360 likes | 696 Views
Wiskunde statistiek. Statistiekbegrippen en hoe je ze berekent!!. Welke statistiekbegrippen zijn er?. Welke statistiekbegrippen zijn er?. Welke statistiekbegrippen zijn er?. Het gemiddelde. Cijfers ( w ) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
E N D
Wiskundestatistiek Statistiekbegrippen en hoe je ze berekent!!
Het gemiddelde • Cijfers ( w ) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • Frequentie ( f ) 0 2 1 4 6 9 6 4 6 2 40 • w x f 0 4 3 16 30 54 42 32 54 20 255 • De totale frequentie is 0+2+1+4+6+9+6+4+6+2 = 40 • De som van waarnemingsgetal x frequentie is: 0+4+3+16+30+54+42+32+54+20 = 255 • Het gemiddelde is 255 : 40 = 6,375 • Afgerond op 1 decimaal is dat 6,4
Wat is de modus? • De modus is het waarnemingsgetal dat het meeste voorkomt, dus in dit geval het cijfer met de hoogste frequentie. • Cijfers ( w ) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • Frequentie ( f ) 0 2 1 4 6 9 6 4 6 2 • De hoogste frequentie is 9, het cijfer dat daarbij hoort is de 6. • De modus is dus 6.
Wat is de mediaan? • Cijfers ( w ) 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • Frequentie ( f ) 0 2 1 4 6 9 6 4 6 2 • De mediaan is het middelste waarnemingsgetal • We zetten alle waarnemingsgetallen op een rijtje van klein naar groot: • 2 2 3 4 4 4 4 5 5 5 5 5 5 6 6 6 6 6 6 6 6 6 7 7 7 7 7 7 8 8 8 8 9 9 9 9 9 9 10 10 • Het zijn 40 getallen, dat is een even aantal dus hebben we 2 middelste getallen, nl nr 20 en 21 • De mediaan berekenen we nu als volgt (6+6) : 2 = 6
Als de frequentie groot is! • Als we veel gegevens hebben is het handig om cumulatief op te tellen. • W 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • f 0 2 1 4 6 9 6 4 6 2 • nr. 1-2 3 4-7 8-13 14-22 23-28 29-32 33-38 39-40 • t/m2 t/m3 t/m 7 t/m 13 t/m 22 t/m 28 t/m 32 t/m 38 t/m 40 • Totale frequentie is 40 • De middelste waarnemingsgetallen zijn dan: • nr. 20 (40:2) en nr.21 (20 + 1) De cijfers (w) die daarbij horen zijn 6 en 6 • De mediaan is dus (6 + 6) : 2 = 6
Wat is een boxplot??? • Een boxplot is een statistisch begrip. • Het geeft een verdeling weer van een aantal gegevens in stukken van 25%. • De verdeling wordt via een schema weergegeven. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Wat moet je eerst bepalen? • Het kleinste waarnemingsgetal • Het grootste waarnemingsgetal • De mediaan • Het 1e kwartiel • Het 3e kwartiel
Hoe bepaal je de mediaan?? • We zoeken het middelste waarnemingsgetal • Wat is de frequentie? • Als die even is zijn er 2 middelste waarnemingsgetallen • Als die oneven is, is er 1 middelste waarnemingsgetal
Hoe bereken je het middelste getal? • Deel de frequentie door twee • Bij een even aantal zijn de uitkomst en de uitkomst plus 1 de middelste getallen • Welke waarnemingsgetallen horen hierbij, tel op en deel door twee. • Dat is de mediaan!!
Voorbeeld • cijfers 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • frequentie 2 4 5 2 3 12 15 23 13 7 • cumulatief tm2 tm6 tm11 tm13 tm16 tm28 tm43 tm66 • de totale frequentie is 2+4+5+2+3+12+15+23+13+7= 86 • even: dus 2 middelste waarnemingsgetallen, • dat is nr 43 (86 : 2) en nr 44 (43+ 1) • nr 43 hoort bij waarnemingsgetal 7 en nr 44 hoort bij waarnemingsgetal 8 dus (8 + 7) : 2 = 7,5 is de mediaan
Hoe bereken je het 1e kwartiel?? • Dit gaat op dezelfde manier als de mediaan, alleen gebruik je nu de eerste helft van de gegevens. • cijfers 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • frequentie 2 4 5 2 3 12 15 23 13 7 • cumulatief tm2 tm6 tm11 tm13 tm16 tm28 tm43 tm66 • de totale frequentie is 2+4+5+2+3+12+15+23+13+7= 86 • de helft daarvan is 43. Dus nr 22 (43:2+0,5) geeft het 1e kwartiel. Het bijbehorende waarnemingsgetal is 6
Hoe bereken je het 3e kwartiel?? • Dit gaat op dezelfde manier als de mediaan, alleen gebruik je nu de tweede helft van de gegevens. • cijfers 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • frequentie 2 4 5 2 3 12 15 23 13 7 • cumulatief tm2 tm6 tm11 tm13 tm16 tm28 tm43 tm66 • de totale frequentie is 2+4+5+2+3+12+15+23+13+7= 86 • de helft daarvan is 43. Dus nr 22 (43:2+0,5), geteld vanaf nr 44 geeft je het 3e kwartiel. Dit is nr 65. Het bijbehorende waarnemingsgetal is de 8
Wat hebben we nu gevonden? • Het kleinste waarnemingsgetal 1 • Het grootste waarnemingsgetal 10 • De mediaan 7,5 • Het 1e kwartiel 6 • Het 3e kwartiel 8
Maak er nu een boxplot van • Kleinste waarnemingsgetal is 1 • Het grootste waarnemingsgetal is 10 • De mediaan is 7,5 • Het 1e kwartiel is 6 • Het 3e kwartiel is 8 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Welke conclusies kun je hieruit trekken?? • 25% van de cijfers is kleiner dan of gelijk aan 6 • 25% van de cijfers is groter dan of gelijk aan 8 • meer dan 75% van de cijfers is voldoende • minder dan 25% van de cijfers is onvoldoende • meer dan 50% van de cijfers is hoger dan 7 25% 25% 25% 25% 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Hoe bereken je het middelste getal? • Deel de frequentie door twee • Bij een oneven aantal is de uitkomst plus 0,5 het middelste getal • Welk waarnemingsgetal hoort hierbij? • Dat is de mediaan!!
Voorbeeld • cijfers 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 • frequentie 2 4 5 2 3 12 15 20 13 7 • cumulatief tm 2 tm6 tm11 tm13 tm16 tm28 tm43 • de totale frequentie is 2+4+5+2+3+12+15+20+13+7= 83 • oneven dus 1 middelste, dat is nr 83: 2 + 0,5 = 42 • nr 42 hoort bij waarnemingsgetal 7 dus 7 is de mediaan
Kansberekening • Er wordt vaak gevraagd: ” Hoe groot is de kans dat …….” • Om hier een antwoord op te kunnen geven moeten we een aantal dingen weten • Voor de berekening ervan kunnen we een aantal hulpmiddelen gebruiken
Hoe bereken je de kans? • De kans bereken je door te tellen • Hoeveel mogelijkheden zijn er in totaal • Hoeveel van die mogelijkheden voldoen aan de eis?
Voorbeeld • Je hebt 10 chocolaatjes: 3 melk, 5 puur en 2 met nootjes. • Hoe groot is de kans op een chocolaatje met nootjes? • Totaal 10, waarvan 2 met nootjes, dus een kans van 2 op 10 • Vereenvoudigd: een kans van 1 op 5
In een boomdiagram zijn alle mogelijkheden van een telprobleem apart te zien. Boomdiagram
Werpen met twee munten. Hoe groot is de kans op ”2 keer kop”? Er zijn 4 mogelijkheden Daarvan is 1 tweemaal kop Kans dus 1 op 4 Voorbeeld k m k m k m 1 2 3 4
Hierin kun je het aantal combinaties vinden door de aantallen wegen tussen de knooppunten met elkaar te vermenigvuldigen. Wegendiagram 3 x 3 x 4 = 36
In een vlag zitten drie banen Voor elke baan kun je kiezen uit 3 kleuren Hoeveel mogelijkheden zijn er met een gele baan in het midden? Voorbeeld 3 x 3 x 3 = 27 r r g g g b b 3 x 1 x 3 = 9 Totaal 27, waarvan er 9 aan de eis voldoen, dus: 9 op 27 is een kans van 1 op 3
Tabel In een tabel kun je de mogelijkheden van een telprobleem systematisch opschrijven.