90 likes | 378 Views
De vlakke spiegel. 2. Het spiegelbeeld. 1. De spiegelwet. 3. Einde. De vlakke spiegel. 2. Het spiegelbeeld. 1. De spiegelwet: i = t. 3. Einde. 2. Meet hoek van inval . . . . . . . . :. i = 29°. 1. Teken de normaal op de spiegel. 3. Teken hoek van terugkaatsing :. t = 29°.
E N D
De vlakke spiegel 2. Het spiegelbeeld. 1. De spiegelwet. 3. Einde.
De vlakke spiegel 2. Het spiegelbeeld. 1. De spiegelwet: i = t. 3. Einde.
2. Meet hoek van inval . . . . . . . . : i = 29° 1. Teken de normaal op de spiegel. 3. Teken hoek van terugkaatsing : t = 29° 4. Teken de teruggekaatste straal. i t
De vlakke spiegel 2. Het spiegelbeeld. 1. De spiegelwet. 3. Einde.
De afstand LS = SB. 1. Teken het spiegelbeeld B. 2. De straal kaatst terug alsof hij. . uit het spiegelbeeld B komt L B S
L B S De afstand LS = SB. 1. Teken het spiegelbeeld B. 2. Elke straal kaatst terug alsof hij. . uit het spiegelbeeld B komt
Elke straal kaatst terug alsof hij . . . . uit het spiegelbeeld B komt. L B
L S teken je de raaklijn R. 1. Bij een niet vlakke spiegel S . . . 2. Op de raaklijn teken je de normaal i t R
De vlakke spiegel 2. Het spiegelbeeld. 1. De spiegelwet. 3. Einde.