegen laksheid ingaan

11. 9 Hoe vergaand die toewijding is • Onszelf verloochenen • Misverstanden: jezelf wegcijferen • Keuze: voorrang geven aan God • = Moeilijk: enkele voorbeelden • Tegen laksheid ingaan • Eerlijk zijn; doen wat past bij God

12. 10 Hoe vergaand die toewijding is • Onszelf verloochenen • Misverstanden: jezelf wegcijferen • Keuze: voorrang geven aan God • = Moeilijk: enkele voorbeelden • Tegen laksheid ingaan • Eerlijk zijn; doen wat past bij God • Je houden aan Gods grenzen

13. 11 Hoe vergaand die toewijding is • Onszelf verloochenen • Misverstanden: jezelf wegcijferen • Keuze: voorrang geven aan God • = Moeilijk: enkele voorbeelden • Tegen laksheid ingaan • Eerlijk zijn; doen wat past bij God • Je houden aan Gods grenzen • Recht doen aan liefde voor de ander

14. 12 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • ‘Elk huis heeft z’n kruis’

15. 13 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • ‘Elk huis heeft z’n kruis’ • = Accepteren van gebrokenheid

16. 14 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • ‘Elk huis heeft z’n kruis’ • = Accepteren van gebrokenheid: • = Zwaar: dromen; eisende instelling

17. 15 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • ‘Elk huis heeft z’n kruis’ • = Accepteren van gebrokenheid: • = Zwaar: dromen; eisende instelling • De dingen zijn niet ideaal

18. 16 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • ‘Elk huis heeft z’n kruis’ • = Accepteren van gebrokenheid: • = Zwaar: dromen; eisende instelling • De dingen zijn niet ideaal • Gods weg met ons

19. 17 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • ‘Elk huis heeft z’n kruis’ • = Accepteren van gebrokenheid: • = Zwaar: dromen; eisende instelling • De dingen zijn niet ideaal • Gods weg met ons • Geluk vooral zoeken bij God

20. 18 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • Christus dacht aan een heuse kruisiging

21. 19 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • Christus dacht aan een heuse kruisiging • = Bereid zijn om te sterven • Alles voor Christus over hebben

22. 20 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • Christus dacht aan een heuse kruisiging • = Bereid zijn om te sterven • Alles voor Christus over hebben • Christen zijn is niet makkelijk

23. 21 Hoe vergaand die toewijding is • Ons kruis op ons nemen • Christus dacht aan een heuse kruisiging • = Bereid zijn om te sterven • Alles voor Christus over hebben • Christen zijn is niet makkelijk • Christus: ‘Laat je niet afschrikken’

24. 22 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief

25. 23 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen

26. 24 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen • Christus: wij brengen geen redding

27. 25 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen • Christus: wij brengen geen redding • We kunnen niks meenemen

28. 26 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen • Christus: wij brengen geen redding • We kunnen niks meenemen • Christus: toewijding is heilzaam

29. 27 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen • Christus: wij brengen geen redding • We kunnen niks meenemen • Christus: toewijding is heilzaam

30. 28 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen • Christus: wij brengen geen redding • We kunnen niks meenemen • Christus: toewijding is heilzaam • Wij zijn vaak wantrouwend

31. 29 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen • Christus: wij brengen geen redding • We kunnen niks meenemen • Christus: toewijding is heilzaam • Wij zijn vaak wantrouwend • Wie z’n leven verliest, behoudt het

32. 30 Hoe heilzaam die toewijding is • Toewijding lijkt negatief • We hebben graag greep op de dingen • Christus: wij brengen geen redding • We kunnen niks meenemen • Christus: toewijding is heilzaam • Wij zijn vaak wantrouwend • Wie z’n leven verliest, behoudt ‘t • Dus: niet opgaan in het hier en nu

33. 31 Toewijding aan Christus • Niet volstaan met halfslachtigheid • Vertrouwen hebben op de goede afloop • Veel uit handen geslagen • Toch onze handen gevuld