1 / 30

Device driver

Device driver. Gebruiker afschermen van de hardware. Prog1. Prog2. System calls/ API. Operating Systeem. Device drivers. Hardware. Introductie. Een device driver is een computer programma dat direct communiceert met een resource.

vachel
Download Presentation

Device driver

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Device driver

  2. Gebruiker afschermen van de hardware Prog1 Prog2 System calls/ API Operating Systeem Device drivers Hardware

  3. Introductie Een device driver is een computer programma dat direct communiceert met een resource. Voorbeelden zijn: printerdriver, filedriver, displaydriver,…. Is de vertaalslag tussen het operating systeem en de applicaties die gebruik maken van de devices. Een devicedriver werkt in de kernelmode.

  4. Waarom werken met device drivers. Het maken van een apparaat zoals verwacht is een lastige taak. => Fouten in hardware wordt door de software (driver) gecorrigeerd. In plaats van elke keer het programma te veranderen biedt het o.s. de mogelijkheid om op eenvoudige wijze een andere device te benaderen. Het toevoegen van drivers onder het operatingsysteem biedt de bescherming en veiligheid die nodig is voor het aansturen door malafide gebruikers. Device drivers zijn in principe gelinkte libraries

  5. Interfacing device drivers A: zonder een standaard interface B: met een standaard interface 5

  6. File abstractie Wat doe je met een device ? • Lezen en schrijven • Alleen lezen of alleen schrijven Voorbeelden: USB device, CD ROM, LED display Wat doe je met een file? • Open, close, read, write,.. File is een uitstekende abstracte device.

  7. Voorbeeld int fd; char cbuf; fd=open(“/dev/tty”, O_RDONLY,0); read(fd, &cbuf, 1); close(fd);

  8. Device • Major nummers identificeren de drivers die overeenkomen met de device. b.v. sda, sda1 en sda2 hebben dezelfde device • Minor nummers worden gebruikt door de kernel om precies te bepalen naar welke apparaat verwezen wordt. • b.v. een onderscheid maken tussen verschillende partities op een harddisk /dev/sda, / dev/sda1, / dev/sda2 hebben allemaal dezelfde major, maar verschillende minor nummers. • Wordt intern gebruikt voor indexering crw-rw-rw- 1 root root 1, 3 2009-12-06 13:28 null brw-rw ---- 1 root disk 8, 0 2009-12-06 13:28 sda brw-rw ---- 1 root disk 8, 1 2009-12-06 13:28 sda1 brw-rw ---- 1 root disk 8, 2 2009-12-06 13:28 sda2 • Nummers voor “last modification” zijn de major en minor device-nummers van een bepaald device.

  9. Een Block Devices Via een systeem buffer die functioneert als een data-cache. Voorbeeld Harddisk controllers Device type • Een Character Devices Toegankelijk via een stroom van bytes( zoals in een file) Vb: usb, modem, .. • Een network Devices

  10. User programma & Kernel Interface

  11. Device driver interface

  12. Device driver interface

  13. Kernel Modules Versus Applicaties Kernel modules zijn event-driven User-level applicaties kunnen functies aanroepen die niet gedefinieerd zijn. Gebruik maken van externe library's Kernel module kan alleen gelinkt worden met kernel functies b.v: printk is de versie van printf wordt binnen de kernel gedefinieerd. Gebruik in de kernel module dus geen user-level library's zoals stdio.h Vergeet na disabelen van de interrupts deze niet te enabelen

  14. User Space Versus Kernel-Space Een kernel module run in kernel-space, waar applicatie run in user- space Een applicatie kan zich verplaatsen van user-space naar kernel-space b.v. het aanroepen van een system-call Driver code moet re-entrant zijn. Een functie heet re-entrant als hij op ieder willekeurig punt onderbroken kan worden en een nieuwe “kopie” opgestart zonder elkaar in de weg te zitten.

  15. Voorbeeld van niet re-entrant code int global_variable = 1; int f() { global_variable = global_variable + 2; return g_var; } If multiple threads call f() concurrently the result is unpredictable int g() { return f() + 2; } g() calls a non-reentrant function f().

  16. Voorbeeld van niet re-entrant code int f(int i) { return i + 2; } int g(int i) { return f(i) + 2; }

  17. Driver User mode <==> Kernel mode

  18. Read en Write Methodenin linux • Read en write kopieeren van en naar applicatie code. • prototypes ssize_t read(struct file *filp, char __user *buff, size_t count, loff_t *offp); ssize_t write(struct file *filp, const char __user *buff, size_t count, loff_t *offp); filp: File pointer count:Grootte van de user buffer. buff: Pointer naar de user buffer Offp: offset binnen de file sss

  19. Read en Write Methodenin linux • Wees voorzichtig bij het omgaan met user / kernel data transfers User buffer pointers kunnen illegaal zijn Er kan een page-fault veroorzaakt worden (data is alleen virtueel aanwezig, dus niet in RAM). Pointers kunnen malvious zijn. • Er zijn speciale functies die veilige data transfare verzorgt tussen de user en de kernel ruimte. unsigned long copy_to_user(void __user *to, const void *from, unsigned long count); unsigned long copy_from_user(void *to, const void __user *from, unsigned long count); sss

  20. Read en Write Methodenin linux

  21. Application process Operating System: dev/xyz Device driver Physical Device hardware Algemene systemen versus embedded systemen Application process Device driver Physical Device hardware

  22. open() close()read() write() dev flags Aanroep van de driver FILE *fp = fopen(LCD_NAME, ); "w“ Device tabel fprintf(fp, "test");

  23. Hoe te werk gaan 1:Creëer de device-header file die de registers beschrijft (dit is de interface file) 2: Implementeer de driver functionaliteit 3: Test de driver (m.b.v. de main) 4:Integreer de driver.

  24. device driver voor de HAL (NIOS II) Devices Character-mode devices Timer devices File subsystems Ethernet devices DMA devices Flash memory devices

  25. Driverfuncties tabel

  26. open() close()read() Aanroep van de driver alt_dev FILE *fp = fopen(LCD_NAME, ); "w“ alt_fd write() dev flags Device tabel int alt_dev_reg( alt_dev* dev );

  27. Driverfuncties tabel schrijf( ){ } alt_fd*,constchr*,int int

  28. Diverse .h files. _reg.h register adressen _fd.h declaraties voor de driver .h declaraties

  29. alt_sys_int.c Opstarten van drivers:

  30. NIOS II Software developer’s Handbook Hoofdstuk 7

More Related