60 likes | 209 Views
Emeritiforum. 25 november 2010. Inrichting 3. Echt lief van je dat je even langs kwam, zegt zij. Een stem voor treinen in een station. Ik sta op in mijn wankele woorden, stamel een slotzin die nergens op slaat. Zij loopt met mij mee door de gangen
E N D
Emeritiforum 25 november 2010
Inrichting 3 Echt lief van je dat je even langs kwam, zegt zij. Een stem voor treinen in een station. Ik sta op in mijn wankele woorden, stamel een slotzin die nergens op slaat. Zij loopt met mij mee door de gangen naar een uitweg waar zij niet meer in past. Ik vrees dat de chaos opnieuw zal beginnen als ik weg ben, dat ik niets heb gered. Daarom tracht ik haar angst te bezweren, beweer dat zij ooit wel weer thuiskomt. Zij kijkt om, antwoordt dan afgemeten: beslist. Ik sta terecht in haar ogen. Mark Naessens(1943),uit Met twee messen, Lannoo 1996
Maria Vasalis M. Droogleever Fortuyn-Leenmanspsychiater
De idioot in het bad Met opgetrokken schouders, toegeknepen ogen, haast dravend en vaak hakend in de mat, lelijk en onbeholpen aan zusters arm gebogen, gaat elke week de idioot naar 't bad. De damp, die van het warme water slaatmaakt hem geruster: witte stoom... En bij elk kledingstuk, dat van hem afgaat, bevangt hem meer en meer een oud vertrouwde droom.
De zuster laat hem in het water glijden, hij vouwt zijn dunne armen op zijn borst, hij zucht, als bij het lessen van zijn eerste dorsten om zijn mond gloort langzaamaan een groot verblijden. Zijn zorgelijk gezicht is leeg en mooi geworden, zijn dunne voeten staan rechtop als bleke bloemen, zijn lange, bleke benen, die reeds licht verdordenkomen als berkenstammen door het groen opdoemen. Hij is in dit groen water nog als ongeboren, hij weet nog niet, dat sommige vruchten nimmer rijpen, hij heeft de wijsheid van het lichaam niet verlorenen hoeft de dingen van de geest niet te begrijpen.
En elke keer, dat hij uit 't bad gehaald wordt, en stevig met een handdoek drooggewrevenen in zijn stijve, harde kleren wordt gesjordstribbelt hij tegen en dan huilt hij even. En elke week wordt hij opnieuw geborenen wreed gescheiden van het veilig water-leven, en elke week is hem het lot beschorenopnieuw een bange idioot te zijn gebleven. M. Vasalis (1909-1998) Uit: Parken en woestijnen, A.A.M. Stols, Rijswijk 1940