230 likes | 346 Views
Herijking uitstallingenbeleid. Adviesraad voor detailhandel 19 september 2013 Mariska Kien, Stadsbeheer. Onderdelen. Introductie Uitstallingenbeleid nu Uitstallingenbeleid straks Twee varianten regels Vervolg. Wat zijn uitstallingen?. Opdracht herijking beleid.
E N D
Herijking uitstallingenbeleid Adviesraad voor detailhandel 19 september 2013 Mariska Kien, Stadsbeheer
Onderdelen • Introductie • Uitstallingenbeleid nu • Uitstallingenbeleid straks • Twee varianten regels • Vervolg
Opdracht herijking beleid • Startnotitie onderschreven door Mos en Sleeking (2012) Actualisatie beleid => • Duidelijkheid scheppen • Deregulering • Gelijkheid: regels gelden voor iedereen • Algemene regels aangevuld met maatwerk waar nodig
Uitstallingenbeleid 1999 Domein • Alleen historische binnenstad • Alleen winkels • Alle publieke ruimten • Deel van de voorwerpen • Straatprofielen (jaarlijks) Basisregels • APV • Nadere regels
Beleid winkelwandelstraat > 3,5 meter vrij (< 4,5 m geen) Direct tegen gevel Strookdiepte < 1 meter 2 x 0,75 m strookbreedte vrij Hoogte < 1,75 m 1 Reclamebord > 1,5 meter vrij (< 2 m breedte geen) Beleid loopstrook/trottoir
Werkwijze Beleid per 1999 • Stadsbeheer Vergunningverlening per 2006 • OZHZ (jaarlijks, leges) Toezicht en handhaving per 2008 • Toezicht Inning precario: Belastingdienst
Aantallen Schatting OZHZ: 400-600 ondernemingen met uitstallingen Aantal afgegeven vergunningen: 2001 322 2002 307 2003 249 .……………..? 2010 96 2011 54 2012 16 2013 ong. 50
Huidige partners Uitvoeringspartners: Stadsbeheer Toezicht OZHZ Belastingdienst Afstemming met: WMO adviesraad Programma Binnenstad Ondernemingsloket Stedenbouw en Verkeer Openbare Orde en Veiligheid Vertegenwoordigers ondernemers
Uitgangspunten (1) Eenvoudige, logische regels Domein: gehele stad, alle relevante panden, producten/dienstenen voorwerpen Regels bieden ruimte voor maatwerk (in overleg) Bij voorkeur vergunningvrij Handhaving door Toezicht Samenwerken in signalering
Uitgangspunten (2) Voorwerpen hebben relatie met wat wordt verkocht/ verstrekt Deugdelijke constructie Tijdens openingstijden Geen verkoop op straat Niets ophangen
Variant 1 Min. 3 meter voor hulpdiensten Bij trottoir of loopstrook min. 2 meter voor voetgangers en vrije toegang ingang Entreezijde (adreszijde) Max. 50% van gevelbreedte (in m) Uitstallingen tegen gevel Max. diepte: 1,5 meter Max. hoogte: 2 meter
Variant 2 Min. 3 meter voor hulpdiensten Bij trottoir of loopstrook min. 2 meter voor voetgangers en vrije toegang ingang Entreezijde (adreszijde) Max. 50% van gevelbreedte (in m) Uitstallingen tegen gevel Max. diepte: 1,5 meter Max. hoogte: 2 meter In een lijn
Volgende stappen Uitwerking varianten Juridische toets Beleidsmatige afstemming Afspraken uitvoering Bestuurlijk aanbieden voorstellen Indien nodig inspraakronde Op z’n vroegst 1 januari 2014 nieuwe regels.
Verder… (voorlopig) Minder controle op hebben van vergunning Toezicht bestrijdt vnl. excessen Belastingdienst gaat informatie aanvullen (over 2012 en 2013)
Beleid: APV Artikel 2:10 A Vergunning voor het plaatsen van voorwerpen op, onder, in, boven of aan een openbare plaats of openbaar water in strijd met de publieke functie van de openbare plaats of openbaar water 1. Het is verboden zonder voorafgaande vergunning van het college een openbare plaats of openbaar water anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan. 2. Een vergunning bedoeld in het eerste lid kan worden geweigerd: a. indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de openbare plaats, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de openbare plaats of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare plaats; b. indien het beoogde gebruik hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand; c. in het belang van de voorkoming of beperking van overlast voor gebruikers van de in de nabijheid gelegen onroerende zaken; d. indien voor ondergrondse infrastructuur onvoldoende ruimte is; e. indien het gebruik van ondergrondse infrastructuur een belemmering vormt voor toekomstige ontwikkelingen.