1 / 27

Hints

Hints . In groepjes worden de begrippen uit de geschiedenis les geraden aan de hand van het spel ‘hints’. Welke team scoort het hoogst?. Spring! . Laat de leerlingen de gebeurtenissen van een bepaald tijdvak springen .

glenna
Download Presentation

Hints

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Hints In groepjes worden de begrippen uit de geschiedenis les geraden aan de hand van het spel ‘hints’. Welke team scoort het hoogst?

  2. Spring! Laat de leerlingen de gebeurtenissen van een bepaald tijdvak springen. Voorbeeld 2 april 1595 eerste uitvaart richting ‘oost’ 20 maart 1602 monopolie Nederlandenz…

  3. Gooi over die bal Leerlingen gooien een voorwerp over. De ene leerling noemt een jaartal, de andere leerling noemt de gebeurtenis die dat jaartal plaatsvond.De ene leerling noemt een persoon, de andere leerling noemt de belangrijke eigenschappen van deze persoon.

  4. Zoek de fout De leerlingen zoeken de fout. Dit kan op verschillende manieren. Een tekening van de gouden eeuw met daarin een mobiele telefoon bijvoorbeeld of een verhaal waarin fouten staan.

  5. Hé, een museum Maak een museum in de klas. Laat de leerlingen dingen meenemen.

  6. Vragenbord Leerlingen noteren vragen, anderen zoeken informatie over het antwoord en presenteren dit op originele wijze aan hun ‘maatje’.

  7. Memorie Leerlingen maken een memorie voor klasgenoten. Foto – FotoNaam – PersoonJaartal – Gebeurtenis

  8. Verboden woord Leerlingen omschrijven gebeurtenissen,personen of belangrijke voorwerpen.Zij mogen daarbij het woord dat geraden moet worden en eventueel een aantal andere woorden niet gebruiken. Vincent van Gogh* oor afsnijden Verenigde Oost-Indische Compagnie De pest Van oldeBarneveld

  9. Rap • Laat leerlingen een lied maken over het onderwerp van de les. Zij mogen dit rappen of op een andere muzikale manier laat horen.

  10. Wie ben ik? • De leerlingen spelen het spel ‘wie ben ik’ aan de hand van belangrijke personen uit de behandelde les.

  11. Bingo • De leerlingen beantwoorden in groepjes ongeveer 25 vragen over de les. 8 antwoorden daarvan zetten zij op een bingo kaart. De leerkracht noemt de vragen. Wie heeft als eerste alle antwoorden aangekruist?

  12. Poppenkast • Laat de leerlingen een poppenkast verhaal schrijven over het tijdvak dat centraal staat.De leerlingen kunnen dit eventueel ookin de klas laten zien.

  13. Kruiswoordpuzzel • De leerlingen maken een kruiswoordpuzzel voor een medeleerling. Voor jongere kinderen maakt de leerkracht de puzzel, leerlingen maken de puzzel van de leerkracht. Horizontaal1. Engelse woord voor makkelijk.2. Een hard of zacht gekookt ..Verticaal1. De …. van sinterklaas 1E A S Y I T A F

  14. Woordzoeker • Leerlingen noteren belangrijke begrippen/personen uit de les en zetten deze in een woordzoeker die ze maken voor een klasgenoot. Wie vindt als eerste alle woorden?

  15. Ren je rot • Verspreid door de klas staan vragen. Leerlingen rennen van het verzamelpunt naar de juiste vraag,beantwoorden deze en gaan naar de volgende vraag. De vragen moeten volgens een vaste volgorde beantwoord worden. In de bovenbouw kunnen leerlingen zelf de vragen maken.

  16. Quizmaster • De leerlingen zijn vandaag de quizmaster en maken een quiz voor een medeleerling. Zij stellen hierbij vragen uit de gegeven les(sen).

  17. Mindmap • De leerlingen maken een mindmap over de geleerde stof.

  18. Stripverhaal • De leerlingen maken een strip over de kern van de les of over het tijdvak waarin de les past. Bespreek duidelijk een doel met de leerlingen.

  19. Galgje • De leerlingen spelen galgje met woorden van de behandelde les. Één leerling leidt het spel.

  20. Binnen buiten kring • De leerlingen worden in tweetallen verdeeld, de ene staat in de buitenkring, de ander in de binnen kring. De leerling die in de binnenkring staat stel binnen 1 min zoveel mogelijk vragen. De buitenkring draait naar 1 min door.

  21. Experts • De leerlingen worden genummerd (aantal lln in groepen = aantal nummers) zij gaan op nummer bij elkaar zoeken. Deze groep wordt expert van 1 les, zij zoeken alles uit. Aan het eind komen zij terug in de groepen en delen de opbrengsten.

  22. Flitsen • De leerlingen maken eigen flitskaartjes en flitsen deze aan medeleerlingen. De vragen gaan over de behandelde lessen. Wat betekent de afkorting VOC? Wie schreef tijdens WOII een dagboek? Wie heeft Amerika ontdekt?

  23. Interview • De leerlingen gaan elkaar interviewen. De ene leerling stelt vragen, de andere leerling leeft zich in, in iemand uit het geschiedenis blok.

  24. Op zoek naar • De leerlingen maken een zoekkaart voor een andere leerling. Leerling gaan de goede persoon bij de omschrijving zoeken.Zoek iemand die… de leider was van de WOIIZoek iemand die… koning van ons land wasenz.

  25. Welke van de 2 • In het lokaal zijn twee zijden, eens en oneens. De leerlingen krijgen vragen / stellingen over de les en kiezen het goede antwoord.Variatie : A/B/C vragen. eens / oneens

  26. Pictionary • De leerlingen krijgen een persoon of gebeurtenis uit de les. Zij proberen door middel van tekenen te laten zien wat er op het kaartje stond.

  27. Woord slang • De leerlingen maken een woordslang over de les. De laatste letter van het ene woord, is de eerste letter van het nieuwe woord.Hitler Razzia Anne Frank Kampen

More Related