120 likes | 421 Views
QUASI-GOEDEREN. Goederen. Inkopen. Verkopen. Schulden. Vorderingen. Geld. Innen. Betalen. Beginvoorraad + inkopen – verkopen = eindvoorraad. Beginvoorraad – eindvoorraad + inkopen = verkopen. B eginvoorraad – E indvoorraad + T oename = A fname. Quasi-goederen. Obligo.
E N D
Goederen Inkopen Verkopen Schulden Vorderingen Geld Innen Betalen
Beginvoorraad + inkopen – verkopen = eindvoorraad Beginvoorraad – eindvoorraad + inkopen = verkopen Beginvoorraad – Eindvoorraad + Toename = Afname
Quasi-goederen Obligo
Aanmaakkosten bonnen Te vorderen OB Crediteuren 1.000 190 1.190 Ontvangst van 100 cadeaubonnen zonder vooraf gedrukte waarde. Drukkosten € 1.000 excl. omzetbelasting
Kas Cadeaubonnen in omloop Opbrengst verkopen Te betalen OB 2.856 476 2.000 380 Contante verkoop van goederen € 2.000 excl. omzetbelasting en cadeaubonnen voor totaal € 476
Kas Opbrengst verkopen Te betalen OB 400 76 Cadeaubonnen in omloop 476 Contante verkoop van goederen € 400 excl. omzetbelasting betaling door middel van cadeaubonnen voor totaal € 476
Cadeaubonnen in omloop Ontvangst 476 Verkoop 476
Aanmaakkosten bonnen Te vorderen OB Crediteuren 1.000 190 1.190 In omloop te brengen cadeaubonnen Voorraad cadeaubonnen 2.000 2.000 Ontvangst van 100 cadeaubonnen met een waarde van € 20 per stuk. Drukkosten € 1.000 excl. omzetbelasting
Voorraad cadeaubonnen Kas Cadeaubonnen in omloop 500 500 500 In omloop te brengen cadeaubonnen 500 Contante verkoop van cadeaubonnen € 500
Kas Opbrengst verkopen Te betalen OB 690 1.000 190 Cadeaubonnen in omloop 500 Contante verkoop van goederen € 1.000 excl. omzetbelasting betaling contant en door middel van cadeaubonnen voor totaal € 500
Voorraad cadeaubonnen Ontvangst 2.000 Verkoop 500 Saldo 1.500 In omloop te brengen cadeaubonnen Verkoop 500 Ontvangst 2.000 Saldo 1.500 Cadeaubonnen in omloop Ontvangst 500 Verkoop 500 Saldo 0