270 likes | 366 Views
Hugo Claus 1929-2008. Wat was/is Claus’ positie in het vertaalveld? - Oeuvre: selectie werken, periodes - Habitus/loopbaan: vertaler - Poëticale opvattingen: algemeen - Onder het Melkwoud (1957): vertaling - poëtica - receptie - debatten - Thyestes (1966): bewerking
E N D
Wat was/is Claus’ positie in het vertaalveld? - Oeuvre: selectie werken, periodes - Habitus/loopbaan: vertaler - Poëticale opvattingen: algemeen - Onder het Melkwoud (1957): vertaling - poëtica - receptie - debatten - Thyestes (1966): bewerking - Sonnetten (1986): eigen werk - (Voorlopige) conclusies?
Oeuvre Wat is uit het vertaaloeuvre van Claus af te leiden m.b.t zijn positie in het veld? Welke auteurs vertaalt Claus? Is er een reden dat hij verschillende klassieke werken vertaald heeft? Ook Shakespeare komt vaker voor, wat is daar de reden voor? Hangt dit samen met persoonlijke voorkeur? - Persoonlijke interesse en smaak - Financiële motieven (Shakespeare) - In opdracht (1963, All that fall van Beckett) - Patronen in de tijd: Shakespeare, Büchner, Reza Wat voor soort teksten vertaalt Claus? (Toneel, poëzie) Ook hier: speelt zijn persoonlijke voorkeur daarbij een rol? - Hoofdzakelijk toneel, daarnaast wat proza en poëzie - Weinig in opdracht
Wanneer heeft Claus zijn vertalingen gemaakt? Was hij in alle periodes even productief? Hoe was zijn • positie toen hij begon? • - 1950 Doorbraak als schrijver met De Metsiers • - 1957 Onder het Melkwoud, tien jaar nadat hij eigen werk begon te publiceren • - Geen productiepieken zichtbaar • - Verschillen toneel, proza, poëzie • Beginpositie: 2 dichtbundels uitgegeven en 1 (al bekroonde) roman • Bij wat voor uitgevers verschijnen zijn werken? Wat betekent dit voor zijn positie? • - Eigen werk: Angèle Manteau De Bezige Bij • - Toneel: De Bezige Bij en n.v.t. • - Poëzie: Tijd & Mens, • - Proza: Donker, Bruna & Zoon, Arbeiderspers, AMO, Meulenhof/Kritak, De Bezige Bij • “Uit een atavistisch gevoel van trouw ben ik bij De Bezige Bij gebleven.”
In welke media zijn de vertalingen van Claus (vooral) verschenen? Veel is in boeken gepubliceerd, maar sommige vertalingen van gedichten zijn bijvoorbeeld oorspronkelijk in tijdschriften verschenen. Heeft dit te maken met tijd? • (Is zijn positie sterker geworden naarmate de tijd gevorderd is?) • - Toneel: soms niet, soms op de planken, soms in druk • - Poëzie: in druk, in Knack • Proza: in druk • Wat zijn de bronteksten geweest voor de vertalingen die Claus gemaakt heeft? Waarom heeft hij deze gekozen? • - Onbekommerd • - Tussentalen • ‘Als snob van het onbekende wil ik zelfs vanuit de volmaakte arrogantie Japanse of Poolse gedichten vertalen waarvan ik niet één schamele lettergreep begrijp. En dan toch dicht bij de oorspronkelijke poëtische lijnen blijven’. • Van welke vertalingen zijn er hervertalingen gemaakt ná Claus, of welke vertalingen zijn hervertalingen? • - Onder het Melkwoud • - Shakespeare • - Thyestes
Samenvattend: Wat is uit het vertaaloeuvre van Claus af te leiden m.b.t zijn positie in het veld? Claus begon relatief vroeg in zijn actieve carrière als schrijver met vertalen, maar niet nadat hij zijn naam had gevestigd met het zeer succesvolle De Metsiers (1951) en zijn Oostakkerse gedichten (1955). Er zijn geen productiepieken zichtbaar in zijn werk. Publicaties van zijn oorspronkelijke- en vertaalwerk liepen door elkaar heen. Zijn vertaalwerk betrof vooral toneelstukken en wat poëzie en proza. Zijn oorspronkelijke werk betrof veel poëzie, toneel, verhalen, romans, filmscenario´s en wat novellen.
Habitus en loopbaan • Welke invloed had de habitus van Claus op zijn positie in het veld gedurende zijn loopbaan? • Wanneer begon Claus met vertalen? Is hij hier ooit voor opgeleid? • School: onderwijs in de talen Nederlands, Duits, Frans, Latijn en Grieks. • Was Claus eerst schrijver en toen pas vertaler? • - 1947 Kleine Reeks, 1955 Oostakkerse gedichten, 1957 Onder het Melkwoud • - Uit zijn briefwisseling met Roger Raveel blijkt echter dat hij in 1947 en 1948 zich in ieder geval privé wel ook bezighield met vertalen. Deze vertalingen stuurde hij aan Raveel. Claus noemt enkele namen; gedichten van Paul Eluard, Supervielle, Appolinaire, René Daumel. Brieven van Hölderlin. Een boekje van Henri Michaux. • Onduidelijk is nog of deze vertalingen ooit gepubliceerd zijn.
Waarom begon Claus met vertalen? • - “Maar ik moet in leven blijven en ik leef van mijn pen, dus als ik echt niet meer weet hoe de telefoonrekening te betalen, moet ik wel een vertaling maken of zo.” • “Als je zoals ik vanaf je adolescentie schrijft, is het natuurlijk heel vaak om den brode. Er zijn verschillende vertalingen van Shakespeare die ik anders wellicht niet zou hebben gemaakt.” • Heeft Claus (ooit) opdracht gekregen om stukken te vertalen? • 1963 All that fall van Samuel Beckett voor de BRT • Heeft Claus beurzen of prijzen gekregen voor vertalingen? • - Oeuvre-prijzen • - 1960 – Koopalprijs voor Letterkunde voor zijn vertaling van Dylan Thomas’ Under Milk Wood • (Tweejaarlijkse prijs van het ministerie van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur voor de beste Nederlandse vertaling) • - 1979 – Driejaarlijkse Staatsprijs voor Toneelliteratuur voor Jessica en z'n Euripides-bewerking Orestes.
Nam Claus nog deel aan andere (vertaalgerelateerde) activiteiten op basis waarvan zijn positie sterker/zwakker werd? • - Eigen werk, interviews • Geen secundair werk over vertalen • Hoe stond Claus zelf tegenover ´het veld´ en zijn positie daarin? • “Kunstig verbergt Hugo Claus zijn gevoeligheid. Hij veinst onverschilligheid jegens zowel negatieve als positieve kritiek.” • “Ik heb Hugo Claus maar eenmaal ernstig ontdaan over een kritiek meegemaakt. Dat was toen iemand hem - de speler die altijd midden op het veld stond, al bepaalde hij zijn eigen spelregels - toevoegde dat hij eigenlijk niet meer meespeelde.”
Samenvattend: Welke invloed had de habitus van Claus op zijn positie in het veld gedurende zijn loopbaan? Claus las al vanaf jong erg veel en ontving tijdens zijn schooltijd onderwijs in verschillende talen, wat wellicht zijn belangstelling voor (klassieke) werken te meer aangewakkerd heeft. Zijn contacten met andere (ook beeldende-) kunstenaars en zijn activiteiten in kringen als COBRA werkten mee aan zijn bekendheid. Verder liepen de productie van eigen werk en vertaalwerk gelijk op.
Onder het melkwoud, vertaling Hugo Claus 1957 • Poëtica • voorwoord Onder het melkwoud, 1959 De Bezige Bij Amsterdam Vierde druk. • Rudy Bremer in Tirade (4:42, 1960) • - Kester Freriks in NRC Handelsblad (05/09/2009): “'We zijn smeerlapjes in de kunst van het liegen'; Acteur Jan Decleir speelt op het Zeeland Nazomerfestival in 'Onder het Melkwoud'”
Receptie • 1960 Koopalprijs • Recensies naar aanleiding van de première op 18/11/1957 • Gomperts, H.A., “Nederlandse Comedie behaalt – met Dylan Thomas’ spel voor stemmen – een artistieke triomf. “Onder het Melkwoud in Stadsschouwburg”, Het Parool, maandag 18 november 1957 • De Lange, Daniel, “Premiere bij Nederlandse Comedie. Stemmenspel van Dylan Thomas”, De Volkskrant, maandag 18 november 1957 • “Nederlandse Comedie. Onder het Melkwoud”, Nieuwe Rotterdamse Courant, maandag 18 november 1957 • Blijstra, R. “In Thomas’ Onder het Melkwoud spelen állen voortreffelijk”, Het Vrije Volk, maandag 18 november 1957 • - van R., G. “ “Onder het Melkwoud”. Dylan Thomas’ meesterwerk door Nederlandse Comedie”,Utrechtsch Nieuwsblad, maandag 18 november 1957
- Bremer, Rudy, “Hugo Claus op het “heilig aanrecht”. Blunders en misvattingen in Onder het Melkwoud”, Tirade 4: 42, juni/juli 1960, pp. 164 en 183): • - reactie op Gomperts • Interpunctie • Tomtit twitter from the bird-ounced boughs” (mezengesjirp van de vogelzware takken) wordt “het gesjirp van pimpelmezen in de takken, boordevol met vogels” • Eisteddfodau • God be with you always, Myfanwy Price, and keep you lovely for me”, Claus blz. 52: “God zij altijd met u, Myfanwy Price en houde je mooi voor mij.” • - Kritiek op Claus, De Bezige Bij en recensenten
Latere receptie: • Witman, Bob, “De schittering van het woord ‘Onder het melkwoud’ van Dylan Thomas roept op tot zonde”de Volkskrant (23/05/1997) • Opvoering in 2009 • - De Morgen (27/08/2009) • - Volkskrant (31/08/2009) • - NRC Handelsblad (27/08/2009) • - Trouw (22/09/2009) • - Marja Pruis in De Groene Amsterdammer (09/09/2009)
Sonnetten/ Hugo Claus. - 2e dr. - Amsterdam : De Bezige Bij, 1988. - 35 p. ; 20 cm. - (BBpoèezie) Eerder verschenen als bijlage van Knack Magazine, Brussel 1986. - 1e dr.: 1987. - Nieuwjaarsgeschenk 1987 van De Bezige Bij. ISBN 90-234-4666-6 Sonnetten / Hugo Claus. - Amsterdam : De Bezige Bij, 1987. - 35 p. ; 21 cm Uitg. t.g.v. de jaarwisseling 1986-1987. - Keerzijde van de pagina's niet bedrukt. - Opl. van 500 ex., genummerd van I-XXV en 1-475. - Eerder verschenen als bijlage van: Knack Magazine, 15 november 1986. Geb.
A.J. Burgersdijk (1879) J. Decroos (1930) Albert Verwey (1933) Gerard Messelaar (1958) Willem van Elden (1959) Hugo Claus (1986) Peter Verstegen (1993) H.J. de Roy van Zuydewijn (1997) Arie van der Krogt (1997)
Magazine vrijzinnige actualiteit, mei 2008 jaargang, nr 5. Guido Lauwaert Journalist van het Parool Literatuurcriticus Receptiemoment
Necrologieën De Morgen: Bijzonder actief en veelzijdig vertaler en bewerker, vermelding Koopalprijs. Gazet van Antwerpen: Vertalingen gemaakt van Claus´ werk Gazet van Antwerpen: Bovendien maakte hij talloze vertalingen. Gazet van Antwerpen: Vanderpoorten sprak namens het Vlaams parlement Nieuwsblad: Niets over het vertalen NRC: Hij was niet alleen schrijver en dichter, maar ook filmer, toneelschrijver en beeldend kunstenaar. Volkskrant: zijn moeiteloze identificatie met zowel de Griekse als de Shakespeareaanse klassieken. Volkskrant: Hij streefde een letterlijkheid na op papier die in de literatuur niet aanwezig is
Sonnet XV, 107 Claus heeft zich niet aan ´vertalingen´ gewaagd, maar beweegt zich ´in de marge´ van Shakespeare´s sonnetten. De motieven mogen deels aan Shakespeare ontleend zijn, de toon is onmiskenbaar Claus Ik amuseer me goddelijk bij het vertalen, het knutselen en het stoeien om een (onbekend) gedicht in een vreemde taal ook eens een andere toon mee te geven dan de zingzang van wat bij ons doorgaans voor poëzie doorgaat. Claus exegeten weten voor welke opdracht zij staan als zij die pockets en vertalingen moeten opsporen om na te gaan in hoeverre Claus deze teksten een eigen toon, vorm en inhoud gaf.
Conclusie • Van jongs af aan veel talen, schrijver/vertaler • Wie vernieuwt moet ook vernielen • Brontekst als informatiebron • Alles wat ik vind is in mijn bezit • Andere tijd, andere realiteit • “Ik amuseer me goddelijk bij het vertalen”