1 / 106

College: Geluid Lezen

College: Geluid Lezen. Outline. Wat is geluid? Parameters Geluid Enkelvoudige en Samengestelde Golven Oscillogrammen lezen Klankkleur: spectrum – spectrogram Bron filter-theorie Spectrogrammen lezen. Geluid.

rigg
Download Presentation

College: Geluid Lezen

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. College: Geluid Lezen

  2. Outline • Wat is geluid? • Parameters Geluid • Enkelvoudige en Samengestelde Golven • Oscillogrammen lezen • Klankkleur: spectrum – spectrogram • Bron filter-theorie • Spectrogrammen lezen

  3. Geluid • Geluid: trillingen van voorwerpen die door een medium (meestal lucht) worden voortgeplant en m.b.v. het gehoororgaan kunnen worden waargenomen

  4. Geluid • Geluid manifesteert zich als verstoringen van de barometrische (lucht)druk • Een zuivere (of enkelvoudige) toon is periodiek, d.w.z. na T sec (een vaste tijd) is de verstoring van de barometrische druk exact hetzelfde; na T sec voert het trillende punt precies dezelfde beweging uit (periodieke trilling) • zuivere toon komt nauwelijks voor (stemapparaat)

  5. Golfvormen Lucht gaat trillen door periodieke variatie van de luchtdruk in het spraakkanaal (door het periodieke open en dicht gaan van de glottis)

  6. enkelvoudige golven

  7. Oscillogram Een oscillogram is een registratie van de luchtdeeltjestrilling als een functie van de tijd

  8. Parameters Geluid Fysische grootheden Psychofysische grootheden meetbaar sensatie amplitude (A) (dB) luidheid max.waarde die de geluidsdruk aanneemt (max.uitwijking) periode (T) (sec) duur de tijd waarin het patroon zich herhaalt frequentie (F) (Hz) toonhoogte aantal trillingen per seconde

  9. trillingstijd & amplitude amplitude grondperiode

  10. Decibel (dB) • Eenheid van geluidsterkte. De amplitude of het volume of het niveau van een signaal wordt weergegeven in dB. • 0 dB geeft de grens van het hoorbare aan. • 130 dB is de pijngrens. • Een normale spreekstem zit op 65-70 dB.

  11. Hertz (Hz) • Meeteenheid voor frequenties, gemeten in trillingen per seconde. • 1 Hertz is 1 trilling per seconde • vaker gebruikt: eenheid Kilohertz (kHz): veelvouden van 1000 Hz Hoog: > 5 k; Laag: < 100 Hz

  12. Waarneming geluid • Gebied waarbinnen mensen geluid kunnen waarnemen is grofweg tussen 20 Hz - 20 kHz • Het ‘klankspectrum’ neemt met het ouder worden af: een gemiddelde is ongeveer 40 Hz - 15 kHz

  13. Waarneming geluid • In frequentie toenemende sinusgolf • 50-500 Hz • 500 Hz - 5k • 5 - 10k • 10 - 15k • > 15k

  14. Geluid Infrasoon Geluid ultrasoon F < 20 Hz 20 Hz < F < 20 kHz F > 20 kHz

  15. Geluid Infrasoon Geluid ultrasoon F < 20 Hz 20 Hz < F < 20 kHz F > 20 kHz puls (< 1/20 sec) stationair geluid • voorbeeld puls: plofklanken: [p,t,k,b,d,]

  16. Geluid Infrasoon Geluid ultrasoon F < 20 Hz 20 Hz < F < 20 kHz F > 20 kHz puls stationair geluid enkelvoudige toon samengestelde trillingen (bevat 1 frequentie) (gelijktijdig meerdere frequenties) • voorbeeld enkelvoudige toon: sinustoon • hier: 440 Hz (A)

  17. Geluid Infrasoon Geluid ultrasoon F < 20 Hz 20 Hz < F < 20 kHz F > 20 kHz puls stationair geluid enkelvoudige toon samengestelde trillingen samengestelde toon ruis (bevat grondtoon + boventonen) (alle mogelijke frequenties komen voor) F0 + boventonen 2F0;3F0 … onregelmatig trillingspatroon • voorbeeld ruis: fricatieven: []

  18. Golfvormen • Periodieke golven: herhaling van zichzelf na een periode T • - stemhebbende klanken • vocalen, halfvocalen, nasalen, liquidae, stemhebbende obstruenten • Niet-periodieke golven: onregelmatig • fricatieven, ruis, na obstruenten

  19. Golfvormen • Vocalen • periodiek signaal (samengesteld) • locaal maximum in de amplitude van het signaal • duur tussen 50 ms (schwa) en 100 (korte vocalen) en 300 ms (lange vocalen) [a]

  20. Golfvormen • Obstruenten • stilte (stemloze obstruenten) • spraakbuis gesloten, drukopbouw • stemhebbend gemurmel ‘voice bar / pre-voicing’ met lage amplitude (stemhebbende obstruenten) • gevolgd door een explosie (release), een zeer kort stukje ruis • stemhebbend: kort (< 10 ms) • stemloos: langer (tussen 10 en 30 ms)

  21. Golfvormen Stemloze obstuenten [p]: sluiting + explosie (en stukje van [a])

  22. Golfvormen Stemhebbende obstuenten [b] [b] Periodiek signaal met lage amplitude: pre-voicing

  23. Golfvormen • Fricatieven • ruis (niet-periodieke golf) • door turbulentie in de mond-keelholte of in de glottis • stemloos: ruis • stemhebbend: ruis op een periodiek signaal

  24. Golfvormen Stemloze fricatief: ruis [f]

  25. Golfvormen Stemhebbende fricatief: ruis op een periodiek signaal [z]

  26. Golfvormen • Nasalen • periodiek signaal • gladde, sinusachtige golf • constante amplitude • kleinere amplitude dan vocalen [n]

  27. Golfvormen • Lateralen • /l/: moeilijk te onderscheiden van nasalen • (iets scherpere vormen) • /r/: verschillende verschijningsvormen: • - verglijding van de vocaal (ə), of approximant (‘Kinderen voor Kinderen’) • - één enkel contactmoment (uvulair of flap) • - periodieke trilling met lage amplitude (rollende r)

  28. Golfvormen • Lateralen • /l/: moeilijk te onderscheiden van nasalen • (iets scherpere vormen) [l]

  29. Golfvormen /r/: verglijding van vocaal /r/: approximant (Kinderen voor Kinderen)

  30. Golfvormen /r/: uvulair

  31. Golfvormen /r/: alveolair (rollende r)

  32. Klankkleur

  33. Grondtoon • De laagste frequentie in een samengestelde golfvorm

  34. Boventonen • Trillingen van frequenties die een meervoud zijn van de grondtoon

  35. golf & golfspectrum

  36. samengestelde golven

  37. Golfvormen Luchttrillingen Enkelvoudige golven Samengestelde golven

  38. Spectrum • Spectrum geluid: opbouw van de basisfrequenties (bepaalt klankkleur) • Iedere samengestelde trilling met een frequentie F is te beschouwen als een som van harmonische trillingen met frequenties F, 2F, 3F, etc. • F=grondtoon (1e harmonische) • 2F = 1e boventoon (2e harmonische) • 3F= 2e boventoon (3e harmonische)

  39. Spectrum De grondtoon F0 heeft de hoogste amplitude en is de eerste harmonische (H1); de andere componenten zijn meervouden (oktaven) van H1: - H1 = 100, H2 = 200, H3 = 300, etc. - Intensiteit van de harmonischen neemt af met 12 dB per oktaaf, door de mond gecorrigeerd naar -6 dB per oktaaf

  40. Spectrum • opbouw van de basisfrequenties (momentopname); een plaatje waarin de frequentie en de amplitude tegen elkaar worden uitgezet Ampl Freq grondtoon (F0)

  41. Klankkleur • Het spraakkanaal boven de glottis filtert het brongeluid zodanig dat bepaalde harmonischen gedempt worden, terwijl andere juist versterkt worden • Deze filterfunctie is een resultaat van de resonantiesvan het spraakkanaal

  42. Klankkast

  43. Plaats van de constrictie

  44. Bron - Filter Functie van drie systemen: het bron-filter model

  45. Spectrum: bron-filtermodel Spectrum

  46. Resonantie • Formanten • Sommige componenten van de geluidsbron hebben dezelfde resonantiefrequentiesals het filter (mond-keelholte), waardoor ze versterkt worden • Deze resonantiefrequenties veranderen wanneer de vorm van het spraakkanaal verandert, wat leidt tot verschillende geluidskwaliteiten / timbres • In vocalen (en sonorante consonanten) manifesteren deze resonanties zichzelf als brede pieken in het spectrum: formanten

More Related