1 / 35

ZENUWSTELSEL

ZENUWSTELSEL. Ruggenmerg en perifeer zenuwstelsel. Via deze button kun je telkens terug naar dit menu. Menu Zenuwstelsel. Bouw van het zenuwstelsel. Functie van het zenuwstelsel. Menu. Bouw van het zenuwstelsel. zenuwstelsel deel 1. Menu. Zenuwstelsel. Bestaat uit:

major
Download Presentation

ZENUWSTELSEL

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. ZENUWSTELSEL Ruggenmerg en perifeer zenuwstelsel

  2. Via deze button kun je telkens terug naar dit menu Menu Zenuwstelsel Bouw van het zenuwstelsel Functie van het zenuwstelsel Menu

  3. Bouw van het zenuwstelsel zenuwstelsel deel 1 Menu

  4. Zenuwstelsel Bestaat uit: Centraal zenuwstelsel: • Hersenen en • Ruggenmerg Uit beide ontspringen zenuwen: Perifeer zenuwstelsel: • Hersenzenuwen en • Ruggenmergzenuwen of nervi spinales (nervus spinalis) Menu

  5. ZENUWWEEFSEL bestaat uit: • neuron (= zenuwcel)met de onderdelen: • cellichaam altijd 1 • axon of neuriet (lange uitloper)altijd 1, geleiding van cellichaam af • dendron of dendriet (korte uitloper)meestal meerdere • myeline schede (myeline mantel)isolatie er zijn o.a. • Motorische neuronen • Sensibele neuronen • Schakelneuronen Menu

  6. neuriet NEURONEN • motorisch neuron (motoneuron) • korte dendrieten • lang axon (neuriet) • cellichaam in voorhoorn van ruggenmerg • geleiding van centraal naar perifeer (efferent) • sensibel (sensorisch) neuron • lange dendriet(en) • meestal (relatief) korte neuriet • cellichaam in radix ventralis (d.i.buiten ruggenmerg) • geleiding van perifeer naar centraal (afferent) dendriet neuriet Menu

  7. Neuron cellichaam (soma) knoop van Ranvier dendrieten myeline telodendron axon eindplaatje (synaps) Menu

  8. neuronale synaps axon neuron 1 ACTIEPOTENTIAAL neuron 2 synapsspleet Menu

  9. Een perifere zenuw bestaat uit: • een bundel axonen (neurieten), wel of niet (of meer of minder) gemyeliniseerd • De meeste zenuwen zijn gemengd (bevatten zowel sensorische als motorische neuronen) • er zijn uitsluitend sensorische en ook uitsluitend motorische zenuwen • voorbeeld sensorisch: nervus opticus (zien) • voorbeeld motorisch: nervus oculo-motorius(oog bewegingen) Menu

  10. RUGGENMERG SEGMENT • Ruggenmerg met H-vorm • radix dorsalis • radix ventralis • sensibel ganglion • ramus dorsalis • n. spinalis • grensstrengmet ganglion(ortho)sympatisch Menu

  11. Processus transversus Processus spinosus Processus articularis superior Corpus vertebrae RUGGENMERG SEGMENT Benoem de per muisklik aangegeven delen : radix dorsalis radix ventralis sensibel ganglion ramus dorsalis (= ramus ventralis van) n. spinalis ganglion sympatische zenuwstelsel terug naar: benoem zelf delen ruggenmerg grensstreng Menu

  12. Transversale doorsnede door thoracale wervel radix ventralis ruggenmerg met H-figuur radix dorsalis met sensibel ganglion n. spinalis ramus dorsalis Doordat de radix ventralis en radix dorsalis binnen het wervelkanaal afdalen alvorens op segmentaal niveau uit te treden, zijn de eerste delen hiervan op deze doorsnede nog niet te zien Menu

  13. RUGGENMERG • arachnoidea • bloedvat in arachnoidea • dura mater • fila radicularia: • radix ventralis • radix dorsalis Menu

  14. Overgang ruggenmerg - cauda equina • einde ruggenmerg (gemiddeld) nivo: T 12 (man) L 1 (vrouw) Menu

  15. CAUDA EQUINA(PAARDESTAART) • op lager niveau uittredende zenuwbanen (gelegen in cauda equina) • filum terminale Menu

  16. RUGGENMERGBenoem zelf de aangegeven delen, de namen worden hier NIET gegeven! 5 1 6 2 3 4 ga bij twijfel terug naar scherm 10 (en 11) via button: NAAR: RUGGENMERG SEGMENT Menu

  17. Relatie zenuwwortel met Wervelgewricht en discus zenuwwortel discus wervelgewricht = facetgewricht ramus dorsalis Menu

  18. Lumbale hernia (nucleus pulposus) discus De protrusie (uitpuiling) van de nucleus pulposus drukt op de zenuwwortel die 1 niveau lager uitreed Wervel- lichaam discus Menu

  19. Ruggenmerg en Perifere zenuwen Een aantal uit het ruggenmerg ontspringende nn. spinales, vormen tesamen een vlechtwerk: “plexus” voorbeelden: plexus brachialis plexus lumbalis plexus sacralis plexus lumbosacralis Menu

  20. Ruggenmerg en Perifere zenuwen • plexus brachialis • nervi intercostales de pijl wijst naar de VIIIe • plexus lumbosacralis Menu

  21. nn. spinales trunci (truncus) fasciculi (fasciculus) perifere zenuwen C5 C6 C7 C8 T1 Plexus brachialis Een aantal uit het ruggenmerg ontspringende nn. spinales, vormen samen een vlechtwerk: “plexus” In het halsgebied is de n. spinalis benoemd naar de eronder liggende wervel, in de andere wk delen naar de erboven liggende wervel. Zo ligt de n. spinalis C5 dus boven wervel C5 enz.; n. spinalis C8 onder wervel C7 en boven wervel T1; n.spinalis T1 onder wervel T1 Opbouw plexusbrachialis : (verloopt automatisch) ventraal aanzicht rechter arm n. axillaris superior lateralis n. musculocutaneus posterior medius n. radialis n. medianus n. ulnaris medialis inferior Menu

  22. fasciculus lateralis fasciculus medialis a. axillaris fasciculus posterior m. pectoralis major naar lateraal omgeklapt m. coracobrachialis & m. biceps brachii caput breve n. ulnaris n. medianus arm distaal romp, thorax Plexus brachialis ventraal aanzicht Menu

  23. nn. spinales Plexus lumbosacralis I Soms onderscheiden in : plexus lumbalis en plexus sacralis Opbouw plexus lumbalis (L1 t/m L5): (verloopt automatisch) T12 n. subcostalis L1 n. ilioinguinalis n. iliohypogastricus L2 n. genitofemoralis L3 n. cutaneus femoris lateralis L4 L5 n. femoralis n. obturatorius truncus lumbosacralis Menu naar volgende scherm

  24. tak van plexus lumbalis nn. spinales n. ischiadicus Plexus lumbosacralis II Opbouw plexus sacralis: (verloopt automatisch) L4 truncus lumbosacralis L5 n. gluteus superior S1 S2 n. gluteus inferior S3 S4 n. peroneus communis n. cutaneus femoris posterior S5 n. tibialis n. pudendus C0 Menu naar volgende scherm

  25. Functie van het zenuwstelsel zenuwstelsel deel 2 Menu

  26. REFLEXEN voorbeelden: • myotatische reflex of spierrek reflex • pees reflex • huid reflex • antagonisten reflex Menu

  27. Myotatische reflex voorbeelden: • bicepspees reflex • tricepspees reflex • kniepees reflex • achillespees reflex Menu

  28. Myotatische reflex directe verbinding monosynaptisch spierspoel spiervezel met zenuwvezel spiervezels van één motorunit Menu

  29. Myotatische reflex werking : • stimulus: • antwoord: • doel: rek van spierspoeltje in spierweefsel contractie van spier houdingsregulatie Menu

  30. Pees reflex inhiberend schakelneuron golgi pees sensor spiervezel met zenuwvezel spiervezels van één motorunit Menu

  31. Pees reflex werking : • stimulus: • antwoord: • doel: rek van golgi pees sensor in peesweefsel ontspanning van spier bescherming tegen te grote kracht Menu

  32. axon met motorisch eindplaatje • de pijl geeft het eindplaatje aan • vanuit het axon zijn vier vertakkingen te zien • elke vertakking gaat naar een eigen spiervezel Menu

  33. afferent efferent Myotatische reflex Bepaal en benoem eerst zelf de richting van het verloop van de prikkels, klik daarna met de muis voor controle Menu

  34. reflexen 1 deze reflex is een: 2 deze reflex is een: spierrek of myotatische reflex huid reflex Menu

  35. - + peesreflex myotatische reflex ontstaan van een beweging: motorische schors schakelneuron - motoneuron - motoneuron pees sensor spier spierspoel kracht & beweging bewuste activiteit Menu EINDE Zenuwstelsel

More Related