1 / 21

Marketing planning / ondernemingsplanning

Marketing planning / ondernemingsplanning. Samenvattend overzicht. Marketing plan  ondernemingsplan. Zelfde stramien Waar gaat dit over? Wat is het probleem dat we moeten aanpakken?

jerrod
Download Presentation

Marketing planning / ondernemingsplanning

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Marketing planning / ondernemingsplanning Samenvattend overzicht

  2. Marketing plan  ondernemingsplan • Zelfde stramien • Waar gaat dit over? • Wat is het probleem dat we moeten aanpakken? • Van waar komt het? Wat is de achterliggende “mechaniek”? Wat hangt aan wat vast? Wat kunnen we gebruiken bij de aanpak? Wat moeten we in ‘t oog houden tijdens het werken? • Welk probleemdeel kunnen/moeten we realistisch gezien oplossen? • Hoe gaan we dat doen? • Hoe zeker zijn we waarom dat dit gaat werken en waaraan gaan we dat zien? • Wat gaat dat alles bij mekaar kosten? Wat gaat dat opbrengen? • Waar halen we het geld? • Zelfde doel • Een doordachte, stuurbare, “bijregelbare” probleemaanpak • Een onderhandelingsdocument naar “geldschieters” die adh ervan hun risico’s kunnen inschatten, opvolgen en bijsturen.

  3. Marketing plan  ondernemingsplan • Verschillende “scope”  hiërarchie • Ondernemingsplan = hele onderneming • BU-plan= verder uitwerking naar Business Unit • Marketingplan = verdere uitwerking naar marketing • Verkoopplan = verdere uitwerking naar verkoop • …. • Verschillende primaire doelgroepen • Ondernemingsplan  financiers, economen, .. • BU-plan  ondernemingsleiding die er zijn reputatie aan verdient + BU-intern: om medewerkers “mee” te krijgen • Marketingplan  BU-leiding die bonus-afhankelijk is van het resultaat + Commerciële afdeling die naar letter én geest moeten intekenen • Verkoopplan  MKT management dat met hart en ziel verbonden is met “zijn” merk en “zijn” marketing + verkopers die naar letter én geest moeten intekenen • ….

  4. Onderlinge verschillen hebben impact op: • De inhoud van het plan = dat wat in de diverse rubrieken staat • Soms nodig om ook titels anders te benoemen om ze de lading beter te laten dekken • De aanpak van het plan • Het concrete plandoel stuurt de aanpak en de rapporterings • Een goed plan doet wat het moet doen, een slecht plan doet dat niet • Vooral het evenwicht tussen cijfers en tekst én het gebruik & de rapportering van informatie • Vuistregel : meer standaard financiële staten& belang van wetenschappelijke conventies naarmate “hiërarchisch hoger” plan • Taalgebruik en “overall impression” afstemmen op taal en standaarden van doelgroep • Om klanten “mee” te krijgen, moeten zij in hun taal alle signalen ontvangen die zeggen “dit is iets waar ik moet in meegaan om mijn belang te dienen” .. EN VOORAL geen signalen zien die hen aan dat laatste doen twijfelen

  5. Onderlinge verschillen hebben impact op • De manier waarop het plan beheerd wordt • Plannen vallen zonder uitzondering onder de regel “de mens wikt, God beschikt”  het gaat dus nooit 100% lopen zoals gepland • Dat op zich is niet echt een probleem: een plan helpt u om “te zien hoe het werkt” en dus ook waar je wat kan bijsturen als wat fout loopt  daarvoor zitten er budgetten en andere opvolgstaten in het plan • Wat per plansoort verschilt is waar en wanneer men hoe snel gaat ingrijpen en vooral “de stekker gaat uittrekken”  hiërarchisch “hogere” plannen hebben op kritieke plaatsen kleinere foutenmarges omwillen van de grotere risico’s voor het bedrijfsoverleven

  6. Hoe begin je aan een plan • Je krijgt een opdracht • Van iemand • Van jezelf • Van jezelf is extra moeilijk omdat je “vertekend” bent  het is slim om iemand “van buitenaf” in te schakelen om je voeten op de grond te houden • Opdracht = het resultaat van een aanvoelen van + een denkproces bij een opdrachtgever • Niks garandeert dat het aanvoelen en/of dat denkproces volledig en/of juist is • Dat checken is het tweede werk • Niks garandeert dat de opdracht gegeven wordt op een correcte manier, volledig, inclusief alle informatie of zelfs met het doel of de verwachtingen volledig uitgesproken • Dat checken en de gaten maximaal aangevuld krijgen is het eerste werk

  7. Planstap 1: Debriefing • Doel: • Opdracht scherp stellen zodat er niet naast doel gewerkt wordt • Opdracht bijsturen zodat het aanpakken ervan haalbaar wordt binnen de gegeven tijd en middelen • De verwachtingen van de opdrachtgever scherp en duidelijk in kaart brengen • Hoe? • Standaard: • Opdracht door opdrachtgever gevolgd door vragenrondes en bijkomende info-vragen van opdrachtnemer aan opdrachtgever via mail • presentatie/vergadering van opdrachtnemer aan opdrachtgever + rapport als naslag • Discussie tot consensus • Consensus op papier met formeel akkoord van beide partijen • Belangrijk • Een debriefing op papier, gemaild naar opdrachtgever – ideaal met ontvangstbevestiging.

  8. Hulpmiddelen in opleiding = inzet van uw USP/meerwaarde! • Zoek mogelijke “handboek-benaming” van probleem • NPD? Product in fase PLC? Markttype? Concurrentiebenadering? Prijsstrategie? .. • Zoek “handboek-benadering” van de sector • Fysiek of dienst? B2C? B2B? (industrieel? ..) • Zoek de kernprincipes van marketing doen binnen die parameters en leidt af • Theorie: Waar zou het kunnen aan liggen? Waar moet je op letten? Welke vragen moet je stellen? Welke dingen moet je weten? .. • Praktijk: welke voorbeelden van dit soort problemen vind je, zijn er cases die over ong. zelfde gaan, … • Ga terug naar je werk en bekijk hoe dat bij jou zit

  9. Planstap 2: probleemverkenning • Eigen bedrijf opdrachtgever • Marktomgeving • Concurrentie in kaart brengen • Publieken, wetgeving, .. in kaart brengen • Wereld verkennen naar voorbeeldoplossingen • Verkenning omgeving op potentiële kansen en problemen

  10. Hulpmiddelen in opleiding = inzet van uw USP/meerwaarde! • Theorie • Omgevingsfactoren van Kotler • Zoek per factor op welke vragen je moet stellen • Omgevingsmodel van Porter • Kijk of deze benadering beter past bij wat je vindt • Omgevingsanalyse praktijk • zoek bestaande analyses die je kan gebruiken • Zoek bestaande analyse-sjablonen • Kijk of er in het bedrijf voorbeelden liggen die je kan gebruiken als leidraad

  11. Plan 3: analyse • Hoe werkt de onderneming? • Hoe werkt de markt? • Hoe plaatst ons dat naar “geschiktheid voor probleemaanpak” • Welke sterkten kunnen we inzetten, welke zwakten kunnen we eventueel remediëren, Welke kansen & problemen legt de toekomst op onze weg? (SWOT) • Hoe kunnen we het probleem aanpakken in praktijk? (strategische alternatieven) • Welke ingrepen zouden hoe werken? Met hoeveel zekerheid/garantie op slagen? • Welke nieuwe dingen zouden we kunnen proberen om het probleem aan te pakken? En hoe zouden die scoren qua zekerheid en kans op slagen? • Welke ingrepen zouden goed werken maar zijn voor ons moeilijk om rond te krijgen? Waarom? Zijn ze toch de moeite van overwegen waard?

  12. Hulpmiddelen in opleiding = inzet van uw USP/meerwaarde! • Doelgericht SWOT-denken • Een opleidingscompetentie = iets wat je door gericht eigen inoefenen zelf ontwikkeld hebt in de loop van je opleiding • Bijdrage opleiding: je observeerbare oefenkansen geven + je doorheen al je werk er op wijzen of en in hoeverre je deze competentieontwikkeling reflecteert in je werk • Strategische alternatieven • Zelfstandig denken, redeneringen opzetten en persoonlijke, doelgerichte creativiteit = een “zachte” opleidingscompetentie • bijdrage opleiding: zie hierboven

  13. Plan 4: strategische keuze • SWOT van alle alternatieven naar “goedheid van oplossing” • Opbrengsten versus kosten • Slaagkansen en beheersbaarheid van risico • Langetermijn implicaties naar synergie, afgesloten en geopende mogelijkheden, … • Afwegen naar principiële beleidskeuzes bedrijf • Of “op prijs” of “op marketing” spelen • Wat wilt het bedrijf, wat kan het bedrijf, wat kan/wil het bedrijf het langst/best/meest consequent doen • Strategische voorstel formuleren

  14. Hulpmiddelen in opleiding = inzet van uw USP/meerwaarde! • Doelgericht werken • Een opleidingscompetentie • Bijdrage opleiding: zie hieronder • SWOT-denken • Een opleidingscompetentie = iets wat je door gericht eigen inoefenen zelf ontwikkeld hebt in de loop van je opleiding • Bijdrage opleiding: je observeerbare oefenkansen geven + je doorheen al je werk er op wijzen of en in hoeverre je deze competentieontwikkeling reflecteert in je werk • Strategische alternatieven • Zelfstandig denken, redeneringen opzetten en persoonlijke, doelgerichte creativiteit = een “zachte” opleidingscompetentie • bijdrage opleiding: zie hierboven

  15. Plan 5: Implementatievoorbereiding • SMART expliciteren van implementatiedoelen: • Globale doelstelling tegen einde werkperiode • Specifieke tussendoelstellingen voor deelimplementaties / werkperiodes • Vb. Verkoopdoelstellingen tegen einde werkperiode • Vb. verkoopdoelen tegen volgende maand • Resumeren van gekozen strategische benadering • Met concrete implicaties naar onderhavig implementatiedeel • Segmentatie / positionering / doelgroep • Expliciteren + keuzes maken voor zover dat nog niet gebeurd is • 4 P-uitwerkingkeuzes en beslissingen in volgorde • “maken van het marktaanbod”  merk, claims, productnaam, .. • Beslissen van prijsaanpak die positie marktaanbod aanvult en ondersteunt • Beslissen van plaats-aanpak die positie … • Beslissen over globale communicatieaanpak • Merkpersoon  “tone of voice”, aard communicatie met doelgroep, doelassociaties • Mediabeleid  wat kunnen/willen we beheersen en wat niet • Budget  wat kunnen we wanneer investeren • Promotienoden  welke concrete problemen moeten wanneer met welke prioriteit opgelost worden met communicatie

  16. Hulpmiddelen in opleiding = inzet van uw USP/meerwaarde! • SMART  geleerd + systematisch ingeoefend • Duidelijk, doelgericht en wervend/motiverend resumeren van strategische denklijnen  communicatie • 4 P-uitwerking = uw stiel  gekende, ingeoefende vaktechnieken • Handboeken + werkmodellen als hulp gebruiken  ingeoefend in praktijkwerk • Promotie= specialisatievakken binnen stiel

  17. Plan 6: briefings naar uitvoerders • Briefingstramien voor opdrachten • Alle informatie die specialisten nodig hebben om mee te denken vanuit hun expertise • Merk & product = waar praten we over? • Globale situatieschets = in grote lijnen: wat “spelen” we, hoe liggen de kaarten, hoe werkt “het spel” • Globale doelstelling = waar willen we uiteindelijk met alle implementaties samen uitkomen • Specifieke doelstelling = wat moet “jouw” actie daar concreet aan bijdragen • Bij wie moet je dat doel bereiken = doelgroep (beschrijving + alles wat je weet over hun “werking” naar het onderwerp van deze opdracht) • Alle dingen die jij als planspecialist weet en vooraf bedacht hebt = jouw eigen expertise • Welke argumenten gaan volgens jouw onderzoek en ervaring naar doelgroep werken (argument, welke ondersteuning, welk bewijs, ..) • Hoe wil je met doelgroep praten (tone of voice, manner, ..) • Met welke praktische “firma zaken” moet bij uitvoering rekening gehouden worden

  18. Hulpmiddelen in opleiding = inzet van uw USP/meerwaarde! • Briefing • Gebruik en nut: tijdens opleiding ontdekt en verkend tijdens diverse teamwerken • Basisprincipes = • efficiënt communiceren  vak: communicatie & -technieken • Efficiënt communiceren binnen werkteam  al doende geleerd binnen teamwerken

  19. Plan 7 - de samenwerkingsregeling • Budgetten • Overzichten van wat wanneer waarvoor door wie zal/mag/kan/moet gedaan, uitgegeven, aan inkomen gegenereerd, aan middelen ingezet, … worden • Globale afspraken naar samenwerking (projectenteams) • Wie doet wat: werkverdeling over en binnen teams  ARA & teamcodes • Samenwerking: hoe passen alle opleveringen in mekaar, wie geeft wat aan wie, ..  PERT, .. • Rapportering & archivering • sjablonen

  20. Hulpmiddelen in opleiding = inzet van uw USP/meerwaarde! • Budgetten • Kostprijsberekening en ondernemingsfinanciën  vak • Praktijk: oefenmogelijkheden binnen alle opdrachten • Project management • Theorie: in Strategisch ondernemingsbeleid • Praktijk: doorheen alle projecten oefenmogelijkheden

  21. Overzicht examenopdrachten strategisch ondernemingsbeleid • Business unit plan “BU HBO van cvoHIK” • Probleemfocus: positionering van instelling en diploma • Teamwerk – team: ganse studiegroep • Oplevering: • presentatie aan opdrachtgever + professioneel rapport • Project Management • Leer- en observatieopdracht “hoe wordt ik betere projectwerker” • Teamwerk – team: ganse studiegroep • Oplevering: • Teamverslag van leerpunten en/of individueel leerverslag op wiki • WIKI • Opdracht : Geloofwaardige en operationele communicatie van doelpositionering “ik heb concrete marketeer-meerwaarde in arbeidsmarkt” • Uitwerking: persoonlijke wiki onder eigen naam waarin relevante competenties “bewezen” worden • Specifiek verplicht onderdeel : “oplevering” van doelcompetenties voor vak “strategisch ondernemingsbeleid” • Oplevering: op mondeling examen

More Related