E N D
1. Radiotherapie voor het mammacarcinoom Bing Oei
Michael de Gouw
2. Lokale behandeling Lokale controle
Overleving
3. Local recurrence After BCT 4 - 20% 8 - 10 years later(1)
Modified radical mastectomy 10 - 20 %; st. III en IV 40 - 50 % (2)
Postoperative XRT decreases risk of local recurrence by about 2/3 (1)
1. Harris et al. In: De Vita et al.Cancer. Principles and practice of oncology 5th ed. 1997: 1557-16
2. Monyak et al. In: Perez et al. Principles and practice of radiation oncology 2nd ed. 1992: 877-47
6. Radiotherapie na MSO en mortaliteit
7. Locoregionale radiotherapie (na mastectomie) en overleving
Adjuvante chemotherapie met locoregionale radiotherapie geeft na 10 jaar 10% hogere overleving dan adjuvante chemotherapie alleen
(Poortmans, Rad.Onc. 82 (2007);
Overgaard et al, 1997; Ragaz et al, 1997).
8. Indicaties voor radiotherapie Mammasparende behandeling
Thoraxbestraling na mastectomie
DCIS
Palliatieve radiotherapie
Lokaal recidief
9. Mammasparende therapie = 70 jaar: Mamma 5000 cGy boost 1600 cGy (eventueel SIB-techniek: 5070/6440 in 28 fracties)
= 50 jaar: CKTO 2003/13 Young boost trial: Mamma 5000 cGy boost 1600 cGy vs 2600cGy (eventueel SIB-techniek 28 vs 31 fracties dosis: 5150/7380)
>70 jaar: Mamma 5000 cGy geen boost
10. Locoregionale bestraling na gemodificeerd radicale mastectomie (GRM) Afhankelijk van stadium
Tumor > 5 cm; doorgroei in huid; doorgroei thoraxwand
Afhankelijk van okselpathologie
www.oncoline.nl: EBRO-richtlijn Mammacarcinoom 2005
11. DCIS Na lumpectomie
Mamma 50 Gy + boost 16Gy
12. Palliatieve radiotherapie Bij op afstand gemetastaseerd proces
Dreigende ulceratie, pijn, bloeding e.d.
Geen (of te laat) heil te verwachten van systeemtherapie
Dosis geïndividualiseerd (1-2 x 8 Gy; 5 x 4 Gy; 13-15 x 3 Gy)
13. Locaal recidief Indien symptomatisch buiten eerder bestraald gebied: radiotherapie
Indien symptomatisch binnen eerder bestraald gebied: radiotherapie plus hyperthermie
14. RADIOTHERAPY WITH OR WITHOUT HYPERTHERMIA IN THE TREATMENT OF SUPERFICIAL LOCALIZED BREAST CANCER n= 306
CR after RT alone 41%
CR after RHT 59%
Not previously irradiated resp. 60% and 63%
Previously irradiated resp. 31% and 57%
International Collaborative Hyperthermia Group Int.J. Radiation Oncology Biol. Phys. 1996; 35:173-744
15. ? K. geb. 2-8-1940
September 2000 (60 jr.) T1 N0M0 mammaca. MSO
RT 5000 cGy linker mamma; boost 1600 cGy
Oktober 2002 2e primaire tumor linker mamma. Ablatio. ER+ PR- Tamoxifen 20 mg 5 jr.
Oktober 2003 huidmetastasen rond amputatielitteken.
Radiotherapie (36 Gy/ 12 fr. F=4) + hyperthermie
FU oktober 2007 : NED
17.
20. Verwijzing naar fysiotherapeut Voorafgaand aan radiotherapie: bestralingshouding
Tijdens of na behandeling: lymfoedeem
21. Lymfoedeem Mastectomie + OT 20%
Mastectomie + OT + RT oksel 30%.
MSO + OT + RT oksel10%
40% in het eerste jaar
10% in het tweede jaar.
CBO richtlijn Lymfoedeem 12-01-2006
22. 6 bestralingstoestellen
Fotonen en elektronen
1 simulator (haast niet meer in gebruik)
Mouldroom.. Positioneren en fixeren (af en toe voor een afwijkende houding)
Brachy (inwendige bestralingen)
Het BVI telt 2300 nieuwe patienten per jaar, hiervan 590 met de prognose mamma ca.
De mamma patieten zijn de ¼ van al de patienten die we per jaat bestralen.6 bestralingstoestellen
Fotonen en elektronen
1 simulator (haast niet meer in gebruik)
Mouldroom.. Positioneren en fixeren (af en toe voor een afwijkende houding)
Brachy (inwendige bestralingen)
Het BVI telt 2300 nieuwe patienten per jaar, hiervan 590 met de prognose mamma ca.
De mamma patieten zijn de ¼ van al de patienten die we per jaat bestralen.
23. Na multidisciplinair overleg
doorverwijzing voor radiotherapie zijn en wordt een patiënt aangemeld bij een radiotherapeut binnen het BVI
Inplannen consult nieuwe patiënt
Patiënt komt voor consult. Eerst worden gegevens in het bestand gezet
volgt een gesprek met arts.
Patiënt krijgt afspraak mee voor de CT-scan
Na multidisciplinair overleg
doorverwijzing voor radiotherapie zijn en wordt een patiënt aangemeld bij een radiotherapeut binnen het BVI
Inplannen consult nieuwe patiënt
Patiënt komt voor consult. Eerst worden gegevens in het bestand gezet
volgt een gesprek met arts.
Patiënt krijgt afspraak mee voor de CT-scan
24. Tussentijd wordt patiënt besproken door de artsen wat betreft het bestralingsplan dat gebruikt gaat worden.
Patiënt komt voor de voorbereiding.
Indien nodig Mouldroom
Vroeger sim mamma bestraling bepalen en controle mamma maar is niet meer
CT scan
Tussentijd wordt patiënt besproken door de artsen wat betreft het bestralingsplan dat gebruikt gaat worden.
Patiënt komt voor de voorbereiding.
Indien nodig Mouldroom
Vroeger sim mamma bestraling bepalen en controle mamma maar is niet meer
CT scan
25. CT-scan Nieuwe generatie ct scans
Met een grote opening voor de mamma bestralingen omdat deze patienten op een schuine hellig komen te liggen met de armen omhoogNieuwe generatie ct scans
Met een grote opening voor de mamma bestralingen omdat deze patienten op een schuine hellig komen te liggen met de armen omhoog
26. Mammaplank
Hier te zien dus.
patiënten op een schuine helling liggen. Sternum recht. Zo kan en mooi met 2 schampen de velden worden bestraald
Hier te zien dus.
patiënten op een schuine helling liggen. Sternum recht. Zo kan en mooi met 2 schampen de velden worden bestraald
27. Verschillende positionerings middelen
Hier nog een keer de mamma plank en de rest van de hulpmiddelen
Hier nog een keer de mamma plank en de rest van de hulpmiddelen
28. Doorsnede plaatjes, dus nauwkeuriger (dan sim)
Ongeveer 20 minuten
Aftekenen laserlijnen, werken met verschuivingen
Virtuele simulator
Doorsnede plaatjes, dus nauwkeuriger (dan sim)
Ongeveer 20 minuten
Aftekenen laserlijnen, werken met verschuivingen
Virtuele simulator
29. Borst afgeplakt
Arts komt erbij en plakt de borst dan af met looddraad, dit is goed terug te zien op de CT-scan.
Hij geeft met het binnenste (zwartje) draadje het palpabele borstweefsel aan
Daarna met het buitenste (rode) de minimale veldgrens. Hierop worden naar de rand de bestralingsvelden ingesteldArts komt erbij en plakt de borst dan af met looddraad, dit is goed terug te zien op de CT-scan.
Hij geeft met het binnenste (zwartje) draadje het palpabele borstweefsel aan
Daarna met het buitenste (rode) de minimale veldgrens. Hierop worden naar de rand de bestralingsvelden ingesteld
30. CT-bedienings ruimte
Verlaten de ruimte en de scan kan gemaakt wordenVerlaten de ruimte en de scan kan gemaakt worden
31.
Tatoe puntjes worden gezet.
Gaan niet meer weg
En gebruiken we om de patienten telkens weer in dezelfde houding te krijgen
Tatoe puntjes worden gezet.
Gaan niet meer weg
En gebruiken we om de patienten telkens weer in dezelfde houding te krijgen
32.
Getatoeeerde patiënt
Alleen borst bestraling 7 tatoe puntjes
Bij een supraclav, dus ook nog in de hals zal er daar nog een extra tatoe worden gezet.Getatoeeerde patiënt
Alleen borst bestraling 7 tatoe puntjes
Bij een supraclav, dus ook nog in de hals zal er daar nog een extra tatoe worden gezet.
33. Naar de planning:
In kaart brengen dosisverdeling
Door plannen proberen zoveel mogelijk Gezond weefsel sparen
Bestralingstijd uitrekenen
Soorten bestraling
Fotonen en Electronen
Fotonen gaat door heel het lichaam, kan gezien worden als rontgen en elektronen is een straling die maar enkele centimeters onder de huid komt.
Naar de planning:
In kaart brengen dosisverdeling
Door plannen proberen zoveel mogelijk Gezond weefsel sparen
Bestralingstijd uitrekenen
Soorten bestraling
Fotonen en Electronen
Fotonen gaat door heel het lichaam, kan gezien worden als rontgen en elektronen is een straling die maar enkele centimeters onder de huid komt.
34. Op de virtuele sim kan de arts alvorens de planning structuren intekenen, zoals het doelgebied en in geval van een borst bestraling het boostgebied (dat gebied waar de arts wat extra straling wil)
MAAR ook kan de arts hier organen intekenen die gespaard moeten worden Op de virtuele sim kan de arts alvorens de planning structuren intekenen, zoals het doelgebied en in geval van een borst bestraling het boostgebied (dat gebied waar de arts wat extra straling wil)
MAAR ook kan de arts hier organen intekenen die gespaard moeten worden
35.
Arts heeft hier wat ingetekend in de mamma
Arts heeft hier wat ingetekend in de mamma
36.
Hierop komen dan de bundels te staanHierop komen dan de bundels te staan
37.
Een bestralings veld met in het midden het ingetekendeEen bestralings veld met in het midden het ingetekende
38.
Gaat dat geheel naar het planningssysteen
Zie je de isodose lijnen
Zo kunnen we zien dat er niet teveel in de longen komt en niet teveel in het hart
De 95% isodose lijn in dit geval de gel moet mooi om binnen de borst lopen (het doelgebied)Gaat dat geheel naar het planningssysteen
Zie je de isodose lijnen
Zo kunnen we zien dat er niet teveel in de longen komt en niet teveel in het hart
De 95% isodose lijn in dit geval de gel moet mooi om binnen de borst lopen (het doelgebied)
39.
Aansluitlijn. Lijn waar we op aansluiten voor supraclav.
1 Veldje in de halsAansluitlijn. Lijn waar we op aansluiten voor supraclav.
1 Veldje in de hals
40.
Zo ziet het bestralingsveld er dan uitZo ziet het bestralingsveld er dan uit
41.
Zo de isodose lijnen
Dit is gedoseerd op 3 cm diepteZo de isodose lijnen
Dit is gedoseerd op 3 cm diepte
42.
Nu wil de arts bijvoorbeeld het ingetekende deel een boost bestraling geven met elektronen
Een straling die erg oppervlakkig is. Nu wil de arts bijvoorbeeld het ingetekende deel een boost bestraling geven met elektronen
Een straling die erg oppervlakkig is.
43. Hier zie je dat het veld (de groene lijntjes aangegeven met rode pijl) direct op het lichaam staat gerichtHier zie je dat het veld (de groene lijntjes aangegeven met rode pijl) direct op het lichaam staat gericht
44. Krijgen we deze isodose lijnen erbijKrijgen we deze isodose lijnen erbij
49. Huid
- niet met (geparfumeerde) zeep wassen
- geen bodylotion gebruiken
- geen deodorant gebruiken
- niet baden, maar douchen
- na wassen huid droogdeppen
- elektrisch scheren
- haar met babyshampoo wassen
- geen direct zonlicht
- geen pleisters
Huid
- niet met (geparfumeerde) zeep wassen
- geen bodylotion gebruiken
- geen deodorant gebruiken
- niet baden, maar douchen
- na wassen huid droogdeppen
- elektrisch scheren
- haar met babyshampoo wassen
- geen direct zonlicht
- geen pleisters
50. Lanette crème of cetomacrogol crème
Unitulle, mepilex, kaltostat, absorberende gazen / zachte gazen
Lanette crème of cetomacrogol crème
Unitulle, mepilex, kaltostat, absorberende gazen / zachte gazen
54. Scriptie
Bewegen tijdens de radiotherapie behandelingScriptie
Bewegen tijdens de radiotherapie behandeling