1 / 22

Free Banking

Free Banking. Thomas Vergote. Intro. CONSUMPTION. PRODUCTION POSSIBILITIES FRONTIER. CONSUMPTION. STUCTURE OF PRODUCTION. STAGES OF PRODUCTION. INVESTMENT. S. RATE OF INTEREST. LOANABLE-FUNDS MARKET. D. SAVING (S) INVESTMENT (D). Intro. DUELING TRIANGLES. CONSUMPTION.

raheem
Download Presentation

Free Banking

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Free Banking Thomas Vergote

  2. Intro CONSUMPTION PRODUCTION POSSIBILITIES FRONTIER CONSUMPTION STUCTURE OF PRODUCTION STAGES OF PRODUCTION INVESTMENT S RATE OF INTEREST LOANABLE-FUNDS MARKET D SAVING (S) INVESTMENT (D)

  3. Intro DUELING TRIANGLES CONSUMPTION CONSUMPTION STAGES OF PRODUCTION INVESTMENT • Wat als • de hoeveelheid geld artificieel stijgt zonder bijkomend spaargeld? • er een verhoogd spaargedrag is? S S+ΔM RATE OF INTEREST • Rentevoet is bepalend D SAVING (S) INVESTMENT (D)

  4. Vraagstelling • Welk financieel systeem voldoet aan deze essentiële voorwaarden? • Stabiel • Faling van één schakel veroorzaakt geen systeemcrisis • Afwezigheid van bank runs • Markt interestvoet ≈ Natuurlijke interestvoet • Niet-manipuleerbaar kredietsysteem • Flexibel financieel systeem • Praktisch toepasbaar • Economisch verantwoord • Investeringen toelaten

  5. Basics: circulation vs. commodity credit • The Theory of Money and Credit – Ludwig von Mises: Commodity credit Circulation credit Krediet waarbij de krediet-verstrekker geen gebruik meer kan maken van het uitgeleende geld, vastgelegd onder duidelijke afspraken. Krediet waarbij de krediet-verstrekker ‘on demand’ het uitgeleende geld kan gebruiken zonder dat de finale ontlener dit geld onmiddellijk terug moet betalen.

  6. Basics: Liquiditeit vs Solvabiliteit Liquiditeit Solvabiliteit • Mogelijkheid om steeds alle schulden binnen de vastgelegde termijn af te lossen • circulation credit is nooit liquide • commodity credit kan liquide zijn • Mogelijkheid om steeds alle schulden af te lossen met eventuele vertraging • Zowel circulation als commoditycredit kunnen solvabel zijn

  7. Basics: geldcreatie • Circulation credit (fractioneel bankieren)  geldcreatie • Bank 1 Bank 2 • Deposito’s kunnen opgevraagd worden •  geldcreatie: €1000  €1900  €2710  ...

  8. Basics: geldcreatie • Circulation credit (fractioneel bankieren)  geldcreatie Theoretisch maximum

  9. Basics: geldcreatie • Circulation credit (fractioneel bankieren)  geldcreatie • Initiële geldcreatie: geen probleem indien geldhoeveelheid nadien stabiel • Drie tools van centrale bank om geldhoeveelheid (bijkomend) te wijzigen: • Wijzigingen in de originele geldhoeveelheid • Wijzigingen van transacties tussen banken • Wijzigingen van de reserves • Onrechtstreekse manipulatie van de interestvoet • Hayek (Prices and Production and Other Works): Inherente neiging van fractioneel bankieren

  10. Mogelijke systemen Desastreus fractioneel bankieren Centraal bankieren Full Reserve Banking (metaalstandaard) (enkel commodity credit) Vrij bankieren Marktgecontroleerd fractioneel bankieren

  11. Full Reserve Banking • Full Reserve Banking onder metaalstandaard: • Afgedwongen • Utopische overheid • Fractioneel bankieren = fraude, contractueel 100% (Rothbard) • Spontaan (de facto “full reserve”) (Hülsmann / Salerno) • Concurrentie dwingt reserves en interestvoet omlaag • Depositohouder verliest vertrouwen  bank run • Druk van depositohouders houdt de reserves en interestvoet hoog •  Quasi 100% reserves

  12. Full Reserve Banking • Full Reserve Bank =/= Opslagplaats • Krediet verdwijnt niet • Enkel uitlenen wat niet ‘on demand’ kan worden opgevraagd •  enkel commodity credit • bv. termijnrekeningen • Zichtrekeningen: geld wordt niet uitgeleend • functie: veilig houden, transacties doorvoeren  kost geld

  13. Full Reserve Banking • Argumenten PRO: • Fractioneel bankieren is frauduleus • Fractioneel bankieren is inherent inflatoir • Fractioneel bankieren veroorzaakt een afwijking van de marktinterestvoet t.o.v. de natuurlijke interestvoet • Argumenten CONTRA: • Groei wordt tegengehouden door afwezigheid van krediet • Veroorzaakt een deflatiespiraal • Bijkomend spaargeld geraakt nietvlot (zonder prijsaanpassingen) bijde investeerder

  14. Fractioneel vrij bankieren • Werking: • Circulation credit staat centraal: • Geld dat ‘on demand’ beschikbaar uitlenen • Geld afhalen gebeurt niet dagelijks door iedereen •  Genoeg reserves voor dagelijks ‘normale’ vraag • Kans om geld terug te krijgen is normaal erg hoog • Marktproces  balans tussen risico’s en opbrengst • MAAR, tijdsfactor: opbrengst nu, risico’s later?

  15. Fractioneel vrij bankieren • Fractioneel bankieren = wenselijk • Monetary equilibrium theory • Geldhoeveelheid moet net zoveel verhogen om aan toenemende vraag te voldoen en “slechte” deflatie te vermijden • Steven Horwitz, Lawrence H. White, George Selgin , ... • Fractioneel bankieren = praktisch onvermijdelijk • Full reserve banking kan niet afgedwongen worden • Flexibiliteit van het systeem • Instabiliteit van circulation credit, competitie en afwezigheid van moral hazard  hoge reserves, veel commodity credit • Ludwig von Mises (cf. Gary North), F.A. Hayek (?)

  16. Increased saving CONSUMPTION • Wat in het geval van een zogenaamde “demand shock”  verhoogde vraag om geld bij te houden, omwille van: • Onzekerheid • Investeringswil • Vraag van “Monetary Equilibrium theory” (Horwitz, Selgin, White): • Verhoogde vraag om geld te houden • Consumptie daalt, Spaargeld stijgt • S↑I ↑, maar hoe? • Aanpassing rentevoet • Prijsaanpassingen INVESTMENT S=I=I’(t0) S’=?I’ RATE OF INTEREST D SAVING (S) INVESTMENT (D)

  17. Fractioneel vrij bankieren • Eigenschappen van een goeie private munt • Algemeen aanvaard • Waarde = afgebeelde waarde(geen wisselkoers nodig) • Omwisselbaar in goud/zilver = ? = =

  18. Fractioneel vrij bankieren • Historische gevallen van vrij bankieren • Schotland • New England • Noord-Ierland • Voorbeeld van concurrentie tussen private banken: • Bank of Scotland vs. Royal Bank of Scotland • Bankbiljetten opsparen; in één keer afhalen • Indien verwacht: opsparen zilver • Self-defeating game • Suffolk Bank, Boston • Uitwisselen van biljetten onderling i.p.v. goud • Biljetten van buiten Boston inwisselen voor gouda.d.h.v. interestloze deposito bij Suffolk bank • Canada • Zweden Bank of Scotland Royal Bank of Scotland, est. 1727 Suffolk Bank, 1830s

  19. Hoe gaan we nu verder? • Moral Hazard • Opheffen van legal tender laws • Vrije concurrentie tussen munten • Gevaar: waarde van huidige munt keert terug naar zijn “gebruikswaarde”: nagenoeg niets • Diegenen die laatst overgeschakelen naar “beter” munten verliezen • Verschuiving kapitaal  economische schade • Terugplooien van centraal bankieren • Aanpassingen van banken zelf • ! Bruuske ommekeer leidt tot een ravage

  20. Closing Remark from Hayek • “So long as we make use of bank credit as a means of furthering economic development we shall have to put up with the resulting trade cycles. If it were possible [...] to keep the total amount of bank deposits entirely stable, that would constitute the only means of getting rid of cyclical fluctuations. This seems to us purely utopian. [...] But even if we assume the fundamental possibility of this state of things, it remains very questionable whether many would wish to put it into effect if they were clear about its consequences. The stability of the economic system would be obtained at the price of curbing economic progress.” • - Monetary Theory and the Trade Cycle, Prices and Production and Other Works, p. 103 – F.A. Hayek

  21. Discussie

  22. Hoe gaan we nu verder? • Bank met minder gevaar voor een bank run • Verander één van deze drie eigenschappen: • debt claim equity claim, like Money Market Mutual Fund •  Aandelen in plaats van geldclaim • unconditionalconditional redeemability, like a notice-of- withdrawal clause • default likely solvency assurances • adequate capital • diversified portfolio of safe assets • extended liability for shareholders? • clearinghouse certification

More Related