720 likes | 976 Views
scapula clavicula humerus ulna radius. carpus ossa carpi metacarpus ossa metacarpalia I-V digiti. herhaling botten. herhaling botten (vervolg). scapula ligging: tussen 2e en 8e rib margo medialis loopt parallel met w.k. hoek scapula - frontaal vlak: 30° (in transversaal vlak)
E N D
scapula clavicula humerus ulna radius carpus ossa carpi metacarpus ossa metacarpalia I-V digiti herhaling botten
herhaling botten (vervolg) • scapula • ligging: • tussen 2e en 8e rib • margo medialis loopt parallel met w.k. • hoek scapula - frontaal vlak: 30° (in transversaal vlak) • hoek scapula - frontaal vlak: 10 - 15° (in sagittale vlak)
ossa carpi • os HAmatum • os CApitatum • os Trapezoideum • os TRApezium • os Pisiforme • os TRiquetrum • os LUnatum • os SCAphoideum
gewrichten • art. acromioclavicularis • lig. acromioclaviculare • lig. coracoclaviculare • lig. conoideum • lig. trapezoideum
gewrichten • art. sternoclavicularis • lig. sternoclaviculare anterius • lig. sternoclaviculare posterius • lig. costoclaviculare • lig. interclaviculare
gewrichten • scapulothoracale ‘gewricht’ • bewegingen scapula/clavicula?
gewrichten (vervolg) • art. humeri • ligg. glenohumeralia • lig. coracohumerale • bewegingen?
gewrichten (vervolg) • art. cubiti • art. humero-ulnaris • art. radio-ulnaris proximalis • art. humeroradialis • bewegingen? ligging assen?
gewrichten (vervolg) • art. radio-ulnaris distalis • discus articularis • bewegingen?
gewrichten (vervolg) • ‘polsgewricht’ • art. radiocarpea • art. mediocarpea • artt. intercarpeae • bewegingen? ligging assen?
gewrichten (vervolg) • art. ossis pisiformis • artt. carpometacarpeae • artt. intermetacarpeae • artt. metacarpophalangeae • artt. interphalangeae
spieren • Indeling: • Spieren van romp naar schoudergordel • Spieren van schoudergordel naar arm • Spieren van romp naar arm • Welke spieren zitten in welke groep?
spieren • Welke spieren behoren tot het rotatorenmanchet?
Spieren van romp naarschoudergordel • Welke spieren worden direct bedekt (geheel of ten dele) door de m. trapezius? (werkboek vraag 235)
Spieren van schoudergordel naar arm • Waardoor wordt de palpatie van de m. supraspinatus ernstig bemoeilijkt? (werkboek vraag 275)
Spieren van schoudergordel naar arm • Waardoor is de m. infraspinatus veel gemakkelijker te inspecteren en palperen dan de m. teres minor? (werkboek vraag 269)
Spieren van schoudergordel naar arm • m. subscapularis • effect? • positie arm voor palpatie?
Spieren van schoudergordel naar arm • Welke structuren begrenzen de m. coracobrachialis in vivo?
Spieren van schoudergordel naar arm • beweging: exorotatie humerus • welke spieren? • agonist of synergist?
okselwanden • mediale wand: • thoraxwand en bovenste koppen m. serratus anterior • ventrale wand: • m. pectoralis major en m. pectoralis minor
okselwanden • dorsale wand: • craniaal: m. subscapularis • caudaal: buik m. teres major (mediaal) en pees m. latissimus dorsi (lateraal) • Waar ligt de art. humeri dus t.o.v. deze dorsale wand?
spieren van romp naar arm • m. pectoralis major • pars clavicularis • pars sternocostalis • pars abdominalis • effecten?
spieren van romp naar arm • m. latissimus dorsi • Waar ligt deze spier niet oppervlakkig? • Welk effect van deze spier wordt in vivo gebruikt?
spieren bovenarm • flectorenloge • extensorenloge • septa intermuscularia brachii mediale en laterale • sulcus bicipitalis mediale en laterale
spieren bovenarm (ventraal) • m. biceps brachii • caput longum • caput breve • origo’s en insertie?
spieren bovenarm (ventraal) • m. brachialis • Tussen welke spieren/structuren ligt de m. brachialis oppervlakkig? • vivo: m. brachialis en m. biceps brachii
spieren bovenarm (dorsaal) • m. triceps brachii • caput laterale • caput longum • caput mediale • vivo: m. triceps brachii
spieren onderarm (dorsolateraal en oppervlakkig) • Welke spieren behoren tot deze groep?
spieren onderarm (dorsolateraal en oppervlakkig) • m. brachioradialis • m. extensor carpi radialis longus • m. extensor carpi radialis brevis • vivo
spieren onderarm en hand (palmair) • In de onderarm zijn de palmaire spieren te verdelen in 4 lagen. Welke spieren liggen in welke laag? (werkboek 716)
onderarm spieren palmair • m. flexor carpi radialis • m. flexor carpi ulnaris • m. flexor digitorum profundus • m. flexor digitorum superficialis • m. flexor pollicis longus • m. palmaris longus • m. pronator quadratus • m. pronator teres
spieren onderarm en hand (palmair) • retinaculum flexorum • orientatiepunten ossa carpi • welke pezen lopen niet onder of door dit retinaculum?
spieren onder arm en hand (palmair) • Laag 1: • m. pronator teres • m. flexor carpi radialis • m. palmaris longus • m. flexor carpi ulnaris
spieren onderarm en hand (palmair) • Laag 2: • m. flexor digitorum superficialis
spieren onderarm en hand (palmair) • Laag 3: • m. flexor digitorum profundus • m. flexor pollicis longus
spieren onderarm en hand (palmair) • Laag 4: • m. pronator quadratus
spieren onderarm en hand (dorsaal) • De pezen van de dorsaal gelegen spieren zijn verdeeld over 6 tunnels van het retinaculum extensorum.
Spieren onderarm en hand (dorsaal) • Tunnels: • I: m. abd. pollicis longus en m. ext. pollicis brevis • II: mm. ext. carpi radiales longus en brevis • III: m. ext. pollicis longus • IV: m. ext. digitorum en m. ext. indicis • V: m. ext. digiti minimi • VI: m. ext. carpi ulnaris
spieren onderarm en hand (dorsaal, oppervlakkig) • m. extensor digitorum • m. extensor digiti minimi • m. extensor carpi ulnaris
spieren onderarm en hand (dorsaal, diep) • m. supinator • m. abductor pollicis longus • m. extensor pollicis brevis • m. extensor pollicis longus • m. extensor indicis
intrinsieke handspieren • Welke spieren behoren tot de duimmuis en welke tot de pinkmuis (werkboek 737)
intrinsieke handspieren • thenar: • m. adductor pollicis • m. opponens pollicis • m. flexor pollicis brevis • m. abductor pollicis brevis
intrinsieke handspieren (thenar) • Hoe kun je de m. abductor pollicis brevis, de m. flexor pollicis brevis en de m. opponens pollicis in vivo van elkaar onderscheiden? (werkboek 740)
intrinsieke handspieren • hypothenar: • m. opponens digiti minimi • m. flexor digiti minimi brevis • m. abductor digiti minimi • m. palmaris brevis
intrinsieke handspieren (hypothenar) • Hoe kun je de m. abductor digiti minimi, de m. flexor digiti minimi brevis en de m. opponens digiti minimi in vivo van elkaar onderscheiden? (werkboek 741)
intrinsieke handspieren • middenhand: • mm. lumbricales • mm. interossei palmares • mm. interossei dorsales
inserties buigers en strekkers • dorsaal: • dorsaalaponeurose • ventraal: • pezen mm. flexor digitorum profundus en superficialis
dorsaalaponeurose • peesapparaat van de strekkers: • m. extensor digitorum • m. extensor indicis • m. extensor digiti minimi • mm. lumbricales • mm. interosei
bewegingen in de elleboog • Welke spieren geven flexie in de art. cubiti? • Welke spieren geven extensie in de art. cubiti?
bewegingen in de onderarm • Welke spieren geven pronatie ? • Welke spieren geven supinatie?