510 likes | 652 Views
Zondagochtend 6 juli 2013. Gezang. 427 : 1, 8 Psalm 1 : 1, 2, 3 Psalm 139 2, 14 Psalm 119 : 1, 14, 26 Psalm 105 : 18 Gezang 442 : 1, 2, 4 Jeremia 6 : 9-21 Johannes 14 : 1-6. Welkom in deze ochtenddienst Voorganger: Ds. A. van Olst Ouderling: Anne Geurtsen
E N D
Zondagochtend 6 juli 2013 • Gezang. 427 : 1, 8 • Psalm 1 : 1, 2, 3 • Psalm 139 2, 14 • Psalm 119 : 1, 14, 26 • Psalm 105 : 18 • Gezang 442 : 1, 2, 4 • Jeremia 6 : 9-21 • Johannes 14 : 1-6
Welkom in deze ochtenddienst • Voorganger: Ds. A. van Olst • Ouderling: Anne Geurtsen • Organist: Wim Brunsveld Intro
Gezang 427 : 1, 8 Beveel gerust uw wegen, al wat u 't harte deert, der trouwe hoed' en zegen van Hem, die 't al regeert. Die wolken, lucht en winden wijst spoor en loop en baan, zal ook wel wegen vinden waarlangs uw voet kan gaan.
Gezang 427 : 1, 8 Hoor onze smeekgebeden; Heer, red uit alle nood! Sterk onze wankle schreden en leer ons tot de dood vertrouwen op uw zegen en vaderlijk beleid, dan voeren onze wegen naar 't rijk der heerlijkheid.
Psalm 1 : 1, 2, 3 • Gezegend hij, die in der bozen raad • niet wandelt, noch met goddelozen gaat, • noch zich door spotters in de kring laat noden, • waar ieder lacht met God en zijn geboden, • maar die aan 's HEREN wet zijn vreugde heeft • en dag en nacht met zijn geboden leeft.
Psalm 1 : 1, 2, 3 • Hij is een groene boom die staat geplant • waar waterbeken vloeien door het land. • Zijn loof behoeft de droogte niet te duchten, • te goeder tijd geeft hij zijn rijpe vruchten. • Gezegend die zich aan Gods wetten voedt: • het gaat hem wel in alles wat hij doet.
Psalm 1 : 1, 2, 3 • Gans anders zal 't de goddelozen gaan: • zij zijn het kaf dat wegwaait van het graan. • Zij kunnen zich voor God niet staande houden, • er is geen plaats voor hen bij zijn vertrouwden. • God kent die wandelt in het rechte spoor, • wie Hem verlaat gaat dwalende teloor.
Psalm 139 : 2, 14 • Gij zijt zo diep vertrouwd met mij: • wie weet mijn wegen zoals Gij? • Gij kent mijn leven woord voor woord, • Gij hebt mij voor ik spreek gehoord. • Ja overal, op al mijn wegen • en altijd weer komt Gij mij tegen.
Psalm 139 : 2, 14 • Doorgrond, o God, mijn hart; het ligt • toch open voor uw aangezicht. • Toets mij of niet een weg in mij • mij schaadt en leidt aan U voorbij. • O God, houd mij geheel omgeven, • en leid mij op den weg ten leven.
We lezen uit Herziene Statenvertaling: Jeremia 6 : 9-21 Johannes 14 : 1-6
Jeremia 6 : 9-21 9 Zo zegt de HEERE van de legermachten: Zij zullen het overblijfsel van Israël als een wijnstok nauwkeurig nalopen. Laat uw hand terugkeren als een druivenplukker langs de ranken.
10 Tegen wie zal ik spreken, en wie zal ik waarschuwen dat zij zullen luisteren? Zie, onbesneden is hun oor, zodat ze niet in staat zijn om er acht op te slaan, zie, het woord van de HEERE is hun tot smaad, ze vinden er geen vreugde in.
11 Daarom ben ik vol van de grimmigheid van de HEERE, ik ben het moe haar in te houden. Giet haar dan uit over de kleine kinderen op straat, over de kring van de jongemannen bij elkaar. Ja, ook de man zal met de vrouw gevangen worden genomen, de oudere met de hoogbejaarde.
12 Hun huizen zullen overgaan in de handen van anderen, samen met de akkers en de vrouwen, want Ik zal Mijn hand uitstrekken tegen de inwoners van dit land, spreekt de HEERE.
13 Want van hun kleinste tot hun grootste, ieder van hen is uit op winstbejag. Van profeet tot priester pleegt ieder van hen bedrog. 14 Zij genezen de breuk van Mijn volk op het lichtst, door te zeggen: Vrede, vrede! Maar er is geen vrede.
15 Staan zij beschaamd, omdat zij een gruweldaad gedaan hebben? Ze schamen zich niet in het minst, ja, zij weten van geen blozen. Daarom zullen zij vallen onder hen die vallen; ten tijde dat Ik hen zal straffen, zullen zij struikelen, zegt de HEERE.
16 Zo zegt de HEERE: Ga staan op de wegen, en zie, vraag naar de aloude paden, waar toch de goede weg is, en bewandel die. Dan zult u rust vinden voor uw ziel. Maar zij zeggen: Wij bewandelen die niet.
17 Ik heb wachters over u aangesteld: Sla acht op het geluid van de bazuin! Maar zij zeggen: Daar slaan wij geen acht op. 18 Daarom, heidenvolken, luister, weet, gemeenschap, wat er onder hen leeft!
19 Luister, aarde, zie, Ik breng onheil over dit volk. Dat is de vrucht van hun gedachten. Want op Mijn woorden hebben zij geen acht geslagen, en Mijn wet, die hebben zij verworpen.
20 Waarom zou voor Mij wierook uit Sjeba moeten komen en de beste kalmoes uit een ver land? Uw brandoffers zijn Mij niet welgevallig, en uw slachtoffers zijn Mij niet aangenaam.
21 Daarom, zo zegt de HEERE: Zie, Ik ga dit volk struikelblokken geven waarover zij zullen struikelen: de vaders samen met de zonen, de buurman met zijn naaste, zij zullen omkomen.
Johannes 14 : 1-6 • Het huis van de hemelse Vader • 1 Laat uw hart niet in beroering raken; u gelooft in God, geloof ook in Mij. • 2 In het huis van Mijn Vader zijn veel woningen; als dat niet zo was, zou Ik het u gezegd hebben. Ik ga heen om een plaats voor u gereed te maken.
3 En als Ik heengegaan ben en plaats voor u gereedgemaakt heb, kom Ik terug en zal u tot Mij nemen, opdat ook u zult zijn waar Ik ben. • 4 En waar Ik heen ga, weet u, en de weg weet u.
5 Thomas zei tegen Hem: Heere, wij weten niet waar U heen gaat, en hoe kunnen wij de weg weten? • 6 Jezus zei tegen hem: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.
3 De HEER vroeg mij: ‘Mensenkind, kunnen deze beenderen weer tot leven komen?’ Ik antwoordde: ‘HEER, mijn God, dat weet u alleen.’4 Toen zei hij: ‘Profeteer, en zeg tegen deze beenderen: “Dorre beenderen, luister naar de woorden van de HEER! 5 Dit zegt God, de HEER: Beenderen, ik ga jullie adem geven zodat jullie tot leven komen.
6 Ik zal jullie pezen geven, vlees op jullie laten groeien en jullie met huid overtrekken. Ik zal jullie adem geven zodat jullie tot leven komen, en jullie zullen beseffen dat ik de HEER ben.”’
Psalm 119 : 1, 14, 26 O HEER, de koning is verheugd! Hij wil uw almacht prijzen, U juichend dank bewijzen. Gij schonkt hem dapperheid en deugd. Gij hebt op zijn gebed hem door uw hulp gered.
Psalm 119 : 1, 14, 26 Bewaar mijn oog, dat niet de valse schijn, dat niet de lege vreugd mijn hart bewege. Slechts in uw spoor kan leven leven zijn. Vestig mijn aandacht op de rechte wegen. Doe uw beloften onverwrikbaar zijn, immers uw knecht is tot uw dienst genegen.
Psalm 119 : 1, 14, 26 HEER, Gij zijt goed, in heel uw wezen goed, en goed voor al uw kindren zijn uw daden. Wat mij aangaat, mij heeft de overmoed beticht van leugens en met smaad beladen, maar Gij zijt goed in alles wat Gij doet, van ganser harte ga ik op uw paden.
De kinderen van 4-12 • jaar kunnen nu naar • de bijbelklas. • Het gaat over • de uitzending van • zeventig leerlingen • N.a.v. Lukas 10:1-20
16 Zo zegt de HEERE: Ga staan op de wegen, en zie, vraag naar de aloude paden, waar toch de goede weg is, en bewandel die. Dan zult u rust vinden voor uw ziel. Maar zij zeggen: Wij bewandelen die niet. Jeremia 6 : 16
16 Zo zegt de HEERE: Ga staan op de wegen, en zie, vraag naar de aloude paden, waar toch de goede weg is, en bewandel die. Dan zult u rust vinden voor uw ziel. Maar zij zeggen: Wij bewandelen die niet. Jeremia 6 : 16
Psalm 105 : 18 • Die gunst heeft God zijn volk bewezen, • opdat het altoos Hem zou vrezen, • zijn wet betrachten en voortaan • volstandig op zijn wegen gaan. • Prijs God om al zijn majesteit. • Hij leidt ons tot in eeuwigheid.
De kinderen komen terug uit de bijbelklas • Daarna zijn de collecten voor: • 1 Emeritikas • 2 Kerk
Gezang 442 : 1, 2, 4 • Jezus, ga ons voor • deze wereld door, • en U volgend op uw schreden • gaan wij moedig met U mede. • Leid ons aan uw hand • naar het vaderland.
Gezang 442 : 1, 2, 4 • Valt de weg ons lang, • zijn wij klein en bang, • sterk ons, Heer, om zonder klagen • achter U ons kruis te dragen. • Waar Gij voor ons tradt, • is het rechte pad.
Gezang 442 : 1, 2, 4 • In de woestenij, • Heer, blijf ons nabij • met uw troost en met uw zegen • tot aan 't eind van onze wegen. • Leid ons op uw tijd • in uw heerlijkheid.
Zegen te beantwoorden met