110 likes | 224 Views
Decentralisatie Jeugdzorg: Begin of Einde van de CJG’s. Voorzet voor debat JGZ Zuid-Limburg Drs. Steven P.M. de Waal 29 maart 2011. Ter introductie.
E N D
Decentralisatie Jeugdzorg: Begin of Einde van de CJG’s Voorzet voor debat JGZ Zuid-Limburg Drs. Steven P.M. de Waal 29 maart 2011
Ter introductie • Public SPACE is een onafhankelijke non-profit private Denktank gericht op bevordering van maatschappelijk ondernemerschap (research&development, debat&beinvloeding en platform)(www.publicspace.nl). • Belangrijke recente relevante publicaties:“Naar een intelligente en verbonden overheid”(2007), “Professioneel ondernemerschap 1e lijnszorg”(2008), “Strategisch management voor de publieke zaak (2008), FD essay over Burgerschap (2010). • In 2009 een essay over JGZ: “Zijn we op de goede weg”, aangeboden aan min. Rouvoet, op veel plaatsen in het land in discussie. Nu bezig met een vervolg rond bestuurlijke innovatie om decentralisatie ook te benutten voor optimalisatie
Persoonlijke achtergrond • Ondernemer in de publieke sector, strategie consultant van huis uit, bestuurlijk verantwoordelijk geweest voor commerciële professionele organisatie, de hitte van alle soorten bestuurlijke keukens meegemaakt, goed nationaal overzicht • Actief burger, via Denktank, maar ook via vele maatschappelijke functies, met name in stad Utrecht, oa voetbal (jeugd!) • Bezorgd, activistisch lid PvdA, veel breder politiek netwerk • Studerende kinderen • (via mijn vrouw) Praktijk aan huis voor 1e lijnspsychologie/pedagogiek
4 kwesties • Wat voor ding is een CJG strategisch? • We bieden bureaucratie aan aan cliënten • Is de Jeugdzorg wel een voldoende professioneel systeem? • Kan de hele Jeugdzorg op CJG’s gebouwd worden?
1 Wat voor ding is een CJG strategisch? • De gesubsidieerde gezamenlijke voorkant van meerdere 1elijns organisaties, die ten dele ook elkaars concurrent zijn (op 3 fronten: markt, overheidssturing, maatschappij) • Er heeft geen harde echelonnering plaatsgevonden: CJG is geen unieke toegang naar 2e lijn, er is geen uniek optreden naar nulde lijn, alle andere loketten, profielen, voorlichting tellen voor cliënt en verwijzer ook mee; basis is vrijwillige gesubsidieerde afstemming; er is sowieso beperkt onderscheid 1e lijn/2e lijn • Er heeft geen sanering in de keten plaatsgevonden, CJG is ‘ervoor gezet’ • Veel aandacht gegaan naar fysieke bundeling, is letterlijk alleen buitenkant • Mogelijke leerzame parallellen: curatieve keten, ggz keten en indicatiestelling ouderenzorg
2. Bureaucratie als aanbod • Het onderscheid tussen de regelsystemen en de professionele uitvoering/behandeling is voor de cliënt niet langer zichtbaar. • Het regelsysteem is vaak de meest dominante interventie: 3x uitleggen, verkeerde dossiers, eigen casemanagement, geen antwoord, wel urgent, maar 3 maanden wachten. • Gevolg bij de cliënt: afhaken, bureaucratische vaardigheden tellen meer dan hulpvraag, protoprofessionalisering (pigeon holing)
3. Is de Jeugdzorg wel een voldoende professioneel systeem? • 2 definities: • Meer economisch (oa arbeidsmarkt): Individuen met eigen opgebouwde unieke bekwaamheden die een economische en maatschappelijke waarde hebben en dus leiden tot een strijd om de beste professional en tot relatief grote zelfstandigheid • Meer maatschappelijk (als instituut): Individuen die op grond van hun eigen unieke bekwaamheden toegang krijgen tot een wettelijk afgeschermd gebied van bevoegdheden en handelingen met specifieke verantwoordingssystemen en relatief grote zelfstandigheid • Vergelijk op deze schaal: medisch specialisten, advocaten, voetballers, managers, dealmakers banken, leraren
In de zorg betekent dat: • Dat de toegang tot handelingen en bevoegdheden en functie wettelijk is geregeld en vooral afhangt van opleidingsgraad. Toenemend is diploma echter geen levenslange ‘license to operate’ • Hieronder zitten de volgende aannames: • a. Er is sprake van professionaliteit: unieke individuele klinische blik en vaardigheden • b. De professional moet vanuit die positie direct kunnen oordelen en handelen, sommige handelingen zijn ook voorbehouden aan deze professional • c. De patiënt is zo afhankelijk en tegelijk is zorg potentieel zo levensbeïnvloedend dat de overheid kwaliteit moet bewaken • d. Wetenschap kan effectiviteit onderscheiden en is prescriptief (evidence based)
Dan heeft de Jeugdzorg de volgende problemen: • Indicatiestelling vervangt de klinische blik van de professional door een bureaucratische dossiertoets door wisselend, vaak lager opgeleid personeel (daarnaast past het niet bij Jeugdzorg: gaat hier om ontwijkende vraag, niet overvragen)(a,b) • Veel professionals kunnen en durven niet direct te handelen, dit leidt tot protocollering, overdreven overleg, procedureel indekken, gebrek aan echte communicatie en meer energie in papieren verantwoording dan in werkelijke hulp; paradox: men noemt dit professionalisering!(b) De inspectie draagt aan deze verkeerde beweging bij (c) • Een fors deel van de 2e lijnszorg is onvoldoende evidence based (?of daarop getoetst)(c,d). Meer maatschappelijk nuttig dan medisch? • Deze problemen dus tackelen bij decentralisatie
Eigen problemen van de JGZ (uit: Bericht van een reiziger)(nu meenemen) • Teveel de vorige oorlog: Verkeerde prioritering en oude risicoanalyse als het gaat om kerntaak: preventie moderne jeugd gezondheidsproblemen • Poten in de modder: Keten van preventie wordt niet gesloten, waardoor te vrijblijvend, onvoldoende lerend systeem, tevens onzichtbaarheid en irrelevantie • Te weinig positie als professionele eigenzinnige organisatie in grote discussies: • Ideologisch debat over rol staat: nanny state, gulzige staat, vadertje staat en rol burger: actief en afgewend versus passief en calculerend; • Wanneer ontmedicalisering, zorgarrangementen, zelfzorg, gedrag: inzetten op civil society? • Wat is eigenlijk verschil preventie en hulp/curatie?
Concluderend • De decentralisatie Jeugdzorg biedt grote kansen voor de JGZ zich beter en anders te positioneren, dit is ook hard nodig, afzijdig blijven is geen optie • Aan het CJG als ruggengraat van een gedecentraliseerde Jeugdzorg kleven grote strategische problemen voor alle betrokken organisaties, dit biedt echter ook grote kansen om zichtbaar het lokaal bestuur te helpen aan de voorkant van het systeem • Dit kan betekenen dat publieke preventie oprekt tot veel meer dan nu.