1 / 17

3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht

3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht. 3.6.1 Gezichtsveld. = deel van omgeving dat je met beide ogen kunt overzien zonder het hoofd te bewegen. Experiment. Wat is de grootte van ons gezichtsveld?. 3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht. 3.6.1 Gezichtsveld. konijn. kat. Inplanting ogen.

adele
Download Presentation

3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. 3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht 3.6.1 Gezichtsveld = deel van omgeving dat je met beide ogen kunt overzien zonder het hoofd te bewegen Experiment Wat is de grootte van ons gezichtsveld?

  2. 3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht 3.6.1 Gezichtsveld konijn kat Inplanting ogen Zijdeling op het hoofd voor op het hoofd gezichtsveld groot klein verklaring Hij is een vluchter / loper en kan zo de vijand zien naderen Hij is een jager / achtervolger en kan zo beter afstanden inschatten

  3. 3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht 3.6.2 Gezichtsveld Driedimensionale beelden Hoe verschilt een driedimensionaal beeld met een gewoon beeld? Bewegende beelden krijgen zo volume zoals in het dagelijkse leven

  4. 3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht 3.6.2 Dieptezicht Inplanting ogen mens Iets uit elkaar en het linker oog ziet alles onder een andere hoek dan het rechter oog Er ontstaat dieptezicht. Dieptezicht wordt groter naarmate gezichtsvelden van beide ogen elkaar meer overlappen Bij welk dier (konijn / kat) is overlapping van de gezichtsvelden het grootst? De kat

  5. 3.6 Gezichtsvelden en dieptezicht 3.6.2 Dieptezicht Mensen met één oog hebben problemen met • afstanden inschatten in het verkeer • wasgoed op draad hangen • inschenken glas Kinderen die nog niet goed afstanden kunnen inschatten hebben problemen met een vliegtuig in de lucht zien ze als een klein vliegtuig

  6. 3.7 Optische toestellen: bril Normaal oog O F2 F1 bijziend oog zien dichtbijgelegen voorwerpen scherp F2 O F1

  7. 3.7 Optische toestellen: bril Werking van het oog

  8. verziendheid

  9. Werking bijziendheid

  10. 3.7 Optische toestellen: bril normaal oog F1 O F2 zien verafgelegen voorwerpen scherp verziend oog

  11. 3.7 Optische toestellen: bril normaal oog F1 O F2 zien dichtbijgelegen voorwerpen scherp bijziend oog F1 F2 O

  12. 3.7 Optische toestellen: bril Personen die alleen voorwerpen van dichtbij scherp kunnen zien Personen die alleen verafgelegen voorwerpen scherp kunnen zien Brandpunt ligt te dicht bij de lens Brandpunt ligt te dicht bij het netvlies • oog is te lang • lens is te bol • oog is te kort • lens is te afgeplat oorzaak oorzaak oplossing bril met bolle lenzen oplossing bril met holle lenzen B V A Bolle lenzen verziendheid Achter netvlies

  13. 3.7 Optische toestellen: bril scherp beeld onscherp beeld normaal oog bijziendheid verziendheid bolle lens holle lens

  14. 3.8 Zien en hersenactiviteit, optisch bedrog Wat stel je vast? De ontbrekende benen zie je toch We zien een driehoek Hoe kan je dat verklaren? Je hersenen vullen het beeld verder aan. We zien met onze hersenen

  15. 3.8 Zien en hersenactiviteit, optisch bedrog Wat zie je? • beker • 2 gezichten De hersenen kiezen een achtergrond (wit of zwart) Hoe komt dit? Verklaring Onze hersenen worden beïnvloed door voorgaande beelden of ervaringen 3 Hoeveel staven tel je bovenaan? Hoeveel staven tel je onderaan? 2

  16. 3.8 Zien en hersenactiviteit, optisch bedrog 3 2 1 Zijn de twee lijnen recht? Welke figuur is het grootst? Ze zijn recht maar lijken gebogen Het lijkt figuur 3 maar ze zijn allen even groot. Hoe te verklaren? • Door de perspectieflijnen zien we figuur 3 verder naar achter. We weten dat iets dat even groot is maar zich verderaf bevindt groter moet zijn dan een voorwerp dichtbij • De twee rechte lijnen lijken gebogen omdat we beïnvloed worden door de lijnen die errond getekend zijn.

  17. 3.8 Zien en hersenactiviteit, optisch bedrog • Het eigenlijke zien gebeurt in de hersenen • Hersenen draaien het beeld om (we zien dingen niet op hun kop staan) • Beelden van beide ogen worden samengevoegd tot één beeld • De hersenen ‘verbeteren’ het beeld Besluit

More Related