510 likes | 787 Views
Planning:. Natuurverschijnselen [50+ min]. Paragraaf 3,1 Actieve aarde Middellands Zeegebied. Natuurrampen in het Middellands Zeegebied. Filmpje 2 Een zeldzame maar kan voorkomen Stevige regenval Droogtes. Middellands Zeegebied. Natuurrampen horen bij het Middellands Zeegebied.
E N D
Planning: • Natuurverschijnselen [50+ min]
Natuurrampen in het Middellands Zeegebied • Filmpje 2 • Een zeldzame maar kan voorkomen • Stevige regenval • Droogtes
Middellands Zeegebied • Natuurrampen horen bij het Middellands Zeegebied. • We zoomen in op twee natuurrampen • Paragraaf 3.1 gaat over aardbevingen en vulkanisme.
Natuurverschijnselen • De aarde verandert voortdurend van uiterlijk. Hoe komt dit? • Exogene krachten (van buitenaf) • Endogene krachten (van binnenuit de aarde)
Exogene krachten (buitenaf) • Verwering: Kleiner maken van gesteente • Erosie: Uitschurende werking + transport • Sedimentatie: Neerleggen van materiaal
Endogene krachten (binnenuit) • Endogene krachten: Plaattektoniek • Subductiezone • Gebergtevorming • Horsten en slenken • Mid-Oceanische rug • (Hot Spots) • Gevolgen: Aardbevingen en Vulkanisme
Geologische tijdschaal • Of je nu Exogene of Endogene processen bestudeert je kijkt niet op een miljoen jaartje meer of minder!
Endogene krachten (binnenuit) • Endogene krachten: Plaattektoniek • Subductiezone • Gebergtevorming • Horsten en slenken • Mid-Oceanische rug • (Hot Spots) • Gevolgen: Aardbevingen en Vulkanisme
Platentektoniek • De wereld bestaat uit platen • Continentale platen • Oceanische platen • Aardbevingen en vulkanische verschijnselen vinden altijd plaats aan de plaatranden • Deze platen zijn altijd in beweging en botsen constant met elkaar. • Maar waardoor bewegen deze platen nu eigenlijk? Wat is het aandrijfmechanisme?
Waardoor bewegen platen? • Dit komt door convectiestromen. (inwendige warmte van de aarde die circuleert). • De convectiestromen zorgen voor beweging van de platen. (en bepalen de richting van de platen)
Platentektoniek • 3 hoofdvormen van platentektoniek: • Convergerende plaatbeweging (naar elkaar toe) • Gebergtevorming • Subductiezone • Divergerende plaatbeweging (Van elkaar af) • Mid-oceanische rug(gen) • Horsten en slenken • Transforme plaatbeweging (langs elkaar af) • Langs elkaar bewegen • Aparte vorm van vulkanisme: Hotspot
Convergerende: Gebergtevorming • 2 continentale platen botsen met elkaar, daardoor plooiing. • Ontstaan plooiingsgebergte • Gevolg: Gebergtevorming + aardbevingen!!!
Convergerende: Subductiezone • 2 platen botsen met elkaar: • Continentale plaat botst met oceanische plaat • Oceanische plaat botst met oceanische plaat (eilandenboog) • De zwaarste plaat duikt onder de andere plaat • Vorming Diepzeetrog • Tevens rimpelt de plaatrand (gebergtevorming) • Diep in de aarde smelt de zwaarste plaat af • Magmabellen sijpelen omhoog • Vulkanen worden gevormd.(Eruptie: Explosief) • Gevormde materiaal: Graniet • Gevolg: Gebergtevorming + vulkanisme + aardbevingen
Waar kom je subductiezones tegen op de wereld? • Kijk in de atlas! • Kenmerk: Diepzeetrog + “gebergte” + vulkanen
Divergentie: Mid-Oceanische ruggen • 2 oceanische platen gaan uit elkaar • Daardoor kan magma na buiten vloeien • Eruptie: Rustig (effusief) • Aangroei v/d platen • Onderzeese bergketens • Gevormde materiaal: Basalt • Gevolg: Kleine aardbevingen + rustig vulkanisme
Divergentie: Horsten en Slenken • 2 continentale platen die uit elkaar gaan • Voorloper van Mid-oceanische rug. • Middelste gedeelte zakt weg (slenk) • Horst= Hoger gelegen gedeelte • Slenk = Lager gelegen • Gevolg: vaak alleen aardbevingen (soms spleetvulkanisme)
Hot Spots (uitzondering) • Geen botsing van platen • Een Opstijgende mantelpluim (convectiestroom) die door de korst prikt • Hot spot blijft op zijn plek (de plaat verschuift) • Alleen vulkanische activiteiten • Ontstaan eilanden reeks • Erupties: Rustig (effusief) • Gevormde materiaal: Basalt
Opmerking: • Aardbevingen komen niet alleen voor langs plaatgrenzen, maar ook op plaatsen waar bijvoorbeeld gas wordt gewonnen (Groningen).
Tsunami’s • Grofweg 3 ontstaans-wijze: • Zeebeving (aardbeving in zee) • Stuk berghelling stort in zee • Meteorietin-slag
Planning: • Uitleg paragraaf 3.1 • Zelfstandigwerken • Stencil • PO • (opdr 13 t/m 19 p3.2) • Huiswerkcontrole (1 t/m 12)
Platentektoniek • 3 hoofdvormen van platentektoniek: • Convergerende plaatbeweging (naar elkaar toe) • Gebergtevorming • Subductiezone • Divergerende plaatbeweging (Van elkaar af) • Mid-oceanische rug(gen) • Horsten en slenken • Transforme plaatbeweging (langs elkaar af) • Langs elkaar bewegen • Aparte vorm van vulkanisme: Hotspot
Paragraaf 3.1 Actieve aarde • Geologische tijdsschaal • Pangea • Gebergtevormende periode • Middellandse Zee • Voor pangea • Convergerende plaatbeweging (Hercynische plooiing) • Pangea • Na pangea • Tethyszee • Mid-oceanische rug • Klei / kalksteen • Convergerende plaatbeweging (Alpiene plooiing) [in verschillende fasen (begon 65 milj geleden – rust – nu weer)]
Paragraaf 3.1 Actieve aarde • Geologische tijdsschaal • Pangea • Gebergtevormende periode
Geologische tijdschaal • Exogene en endogene processen zijn processen die dag in dag uit doorgaan voor miljoenen jaren. • Je ziet pas effect na duizenden jaren. • Toch willen geografen de wereld kunnen bestuderen en classificeren. • Toen hebben ze de geologische tijdschaal bedacht. • Aarde 4,6 miljard jaar oud • Ze moesten voor deze enorme tijd een tijdschaal bedenken: De geologische tijdschaal • De schaal is gebaseerd op: • Fossielen • Karakteristieke gesteentelagen
Paragraaf 3.1 Actieve aarde • Geologische tijdsschaal • Pangea • Gebergtevormende periode
Pangea • Men ontdekte door onderzoek te doen naar Fossielen en gesteentes dat alle werelddelen ooit een keer aan elkaar vast hebben gezeten. • Dit noemen wetenschappers Pangea. • Vanaf dat moment bestuderen de meeste wetenschappers de recente drift van platen. • Dat wil niet zeggen dat de platen daarvoor niet bewogen in tegendeel. (zie atlaskaart 192E, daaruit kun je zien dat er drie fasen van gebergtevorming zijn geweest in heel de geologische geschiedenis. Gebergtevorming duidt op plaattektonische activiteit.)
3 Fasen van gebergtevorming: • 1e en oudste [400 miljoen jaar]: Caledonische gebergtevorming • 2e [300 miljoen jaar]: Hercynische gebergtevorming (daardoor ontstond pangea). (vb: Ardennen, Appalachen, Eifel, Centraal massief, gebergtes midden spanje en zuid duitsland) • 3e en jongste [65 miljoen jaar]: Alpiene gebergtevorming (Vb: Alpen, Himalaya) • De Hercynischeen Alpiene worden genoemd in je boek • Waarom zijn er geen gebergtes meer vanuit de Caledonische fase?
Paragraaf 3.1 Actieve aarde • Geologische tijdsschaal • Pangea • Gebergtevormende periode • Middellandse Zee • Voor Pangea • Convergerende plaatbeweging (Hercynische plooiing) • Pangea
Terug naar pangea • Vanaf pangea veranderde de aarde flink. • Zie atlas 193A. • Afrika komt los van Europa. • De Tethyszeekan uitbreiden (voorloper Middellandse Zee). • En botst daarna met volle kracht op Europa in (Alpiene plooiing)
Paragraaf 3.1 Actieve aarde • Geologische tijdsschaal • Pangea • Gebergtevormende periode • Middellandse Zee • Voor pangea • Convergerende plaatbeweging (Hercynische plooiing) • Pangea • Na pangea • Tethyszee • Mid-oceanische rug • Klei / kalksteen • Convergerende plaatbeweging (Alpiene plooiing) [in verschillende fasen (begon 65 milj geleden – rust – nu weer)]
Divergerende platen. • Op het moment dat Afrika wegdreef ontstond er op de bodem van de Tethyszee een divergerende plaat. (ongeveer 180 miljoen jaar geleden).
Klei en kalk • Klei = sediment dat in zee beland. • Kalk = dode zeediertjes op de bodem van de oceaan. • Stapelt zich jaar in, jaar uit op. • Komt onder hoge druk te staan. • Kalk versteent kalksteen
80 miljoen jaar later (dus 100 miljoen jaar geleden) • Afrika begon weer naar het noorden te schuiven. (twee platen naar elkaar toe). • Nu spreek je dus van convergerende platen. • De Afrikaanse plaat botst tegen europa. Dit ging miljoenen jaren door • Er werd opnieuw geplooid (alpiene plooiingsfase) Alpen • Kalksteen en klei opgeheven (daarom vind je schelpen hoog in de bergen) • In Europa heb je zowel subductiezone als gebergtevormende plaatbeweging.
Paragraaf 3.1 Actieve aarde • Geologische tijdsschaal • Pangea • Gebergtevormende periode • Middellandse Zee • Voor pangea • Convergerende plaatbeweging (Hercynische plooiing) • Pangea • Na pangea • Tethyszee • Mid-oceanische rug • Klei / kalksteen • Convergerende plaatbeweging (Alpiene plooiing) [in verschillende fasen (begon 65 milj geleden – rust – nu weer)]
Binnen Middellands Zeegebied • Binnen middellands Zeegebied veel verschillende plaatbewegingen • Waaronder subductiezone
Roll-back principe • Aparte vorm van subductie in Europa. • Het zogenaamde roll-back principe. • ‘Staart’ breekt af, door het gewichtsverlies schiet het overige omhoog • Je ziet dit in de Tyrrheense Zee
Paragraaf 3.1 restant: vulkanisme • Vulkaanvormen zijn afhankelijk van de soort eruptie(s): Effusief (Rustig) en Explosief • Kegelvulkaan of Stratovulkaan
Restanten • Pyroklastische stroom (gloedwolk) • Caldera • Basalt (kinderkopjes) • Graniet (aanrecht) • Tufsteen
Nu • (Maak opdr 1 t/m 12+13 + 15 tm 19)