ionisatie

1. ionisatie Bio-esthetiek vaktechnologie Mevr. Thyssen. 6de jaar 1ste trim.

2. Definitie • Iontoforese = ionisatie. • Het inbrengen van een werkzame ion van een oplossing in het lichaam door middel van een galvanische gelijkstroom. Ionen zijn dus atomen die een elektrische lading bezitten.

3. Er zijn verschillende manieren om een medicament in het lichaam te brengen: • Oraal • Rectaal • Injectie • In de vorm van zalf • iontoforese

7. Kunnen ionen van een oplossing doordringen in de huid door elektrische stroom? • Een zeer overtuigend bewijs: proef van Leduc

8. Hoe werkt dit? • De werking berust op eigenschappen van elektrische stroom.

9. Eigenschappen van elektrische stroom? • Molecule is het kleinste deeltje van een stof dat alle eigenschappen van die stof bezit. • Alles is opgebouwd uit moleculen. • Moleculen bestaan uit atomen. • Atomen hebben een kern die neutronen bevatten en protonen die een positieve lading bezitten.

10. In de baan rond de kern zitten de elektronen die negatief geladen zijn. • Atoom is elektrisch neutraal= evenveel elektronen als protonen. • Atomen kunnen elektronen uitwisselen waardoor het atoom elektrisch geladen wordt.

11. Wat is een ion? • Een elektrisch geladen atoom

12. Wanneer wordt een atoom een positief ion? • Als het een elektron afgeeft.

13. Wanneer wordt een atoom een negatief ion? • Wanneer het een elektron bij krijgt.

14. Wanneer we keukenzout in water doen dan lost het zout op.

15. Het Na atoom geeft één elektron af en wordt dan een positief ion. • Het chloor atoom neemt één elektron op en wordt dan een negatief ion.

16. Wat gebeurt er wanneer we in water met opgelost keukenzout 2 elektroden hangen die we verbinden met een gelijkstroombron?

17. De Na+ en H+ ionen worden naar de negatieve elektrode getrokken = de kathode • De Cl- en Oh- ionen gaan naar de anode. • Aan de elektrode gekomen ontladen de ionen zich en gebeuren er scheikundige reacties = elektrolyse.

18. Aan de kathode (-) komen dus de Na+ en de OH- ionen toe. • Natriumhydroxide of bijtend soda wordt gevormd • Wordt gebruikt om verf af te bijten.

19. Aan de anode komen H+ en Cl-ionen toe. • Dit geeft waterstofchloride of zoutzuur. • Om kranen te ontstoppen.

20. opgelet • Bij gebruik van metalen elektroden • We leggen een dikke laag stof goed natgemaakt tussen de metalen elektrode en de huid • De elektrolyse speelt zich af op de metaalelektrode die op de stofbedekking ligt en niet op de huid.

21. Positief geladen werkstoffen inbrengen met de positieve pool. • Negatief geladen werkstoffen inbrengen met de negatieve pool.

22. Vb. een product is negatief • Cellulitis buik: • Welke pool buik: - • Welke pool rug: +

23. Een product is positief: • Cellulitis buik • Welke pool buik: + • Welke pool rug: -

24. Toepassing: • De elektroden moeten worden bevochtigd • Soorten elektroden • Moeten bedekt worden • De huid moeten gereinigd, verwarmd, verweekt worden • Het product doen we in een schaaltje of • Werken met gepolariseerde producten

25. De hoeveelheid ionen die binnendringt is afhankelijk van: • Zuiverheid van de oplossing • Grootte van ionen • Tijdsduur van de ionisatie • Grootte van het elektrode oppervlak • Stroomsterkte • Tijdsduur: gelaat: 10 min. Lichaam: 20 min.

26. Indicaties • Lichaamsverzorging: • Cellulitisbehandeling: buik, benen, hals enz • Hyperemiebehandeling • Bustebehandeling • Acnebehandeling • Gelaatsverzorging: acnebehandeling.

27. Contra-indicaties • Bij verwondingen • Spataders • Alle ziektebeelden van de huid waarover men twijfels heeft.