130 likes | 364 Views
Evenwichten. 1. Het zwaartepunt. 2. Werklijn en arm van een kracht. 3. Hefboomwet en de kracht in draaipunt. 4. Einde. Evenwichten. 1. Het zwaartepunt. 2. Werklijn en arm van een kracht. 3. Hefboomwet en de kracht in draaipunt. 4. Einde.
E N D
Evenwichten 1. Het zwaartepunt. 2. Werklijn en arm van een kracht. 3. Hefboomwet en de kracht in draaipunt. 4. Einde.
Evenwichten 1. Het zwaartepunt. 2. Werklijn en arm van een kracht. 3. Hefboomwet en de kracht in draaipunt. 4. Einde.
1. De zwaartekracht werkt in punt Z . O O Fz Fz Fz 2. Z vind je met symmetrieassen. . . 3. Of door het voorwerp op te hangen. Z zit vertikaal onder ophangpunt O. O Z Z Z
Evenwichten 1. Het zwaartepunt. 2. Werklijn en arm van een kracht. 3. Hefboomwet en de kracht in draaipunt. 4. Einde.
1. Het draaipunt O blijft op zijn plaats. O 2. De werklijn loopt door de kracht F. 3. De armr is de loodrechte afstand . . . van draaipunt tot werklijn. werklijn r1 r2 F2 F1
1. Het draaipunt blijft op zijn plaats. 2. Krachten, werklijnen, armen tekenen. . 3. De armr2 blijft steeds hetzelfde . . . dus het moment ook! F2 F1 r1 r2 r1 r2 F1 F2
Evenwichten 1. Het zwaartepunt. 2. Werklijn en arm van een kracht. 3. Hefboomwet en de kracht in draaipunt. 4. Einde.
Moment linksom + Moment rechtsom = 0 Hefboomwet:M1 + M2 = 0 F1 . r1 + F2 . r2 = 0 1. F is de kracht in N 2. r is de arm in m De arm is de loodrechte afstand van werklijn tot draaipunt 3. Als een kracht het voorwerp linksom wil laten draaien . . is het moment positief. Bij evenwicht geldt ook: Frx = 0 en Fry = 0
Voorbeeld: Vlaggenmast van 6,0 m en 100 kg is in evenwicht r2 = 3,0cos40 F1 Z Fz O 40° Teken de werklijnen Teken de armen r1 = 6,0 m r1 r2 berekenen: = 6,0 m OZ = 3,0 m = 2,30 m Fz = mg = 100.9,81 = 981 N = 981 N r2 = 2,30 m
Vervolg F1 r1 = 6,0 m Z Fz = 981 N O 40° r2 = 2,30 m = 376 N M1 (linksom) + M2 (rechtsom) = 0 F1 . r1 - Fz . r2 = 0 F1 .6,0 – 981 . 2,30 = 0 F1 . 6,0 = 2256 F1 = 376 N = 0,38 kN
De krachten in het draaipunt F1 = 376 N Z Fz = 981 N 40° O Teken de krachten in O F1y F1 ontbinden 40° =288 N 50° F1x = 376sin40 = 242 N Frx = 0 → Fw = 242 N = 0,24 kN F1x =242 N F1y = 376cos40 = 288 N 40° (Z-hoeken) F1y + F n = Fz 288 + F n = 981 Fn = 693 N F n = 693 N Fw = 242 N
Samenvatting • De werklijn is de lijn waarop de kracht ligt F1y Fy r1 Fx F1x r2 draaipunt 1. Door een kracht gaat een voorwerp “vooruit” 2. Door een moment gaat een voorwerp draaien 3. Bij evenwicht geldt SFx = 0SFy = 0 en SM = 0 of M1 + M2 = 0 of F1r1 + F2r2 = 0 4.M = +/- F.r M1 is - want F1 veroorzaakt een draaiing rechtsom M2 is + want F2 veroorzaakt een draaiing linksom 5. r is de arm van kracht F • r is de loodrechte afstand van draaipunt tot werklijn F1 6.In draaipunt werkt Fx naar links en Fy naar boven F2 F1x = Fx en F1y + Fy = Fz
Evenwichten 1. Het zwaartepunt. 2. Werklijn en arm van een kracht. 3. Hefboomwet en de kracht in draaipunt. 4. Einde.