741 likes | 1.17k Views
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE. AANDACHTSPUNTEN AANBEVELINGEN. ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE. Inleiding Goede zorg Niet-farmacologische interventies. ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE. Inleiding dementie ABCD Subtypering BPSD Misopvattingen. DEMENTIE: ABCD.
E N D
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE AANDACHTSPUNTEN AANBEVELINGEN
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE Inleiding Goede zorg Niet-farmacologische interventies
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE Inleiding dementie ABCD Subtypering BPSD Misopvattingen
DEMENTIE: ABCD • A = affect > psychiatrische symptomen • B = gedrag (“behaviour”) • C = cognitie • D = dagelijks functioneren c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: SUBTYPERING Afhankelijk van het type van dementie treden symptomen vroeger of later tijdens het ziekteproces op de voorgrond c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: SUBTYPERING • Geheugen: ZvA • Sociaal gedrag & persoonlijkheid: FvFTD • Taal : TvFTD • Mentale traagheid: ZvP, ZvH c.sachem@telenet.be
FRONTO-TEMPORALE DEMENTIE • Frontale variant • Progressieve verandering in persoonlijkheid en gedrag • Temporale variant • Progressieve achteruitgang in taalvaardigheden • Semantische dementie • Progressieve niet-vloeiende afasie c.sachem@telenet.be
FRONTALE VARIANT FTDMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING • Sociaal gedrag en persoonlijkheid • Afwezigheid empathie • Decorumverlies in gedrag en taal: verlies van normen en waarden • Versterking of juist verlies van karakteristieken • Verhoogde prikkelbaarheid en verlaagde frustratiedrempel • Beoordelingsvermogen • Afwezigheid ziektebesef/inzicht: kunnen gedrag niet bijsturen • Gestoord inschattingsvermogen: gevaarsituaties, gevolgen gedrag, risico’s nemen c.sachem@telenet.be
FRONTALE VARIANT FTDMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING • Veranderingen in persoonlijke gewoontes • Zelfzorg en hygiëne • Afwezigheid verantwoordelijkheidsgevoel • Regulatie gedrag: veranderingin activiteit en onaangepast gedrag • Apathie, verlies van interesse en motivatie vs • Impulsief, ontremd gedrag, agitatie, doelloos repetitief gedrag • Onvoorspelbaarheid vs dwanghandelingen: nood aan een vast patroon • Afleidbaarheid en concentratiemoeite, gebrek aan flexibiliteit en planning • Jonge leeftijd en familiaal/genetisch c.sachem@telenet.be
TEMPORALE VARIANT FTDMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING Semantische dementie • Communicatie: • Progressief verlies woordenschat en spontane spraak • Verlies van kennisvan de betekenis van woorden • Herkenning personen, objecten, feiten • Circumlocutie • Begripsprobleem (geschreven en gesproken taal) • Discrepantie geheugenmogelijkheden: episodisch vs semantisch • Later gedragsstoornis: dwang, rituelen c.sachem@telenet.be
TEMPORALE VARIANT FTDMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING Progressieve niet-vloeiende afasie • Communicatie: taalexpressie • Traag, moeizaam, aarzelend, telegramstijl • Woordvindingsproblemen, agrammatica • Ja zeggen als ze nee bedoelen en omgekeerd • Later: taalbegrip • Later: • Cognitieve stoornis • Gedragsstoornis: apathie, verwaarlozing, egocentrisme c.sachem@telenet.be
LEWY BODY DEMENTIEMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING • Aanvankelijk geen duidelijk dementieel beeld • Schommelingen • Cognitief functioneren: aandacht (episodisch verward) • Parkinsonachtige symptomen • Vertraagd, rigiditeit, zowel fysiek als cognitief • Beperkte gezichtsexpressie c.sachem@telenet.be
LEWY BODY DEMENTIEMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING • Hallucinaties (visueel) en wanen • Overdag in slaap vallen • Ontremd gedrag • Gevoeligheid geluid c.sachem@telenet.be
PARKINSONDEMENTIEMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING • Rigiditeit, zowel fysiek als mentaal • Sterk vertraagde informatieverwerking • Schommelingen in mogelijkheden • Obsessief gedrag • Verminderde emotionele controle c.sachem@telenet.be
ZIEKTE VAN HUNTINGTONMOEILIJKHEDEN VOOR DE OMGEVING • Impulscontrole • Bewegingsstoornissen met zeer hoog valrisico • Stem • Repetitief gedrag (in herhaling vallen) • Executieve problemen en gedragsstoornissen • Organiseren gedachten en handelingen: geen prioriteiten kunnen stellen, niet kunnen starten, plannen, doorgaan, eindigen • Problemen met vooruit denken: kunnen niet anticiperen/wachten • Vertraagd, verlies mentale flexibiliteit en aandacht • Herkenning emoties • Jonge leeftijd en erfelijkheid c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: SUBTYPERING DOCH: • Vroege symptomen: vaak aspecifiek • Overlap op gedragsniveau > verschillen • 80-plussers (t.o.v. < 70-jarigen): • Onderscheid vroege tekenen van dementie en leeftijdsgerelateerde veroudering moeilijker • Meer atypische deficietprofielen c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: BPSD • Veranderingen gedrag en persoonlijkheid en psychologische symptomen = BPSD • Geheel van symptomen van gestoorde perceptie, ratio, affect, stemming, gedrag • Belang: voorkomen: • Bij 90% van de personen met dementie • Steeds vaker naarmate ziekteproces vordert c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: BPSD Verklarende modellen • Achterliggende, onvervulde behoefte • NeedDriven Dementia CompromisedBehavior(Kolanowski, 2000) • Toenemend verlies van adaptatie- en copingmechanismen • ProgessivelyLowered Stress Thresshold (Hall, 1994; Dröes, 1991) • Multifactorieel(Kitwood, 1997) c.sachem@telenet.be
Lichamelijke gezondheid Hersen-beschadiging Persoonlijkheid en coping BPSD Levens-geschiedenis Sociale en omgevings-factoren Multifactoriële model van Kitwood, 1997
DEMENTIE: BPSD Veranderingen gedrag en persoonlijkheid en de psychische symptomen vaak meer belastend dan de cognitieve stoornissen c.sachem@telenet.be
DEMENTIE Veranderingen Cognitie-Gedrag-Psychisch = UITDAGING voor de zorgverleners c.sachem@telenet.be
DEMENTIE Geen gemakkelijke antwoorden Geen pasklare oplossingen Vaak trial & error Zorg op maat c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: MISOPVATTINGEN • Diagnose = volledig dement • Elke persoon dementeert op dezelfde wijze • Veranderingen in cognitie en gedrag = bewust of manipulatief c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: MISOPVATTINGEN • Heldere en minder heldere momenten wisselen zich af • Elk gedrag, wat we doen en niet doen, vereist een goede werking van de hersenen in hun geheel • Hersenen = netwerk c.sachem@telenet.be
DEMENTIE: MISOPVATTINGEN Hersenschade = oorzaak van symptomen MAAR: voorkomen en ernst van cognitieve en gedragsveranderingen kunnen wel versterkt worden door externe factoren: • Fysieke en/of mentale status pt • Sociale interactie en omgeving c.sachem@telenet.be
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE Inleiding Goede zorg Niet-farmacologische interventies
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE Goede zorg Vereisten Richtlijn BPSD
GOEDE ZORG Specifieke karakter van de aandoening heeft consequenties voor de zorg zorg bij dementie > basiszorg • Praktische hulp/verpleegkundig-technische zorg • Behandelen van psychiatrische symptomen • Emotioneel: het verlichten van het lijden • Bevorderen adaptatie- en copingproces • Familie: partner in de zorg c.sachem@telenet.be
GOEDE ZORG: VEREISTEN • Kennis van de hersenziekte • Vaardigheidstraining, coaching, supervisie • Openheidvoor de specifieke en complexe problematiek • Bewustzijn van bijzondere kwetsbaarheid van deze mensen c.sachem@telenet.be
GOEDE ZORG: VEREISTEN • Kennis en vaardigheid → Beter begrip → Anticiperen → Aanvaarden wat je niet kan veranderen → Afspraken of aanpassingen maken → Voorkomen of beperken c.sachem@telenet.be
GOEDE ZORG: VEREISTEN • Openheid en bewustzijn → Omgaan met zowel verschillend als veranderend gedrag → Mens- i.p.v. taakgericht • Warme, liefde- en respectvolle zorg • Beleving staat centraal • Focus op comfort en welbevinden c.sachem@telenet.be
“UNTIL THERE’S A CURE, THERE’S ONLY CARE” J. Pollard c.sachem@telenet.be
GOEDE ZORG: VEREISTEN • Warme, liefdevolle benadering • Mededogen • Met glimlach en ontspannen bevragen • Aandacht verbaal en non-verbaal gedrag van pt • Anticiperen (beter voorkomen dan genezen) • Uitleggen en geruststellen • Breng niet in verlegenheid • Compenseren voor cognitieve beperkingen en niet confronteren • Respecteer als een volwassene • Respecteer mogelijkheden • Voorkomen van overbelasting/vermoeidheid c.sachem@telenet.be
GOEDE ZORG: BPSD Richtlijn BPSD: • Potentiële medische oorzaak: • Uitsluiten/behandelen • Ernstig: • Farmacologisch en evt. niet-farmacologisch • Mild tot matig: • Niet-farmacologische interventies c.sachem@telenet.be
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE Inleiding Goede zorg Niet-farmacologische interventies
ZORGEN VOOR PERSONEN MET DEMENTIE Niet-farmacologische interventies Omgevingsinterventies Gedragsinterventies Psychosociale interventies Communicatietips
NIET-FARMACOLOGISCHE INTERVENTIES • Richtlijn: op maat van patiënt én mantelzorger • Steeds aanpassen: • Noden en wensen • Individuele sterkten en zwakten • Evolutieve karakter van aandoening • Steeds evalueren • Afname ervaren belasting • Al dan niet gewenste/ongewenste effecten • Aanvaardbaar niveau welbevinden pt en naaste c.sachem@telenet.be
OMGEVINGSINTERVENTIES • Rationale Aanpassen van omgeving aan de specifieke noden van de patiënt gezien adaptatie- en copingmechanismenfalen, en dit om risico op BPSD te beperken c.sachem@telenet.be
OMGEVINGSINTERVENTIES • Fysieke omgeving • Temporele omgeving c.sachem@telenet.be
OMGEVINGSINTERVENTIES • Fysieke omgeving • Architectuur • Interieurvormgeving: kleur, licht, geluid • Veranderingen vermijden → Huiselijkheid en gezelligheid → Veiligheid, comfort, gebruiksvriendelijkheid c.sachem@telenet.be
OMGEVINGSINTERVENTIES • Temporele omgeving • Routine, voorspelbaarheid, herkenbaarheid • Vast dag- en weekschema • Dagdagelijkse activiteiten: • Wat, waar wie en hoe • Vereenvoudigen, in stappen opdelen • Aangepast aan vertraagd tempo, mogelijkheden, wensen • Geen verrassingen of abrupte veranderingen c.sachem@telenet.be
OMGEVINGSINTERVENTIES • Temporele omgeving • Dag-nachtritme respecteren en bevorderen • Dutjes overdag beperken • Fysieke activiteit overdag stimuleren • Lichttherapie tegen ‘sundowning’ • Duidelijk afbakenen van dag- en nachtactiviteiten via tijdscues • Medicatiebeleid: diuretica, anti-depressiva c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Rationale door het analyseren van situaties waarin het gedrag voorkomt achterliggende oorzaak achterhalen, om zo storend gedrag te verminderen of te vermijden c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Doelgedrag BPSD • Identificeren • Info verzamelen • Uitlokkende factoren en gevolgen in kaart brengen • Realistische doelen en plan opstellen • Continu evalueren en indien nodig bijsturen • Steeds mantelzorger betrekken c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Stappenmodel: • Stap 1: Gedragsobservatie • Stap 2 en 3: Analyse • Stap 4: Doel • Stap 5: Acties • Stap 6: Evaluatie c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Stap 1: Wat zie je? • Wat is het meest belastende probleemgedrag? • Hoe vaak komt het gedrag voor (3d/2weken)? • Voor wie is het gedrag een probleem? c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Stap 2: In welke situaties komt het gedrag voor? • Waar, in welke ruimte? • Wanneer komt het gedrag voor? • Wie is er in de buurt? • Wat gebeurt er in de directe omgeving? • Wat ging er aan vooraf? c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Stap 3: Hoe komt het? • Mogelijke oorzaken: • Lichamelijk: • Pijn, infectie, honger, onvervulde behoefte, medicatie • Omgeving: • Verandering, te veel of te weinig prikkels, overvraagd • Levensgeschiedenis : • Life-events, persoonlijkheid, coping • Ander c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Stap 4: Wat wil je bereiken? • Doel concreet en specifiek omschrijven • Inzicht in gedragsproblematiek via monitoring • Opheffen, verminderen, leren omgaan, preventie • Ondersteunen van betrokkenen • Is het bespreekbaar met de pt.? • Wat vindt de mantelzorger? c.sachem@telenet.be
GEDRAGSINTERVENTIES • Stap 5: Wat ga je er aan doen? • Welke concrete interventie(s) in welke speficieke omstandigheden? • Wat, waar, wanneer, hoe lang? • Evaluatiedatum • Is het bespreekbaar met de patiënt? • Wat vindt de mantelzorger? c.sachem@telenet.be