220 likes | 347 Views
I Functiebeschrijving. Inhoud Voor wie? Evaluator(en) Wervingsambten Bevorderingsambt. 1 Inhoud. Een functiebeschrijving wordt gezien als een constructief en positief beleidsinstrument in het kader van het voeren van autonoom personeelsbeleid en het verstrekken van kwaliteitsvol onderwijs.
E N D
I Functiebeschrijving • Inhoud • Voor wie? • Evaluator(en) • Wervingsambten • Bevorderingsambt
1 Inhoud • Een functiebeschrijving wordt gezien als een constructief en positief beleidsinstrument in het kader van het voeren van autonoom personeelsbeleid en het verstrekken van kwaliteitsvol onderwijs. • Het personeelslid en de eerste evaluator leggen per ambt en per instelling een geïndividualiseerde functiebeschrijving vast. • De taken en de instellingsgebondenopdrachten en de wijze waarop het personeelslid die taken en opdrachten moet uitvoeren. • Er worden ook instellingsspecifieke doelstellingen opgenomen • N.a.v. een functioneringsgesprek of evaluatie worden persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen toegevoegd • Rechten en plichten inzake permanente vorming en nascholing
1 Inhoud (2) • De functiebeschrijving van de leermeester godsdienst moet voor de vakinhoudelijke en vaktechnische aspecten ook het akkoord van de bevoegde instantie hebben. • Bij het opmaken van de functiebeschrijving moet ook rekening gehouden worden met het Besluit van de Vlaamse Regering van 10 juni 1999 ‘…de taken die niet in een functiebeschrijving van het personeel kunnen opgenomen worden’. • Bij het verdelen van de instellingsgebonden opdrachten wordt rekening gehouden met • De aard van de hoofdopdracht • Het principe van de billijke verdeling • De mogelijkheid en de capaciteiten van het personeelslid • De tijd die personeelsleden besteden aan hun vertegenwoordiging in officiële inspraakorganen
1 Inhoud (3) • Indien de eerste evaluator en het personeelslid het niet eens geraken over de inhoud dan beslist het schoolbestuur. • De eerste evaluator ondertekent de functiebeschrijving het personeelslid ondertekent voor kennisname. • De functiebeschrijving kan enkel worden aangepast: • ingevolge de afspraken tijdens het functioneringsgesprek • na overleg tussen de eerste evaluator en het personeelslid bij een belangrijke wijziging van de opdracht • bij aanvang van een nieuwe evaluatieperiode
2 Voor wie? • Een functiebeschrijving is verplicht voor elk personeelslid dat aangesteld is voor meer dan 104 dagen. Ze kan ook opgesteld worden voor personeelsleden die minder dan 104 dagen zijn aangesteld. • De algemene afspraken inzake de functiebeschrijving worden op het niveau van de scholengemeenschap binnen het lokaal comité (OCSG) onderhandeld.
3 Evaluator(en) (1) 3.1 Wervingsambten • Het schoolbestuur duidt voor ieder personeelslid 2 evaluatoren aan. Eén van de evaluatoren moet steeds de directeur zijn. • De eerste evaluator moet een personeelslid zijn van het schoolbestuur behalve wanneer het personeelslid tewerkgesteld is ter ondersteuning van of op het niveau van de scholengemeenschap. • De eerste evaluator heeft als voornaamste taak het personeelslid te coachen in diens functioneren. Het houden van functioneringsgesprekken is een onderdeel daarvan. • Hij legt samen met het personeelslid de functiebeschrijving vast. (Zie inhoud)
3 Evaluator(en) (2) • De tweede evaluator is minstens aangesteld in hetzelfde soort ambt als de eerste evaluator of een lid zijn van het schoolbestuur. • De rol van de tweede evaluator wordt bepaald binnen de algemene afspraken op het niveau van de scholengemeenschap, maar kunnen geen afbreuk doen aan de rol en de taken van de eerste evaluator. • Minimaal moet bepaald worden dat het personeelslid en de eerste evaluator op hun verzoek tijdens de procedure van functiebeschrijving en evaluatie een beroep op de tweede evaluator kunnen doen.
3 Evaluator(en) (3) 3.2Bevorderingsambt: de directeur • De directeur kent slechts één evaluator en dat is steeds het schoolbestuur. De directeur wordt geëvalueerd door het schoolbestuur.
II Evaluatie • Inhoud • Het evaluatiegesprek • Het evaluatieverslag • Evaluatie met eindconclusie onvoldoende • Ontslag • College van beroep • Ontslag en gevolgen • Wijziging aan artikel 24 DRP
1 Inhoud • Een evaluatie wordt gezien als een constructief en positief beleidsinstrument in het kader van het voeren van autonoom personeelsbeleid en het verstrekken van kwaliteitsvol onderwijs. • Ieder personeelslid dat een functiebeschrijving heeft moet minimaal om de vier schooljaren geëvalueerd worden op basis van de functiebeschrijving. • De evaluatie heeft betrekking op het volledig functioneren t.o.v. de overeengekomen geïndividualiseerde functiebeschrijving • De algemene afspraken inzake de evaluatie worden op het niveau van de scholengemeenschap binnen het lokaal comité (OCSG) onderhandeld.
2 Het evaluatiegesprek • Er wordt een evaluatiegesprek gehouden tussen de eerste evaluator en het betrokken personeelslid. • Het evaluatiegesprek heeft als eerste doel het functioneren te verbeteren en het personeelslid te ondersteunen. • Het kan leiden tot het bijsturen naar de toekomst toe en tot nieuwe duidelijke afspraken. • Het leidt steeds tot een evaluatieverslag.
3 Het evaluatieverslag • Wordt opgesteld door deeerste evaluator. • Het beschrijft op zorgvuldige wijze het volledig functioneren t.o.v. de overeengekomen functiebeschrijving met inbegrip van de eventueel afgesproken persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen voor de betrokken periode. • Het evaluatieverslag bevat steeds een eindconclusie. • Het verslag wordt voorgesteld aan het betrokken personeelslid dat een afschrift ervan krijgt. • Het personeelslid ondertekent ter kennisneming en dateert het originele verslag en bezorgt het onmiddellijk terug aan de eerste evaluator.
Het evaluatieverslag (2) • De eerste evaluator bezorgt een kopie van het verslag ter kennisneming aan de tweede evaluator en aan het schoolbestuur. • De leermeester godsdienst wordt voor de niet-vakinhoudelijke en niet-vaktechnische aspecten geëvalueerd door de eerste evaluator. • Voor de vakinhoudelijke en vaktechnische aspecten levert de bevoegde instantie een bijdrage tot de evaluatie.
4 Evaluatie met eindconclusie onvoldoende • Tegen een evaluatie met eindconclusie onvoldoende kan het personeelslid beroep aantekenen bij het college van beroep. • Indien geen beroep: evaluatieuitspraak definitief na het verstrijken van de beroepstermijn van 20 kalenderdagen. • Indien beroep: uitspraak definitief na de uitspraak van het College van beroep. • Bij vernietiging door het College: nieuwe evaluatie die een periode van ten minste 12 maanden effectieve prestaties moet omvatten.
5 Het ontslag 5.1 Wervingsambten 5.1.1 Vast benoemden of TADD • Als het personeelslid in éénzelfde instelling voor dat wervingsambt ofwel twee opeenvolgende definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende ofwel drie definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende in zijn loopbaan heeft gekregen. • Het ontslag geldt voor de instelling en voor het ambt waarop de eindconclusie betrekking heeft.
5 Het ontslag (2) 5.1.2 Tijdelijk van bepaalde duur • Ontslag na één definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende.(Let op: niet artikel 24 DRP) • Het ontslag geldt voor de instelling en voor het ambt waarop de eindconclusie betrekking heeft. 5.2 Selectie- en bevorderingsambten 5.2.1 Vastbenoemd • Als het personeelslid in éénzelfde instelling voor dat selectie of bevorderingsambt ofwel twee opeenvolgende definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende ofwel drie definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende in zijn loopbaan heeft gekregen. • Het ontslag geldt voor de instelling en voor het ambt waarop de eindconclusie betrekking
5 Het ontslag (3) • Het schoolbestuurkan een personeelslid dat vast benoemd is in een selectie- of bevorderingsambt en voorheen vast benoemd was in een ambt in het onderwijs, na één definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende uit dit ambt verwijderen. • Het personeelslid wordt door het betrokken schoolbestuur terbeschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking in het ambt waarin hij voorheen benoemd was. 5.2.2 Tijdelijk • Ontslag na één definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende. • Het ontslag geldt voor de instelling en voor het ambt waarop de eindconclusie betrekking heeft.
6 Het college van beroep (1) 6.1Bevoegdheden • Nagaan of de procedureregels op schoolniveau zijn nageleefd. • Nagaan of de evaluatie is gebeurd volgend de regels en in de geest van de functiebeschrijvingen. • Oordelen of de beslissing steunt op motieven die de toekenning van die evaluatie in rechte en in feite aanvaardbaar maken. • Oordelen of er een redelijke verhouding bestaat tussen de feiten en de beslissing. • De beslissing van de eindconclusie onvoldoende vernietigen. Dat houdt niet in dat die evaluatie dan ‘voldoende’ wordt.
6 Het college van beroep (2) 6.2 Samenstelling en werkwijze • Onafhankelijk persoon als voorzitter • Paritaire samenstelling tussen vertegenwoordigers van de werkgevers- en werknemersorganisaties • Beslist bij gewone meerderheid • Het beroep dient ingesteld te worden binnen een termijn van twintig kalenderdagen • Het beroep schort de evaluatie met eindconclusie ‘onvoldoende’ op
7 Ontslag en gevolgen op de opgebouwde dienstanciënniteit. Gevolgen voor dienstanciënniteit i.f.v. TADD • Opgebouwd diensten in andere instellingen van de scholengemeenschap blijven behouden, maar kunnen niet meer in rekening gebracht worden in de instelling van ontslag. • Opgebouwde diensten in de instelling van ontslag vallen volledig weg.
7 Eén onvoldoende en de gevolgen op uitbreiding TADD en vaste benoeming. (2) • Als laatste evaluatie ‘onvoldoende’: in afwachting van het resultaat van de nieuwe evaluatie. - geen uitbreiding TADD mogelijk in het ambt en instelling - geen vaste benoeming mogelijk in ambt en in alle instellingen van het schoolbestuur binnen de scholengemeenschap - voor een deeltijds vastbenoemde: geen uitbreiding van vaste benoeming mogelijk in alle instellingen van het schoolbestuur binnen de scholengemeenschap.
8 Wijziging aan artikel 24 DRP • Gemotiveerd ontslag met 30 kalenderdagen voor een TABD wordt beperkt tot tekortkomingen aan de plichten. • Artikel 9: belang van onderwijs, de leerlingen; artikel 10: nauwgezet de taken vervullen; artikel 11: correct gedrag; artikel 12: politieke of commerciële doeleinden; artikel 13: niet onderbreken zonder toestemming; artikel 14: ambtsgeheim; artikel 15: opvoedingsproject. • Schrapping van de mogelijkheid tot ontslag omwille van geschiktheid of gedrag. (Basisonderwijs vanaf 01.09.09)