1 / 12

“Kun je dat beargumenteren?” : Kritisch denken in het curriculum

“Kun je dat beargumenteren?” : Kritisch denken in het curriculum. 26 januari 2012. José van Alst, IOWO. Waarom aandacht voor Kritisch denken?. Microniveau (hbo & wo ): Docenten: studenten onvoldoende kritisch Studenten: wat bedoelen ze dan precies?

nowles
Download Presentation

“Kun je dat beargumenteren?” : Kritisch denken in het curriculum

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. “Kun je dat beargumenteren?”:Kritisch denken in het curriculum 26 januari 2012 José van Alst, IOWO

  2. Waarom aandacht voor Kritisch denken? • Microniveau (hbo & wo): • Docenten: studenten onvoldoende kritisch • Studenten: wat bedoelen ze dan precies? • Onderwijskundigen: waar leer je ze dat dan?

  3. Waarom? • Mesoniveau: • Studiesucces • Academische vorming (wo); onderzoeks- en innovatievaardigheden en probleemoplossend vermogen (hbo) • Transfer (Helsdingen, 2009). Microniveau

  4. Waarom? • Macroniveau: • Wetenschap: onderzoek • Kenniseconomie: innovatie • Samenleving: democratie, zelfontplooiing. Mesoniveau Microniveau

  5. Wat is KD? Brede en smalle definities Cultureel bepaald. (American Philosophical Association, 1990; Paul & Elder, 2011;Facione, 2011) • Redeneren, argumenteren • Evalueren, beoordelen • Problemen oplossen • Innoveren • Nieuwe kennis genereren • Creativiteit: ideeën genereren • Ideeën toetsen • Ethisch redeneren • Consequenties doordenken • Dilemma’s oplossen

  6. Hoe leren studenten KD? (Abrami, 2008; Facione, 2011) • (Meta)cognitieve vaardigheden: • Veel oefenen • Separaat, expliciet én • Geïntegreerd in vakinhoud. • & • Houding: • bijv. open mindedness: Hoe leer je dat? Is het te leren? • Hoe doceer je dat dan? • Neurologisch: Kritisch denken vergt andere hersencapaciteit; schakelen tussen twee denkordes;Leeftijd-afhankelijk? Puberbrein? • Sociaal-pyschologisch: Kritisch denken maakt onzeker;Leeftijd-onafhankelijk? Belemmeringen Mogelijkheden

  7. Twee denkordes? (Facione, 2011)

  8. Beliefs van studenten over kennis Perry (1968, 1970): Voortbouwend op Dewey (1919, 1916,1938), Piaget (1950-1977) en Kolb (1984) Vier ontwikkelingsfasen. Kuhn & Weinstock, 2002: Absolutism: reality is replicated, knowledge is absolute and transferable Multiplism: knowledge is based on personal opinions Evaluativism: judgments involving evidenced-based critique of multiple perspectives. Commitment Relativism Multiplicity Dualism

  9. Beliefs van studenten over kennis Schommer (1994, 1997): Vijf dimensies (d.w.z. geen lineaire ontwikkeling). Kardash & Wood, 2000; Olafson & Schraw, 2006: Een persoon ‘gelooft’ in meerdere opvattingen over kennis en leren naast elkaar Niet altijd ‘fit’ tussen kennis-opvattingen en gedrag Deels algemeen, deels domeinspecifiek. Effecten op leren (surface <-> deeplearning) en op academic performance. Speed of knowledge Gradually Quickly Control of knowledge Changeable Innate Source of knowledge Through reason Authority Isolated bits Interwoven concepts Structure of knowledge Absolute Certainty of knowledge Tentative

  10. Wat moeten studenten leren? (Toulmin, 1958; 1997) • Vaardigheden: • Stellingen -> onderbouwing gegevens • Enkelvoudig -> meervoudig • ‘Tunnelvisie’ -> open voor tegenargumenten, wegen van voors en tegens • Bijstellen van standpunten: voorbehouden, concessies. • Attitudes: • Onderscheiden van ruziën, debatteren en kritisch onderzoeken • Zekerheden loslaten (dualism); comfortzone verlaten; beelden/ personen durven laten ‘wankelen‘. • ‘Live and let live’ doorbreken (relativism); angst te kwetsen; ergens een punt van maken (engagement). Casus: argumenteren

  11. Didactiek: argumenteren • Leren argumenteren op ‘niet-zelfgekozen’ onderwerp • Argumentatie-opbouw onderscheiden van lees- en schrijffase • Organiseren van dialoog (Kuhn, 2008) • Instructie d.m.v. fact sheets (Toulmin; drogredenen) • Schematiseren van argumentaties • Reflectie op eigen wijze van argumenteren (Felton, 2004): tegenargumenten begrijpen, versterking eigen argumentatie • Reflectie op epistemological beliefs over kennis; zo ook over lezen en schrijven.

  12. Argumenteren als casus • Toetsing: • Beoordelingscriteria paper of presentatie: • Argumenten zijn onderbouwd • Meervoudige argumentatie • Evalueren van voors en tegens • Feedback op argumentatieschema van ander duo • Verbeterplan voor eigen argumentatie • Reflectie op ervaring van ‘wankelende of verschuivende’ standpunten.

More Related