1 / 10

homeostase

homeostase. 1. Een constant intern milieu. Constant intern milieu. Elke cel omgeven door weefselvloeistof Weefselvloeistof en bloedplasma samen = intern milieu Omstandigheden schommelen rond normwaarde Omstandigheden intern milieu moeten stabiel blijven

drago
Download Presentation

homeostase

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript

  1. homeostase 1. Een constant intern milieu

  2. Constant intern milieu • Elke cel omgeven door weefselvloeistof • Weefselvloeistof en bloedplasma samen = intern milieu • Omstandigheden schommelen rond normwaarde • Omstandigheden intern milieu moeten stabiel blijven •  veranderingen moeten zo snel mogelijk opgelost worden • Homeostatische regelmechanismen • Vb glucosegehalte in het bloed • Vb in techniek : regeling kamertemperatuur • Door negatieve terugkoppeling

  3. Regeling temperatuur lichaam Afname temperatuur stimuleert proces :verbranding Toename temperatuur remt proces , remt verbranding

  4. Negatieve terugkoppeling Het resultaat van het proces heeft invloed op het proces zelf

  5. regelkring sensor Hypothalamus of hersenstam in hersenen

  6. Regeling van de lichaamstemperatuur • Door negatieve terugkoppeling • Binnenste deel lichaam constante temperatuur • 36,5 ( snachts)- 37 (overdag) • 70%warmteproductie door <10% lichaamsgewicht • Hart • Longen • Nieren • Hersenen • Darmkanaal • Lever • Bloed speelt belangrijke rol • warmtebalans in evenwicht • Temperatuur constant

  7. Sensor = warmte- en koudezintuigen of receptoren in hypothalamus Boodschapperstof = hormonen

  8. warmtebalans • Warmteproductie • Afhankelijk van intensiteit van stofwisseling • Activiteit van skeletspieren •  onder normwaarde  rillen en klappertanden • = onwillekeurige spieractiviteit • Warmteafgifte • Bloed en huid •  boven normwaarde Bloedvaten verwijden zich in huid (spiertjes bloedvatwanden ontspannen) • Huid meer doorbloed straling warmte naar buiten •  zweten ( water+ zouten) verdampen afkoeling • Onder normwaarde bloedvaten vernauwen

  9. Constant = samenstelling inwendige milieu • Door opname • Opslag • Uitscheiding van stoffen • teveel •  opslag • Glucose, zouten ,vitaminen • Glucose •  Glycogeen lever, spieren •  vet  onderhuids bindweefsel, geel beenmerg •  uitscheiding • Water, CO2, afvalstoffen • Nieren, longen, huid • Tekort •  opname • Zuurstof, voedingsstoffen •  vrijmaking uit opslag

  10. Regeling glucosegehalte van het bloed Transport glucose door celmembranen wordt versneld - in lever en spieren wordt glucose omgezet in glycogeen -glucose wordt omgezet in andere organische stoffen Eilandjes van Langerhans produceren meer insuline Glucose-gehaltevan het bloed daalt Eilandjes van Langerhans produceren meer glucagon Glucose-gehaltevan het bloed stijgt Glucose gehalte van het bloed stijgt - In lever en spieren wordt glycogeen omgezet in glucose - glucose wordt aan het bloed afgegeven • Normwaarde 0,1%glucose

More Related