370 likes | 607 Views
Paulus op de Areopagus (I). Handelingen 17 15-34. 1. 15 En Paulus’ geleiders brachten hem te Athene en vertrokken met de opdracht aan Silas en Timoteüs om zo spoedig mogelijk bij hem te komen. 2. Thessalonika. Berea. Athene. 3. 16 En terwijl Paulus te Athene op hen wachtte…. 4.
E N D
Paulus op de Areopagus (I) Handelingen 1715-34 1
15 En Paulus’ geleiders brachten hem te Athene en vertrokken met de opdracht aan Silas en Timoteüs om zo spoedig mogelijk bij hem te komen. 2
Thessalonika Berea Athene 3
1 Daarom hebben wij, (want wij konden het niet langer uithouden), besloten alleen te Athene achter te blijven… 1Thessalonika 3 1 Thessalonika geschreven 5
16 … werd zijn geest in hem geprikkeld, toen hij zag, dat de stad zo vol afgodsbeelden was. 6
17Hij hield daarom in de synagoge samensprekingen met de Joden en met hen, die God vereerden… = argumenteren, discussiëren 7
18En ook enige van de Epikureïsche en Stoïcijnse wijsgeren … 9
Epicures van Samos (341-270 v. Chr.) Geniet van het leven en wees tevreden met wat je hebt… 10
Stoïcijnen > stoa = zuilengang, waar Zeno van Citium (333 – 262 v. Chr.) zijn school stichtte. Wat gebeurt, moet gebeuren. Aanvaard de wisselingen van het lot. 12
MAAR…geen GOD die alles onder controle heeft … geen vrede. 13
18En ook enige van de Epikureïsche en Stoïcijnse wijsgeren twistten met hem… niet omgekeerd: hij twistte met hén… 14
18… en sommigen zeiden: Wat zou die betweter willen beweren? King James: babbler St.Vert.: klapper Conc. Version: rook (= roek) voetnoot Telos vert.: graantjespikker 15
18… Maar anderen: Hij schijnt een verkondiger van vreemde goden te zijn… 16
18… want hij bracht het evangelie van Jezus en de opstanding. “vreemde goden” 17
19En zij namen hem mede en brachten hem naar de Areopagus… Mars heuvel = waar het hoog gerechtshof zetelde 18
19… en zeiden: Zouden wij ook mogen vernemen, wat dit voor een nieuwe leer is, waarvan gij spreekt? 19
20Want gij brengt ons enige vreemde dingen ten gehore; wij wensten dan wel te weten, wat dit zeggen wil. 20
21Alle Atheners nu en de vreemdelingen, die zich daar ophielden, hadden voor niets anders tijd over dan om iets nieuws te zeggen of te horen. 21
22En Paulus, voor de Areopagus staande, zeide… lett. in het midden van … 22
22… Mannen van Athene, ik zie voor mijn ogen, dat gij in elk opzicht buitengewoon ontzag voor godheden hebt… Athene had de reputatie meer afgodsbeelden te hebben dan inwoners 23
23 …want toen ik door uw stad liep en de voorwerpen uwer verering aanschouwde… 24
23… heb ik ook een altaar gevonden… = voetstuk 25
23… met het opschrift: Aan een onbekende god… > agnost 26
23… Wat gij dan, zonder het te kennen, vereert, dat verkondig ik u. 27
24De God… 6 … voor ons nochtans is er maar ÉÉN GOD, de Vader…. 1Korinthe 8 28
24De God… 17 … De Koning der eeuwen, de onvergankelijke, de onzienlijke, de ENIGE GOD, zij eer en heerlijkheid… 1Timotheüs 1 29
24De God… 29Jezus zeide: 30Het EERSTE is: Hoor, Israel, de Here, onze God, de Here IS ÉÉN, en gij zult de Here, uw God, liefhebben uit geheel uw hart … Marcus 12 30
24… die de wereld gemaakt heeften AL wat daarin is… toeval of bedoeling? 31
24… die een Heer is van hemel en aarde, woont niet in tempels met handen gemaakt, 27 Zou God dan waarlijk op aarde wonen? Zie, de hemel, zelfs de hemel der hemelen, kan U niet bevatten, hoeveel te min dit huis dat ik gebouwd heb. 1Koningen 8 32
25en laat Zich ook niet door mensenhanden dienen, alsof Hij nog iets nodig had… 33
25… daar Hij zelf aan allen leven en adem en alles geeft. NIETS heeft een schepsel van zichzelf 34