220 likes | 301 Views
Hoe operationaliseer je de geloofsontwikkeling. Godsdienstdidactisch Ontwikkelingspsychologisch 14 maart 2009. Godsdienstdidactische operationalisering. Leertheorieën - wat is leren volgens welke theorie? - welke leerstijlen zijn er?
E N D
Hoe operationaliseer je de geloofsontwikkeling Godsdienstdidactisch Ontwikkelingspsychologisch 14 maart 2009
Godsdienstdidactische operationalisering • Leertheorieën- wat is leren volgens welke theorie?- welke leerstijlen zijn er? • Godsdienstpedagogie en die theorieëna. welke leertheorie past het beste bij G-pedagogie?b. Hoe pas je a. toe op leerprocessen en motivatie in G-pedagogie?
Leerprocessen: een complex van verschillende elementen • Biologische basis van leren • Psychologische aspecten • Theorieën over leren • Contexten van leren • Leerstijlen en vormen van leren • Motivatie
1. Biologische basis van leren: Typen van geheugen • Sensorisch of onmiddellijk geheugen • Korte termijn – max. 15 sec. – STM • Lange termijn: ordelijk archiveren > later terugvinden – ezelsbrug / “cue” • Prospective Memory: stuurt LTM aan, individu bepaalt wat te onthouden en waar de inhoud op te slaan Belang van structuur en motivatie
2. Psychologische aspecten • De ‘leerling’ structureert de info om ze te onthouden en terug te vinden • De ‘leraar’ / ‘school’ / het instituut’ wil duurzame verandering in gedrag, zodat mensen gaan handelen naar wat ze geleerd hebben • Gevaar voor misbruik: indoctrinatie • Ware doel: beter (over)leven
3. Vier theorieën over leren • Behaviorisme: stimulus > respons • Cognitivisme: verwerking van info tot cognitieve structuren • Handelings psychologie : verinnerlijking van materiële daden • Humanistische leertheorie:zelfontplooiing > aansluiten bij behoeften van individu
Processen bij leren verhelderd vanuit diverse theorieën • Leren als associatie • Leren als constructie - belangrijkste • Leren als probleem oplossing • Leren als informatieverwerking • Leren als internalisatie van woorden en handelingenLeren als stimuleren van de volgende haalbare stap – reciprocal teaching
Contructivisme – Piaget • Zoeken naar stabiele organisatie van kennis • Kennis wordt gradueel opgebouwd, cumulatief • Wisselwerking tussen eisen van de omgeving en de eigen structuren • Geen overdracht van feiten en weetjes • Kennis wordt altijd actief opgenomen • Kennis is gereedschap om de werkelijkheid te begrijpen en betekenis te geven • De kennis moet steeds worden geconstrueerd, anders geen deel van de betrokkene / wereld.
Concretisatie van constructivisme • Betekenisvolle kennis< wisselwerking ts informatie en pers. Referentiekader • Omgeving reikt de bouwstenen aan,op een gestructureerde manier enrekening houdend met ontwikkeling • Leerling maakt eigen bouwwerk • Didactiek: leerling zelf sturend actief:‘Probleem georiënteerd leren’.
4. LeercontextenBolhuis 1995 • Alledaags: onbewust, imitatie / identificatie • Eigen beweging: weloverwogen, persoonlijk • Botsing tussen culturen: het nieuw / vreemde ‘dwingt’ mij na te denken – positief: ervaring rijker – negatief: racisme, xenofobie • Kritisch leren: afleren, herzien van referentie-kader, paradigmawisseling (Galileo) • Noodgedwongen leren: bij ramp of cultuur-omslag • Georganiseerd leren: school, bedrijf,vereniging
5. Vormen van leren • Stapelen – zonder structuur • Onthouden – training van geheugen • Door toepassen – gericht op gebruik • Afleiden van betekenis: zoekt inzicht en samenhang door plaatsing binnen groter geheel • Zelfontplooiing – ontwikkeling van de eigen mogelijkheden.
Leerstijlen volgens Kolb • Manier van leren hangt samen met de persoonlijkheid • Twee x 2 polen, loodrecht op elkaar • Concreet ervaren <> Abstract conceptualiseren • Actief experimenteren <>Reflectief observeren • 4 stijlen: Doener, Dromer, Beslisser, Denker
Verwerking van informatieVijf strategieën • Reproductie: memoriseren • Analyse: opsplitsen: details • Relateren: verbanden leggen • Kritisch: argumenteren, meedenken • Concreet: verband met werkelijkheid
Reguleren van informatieDrie stategieën • Zelfsturing:verzamelen info, zelfcontrole,analyse van tekorten • Externe sturing:afhankelijk van docent • Stuurloos:geen strategie
Factoren die bijdragen aan (sterke) leerstijl bij leerlingen • Leeroriëntatieprestatie, beroep, diploma, interesse • Emoties en attributie:aan wie schrijf je succes / falen toe? • Eigen concept over wat leren is • Doceer strategieën.
5. Factoren bij Motivatie • Hoe schat de leerling de eigen bekwaamheid in? • Welke waarde kent de leerling toe aan leren? • Hoe schat de leerling de eigen kansen op succes in? Formule: M = v · s V = waarde die men hecht, S = Succes dat men verwacht (tussen 0 en 1)
Leerconcept van G-pedagogie • Didactische driehoek met 3 punten: leerling, inhoud, vormer (leraar) • De leerling is actief subject van leren • De vormer geeft niet langer kennis, maar bemiddelt de relevante kennis naar de leerlingen – is dienstbaar • Inhoud wordt bepaald door leerling en vormer
G-pedagogisch model Traditie Explicatieve hypothese Persoonlijke verificatie Constructivisme Inhoud (bouwstenen) Vormer (uitdagen en aandragen bouwstenen) Leerling (eigen huis bouwen) Samengaan van constructivisme en G-pedagogisch model Vloet
Referentiekader en verandering • Gelovigen houden soms vast aan oude beelden: lijden als straf God • Hun referentiekader verhindert het opnemen van nieuwe inzichten • Hoe kun je als vormer de blokkade wegnemen? • Door de dieptestructuur zichtbaar te maken en de behoeften die spelen
Blokkade wegnemen in 6 stappen • Uitdrukken van de spontane beelden en voorstellingen • Kritisch bevragen van de uitdrukking • Conflict laten zien met andere beelden – aanzet tot ander beeld • Nieuwe beeld laten verifiëren door een taak of test • Nieuwe beeld persoonlijk laten uitdrukken • Terugkijken op gevolgde proces : inzicht bieden in de verandering zelf