1 / 22

zegen & vloek

zegen & vloek. deel I. ze-gen 1. Veelal met een gebaar of teken vergezelde, plechtig uitgesproken formule waardoor men Gods gunst over iemand of iets wil laten komen; . 2.

tulia
Download Presentation

zegen & vloek

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. zegen & vloek deel I

  2. ze-gen 1. Veelal met een gebaar of teken vergezelde, plechtig uitgesproken formule waardoor men Gods gunst over iemand of iets wil laten komen; 2

  3. ze-gen 1. (...) in de prot. kerken als liturgische handeling als besluit van de eredienst, in de r.-k. kerk met het kruisteken gepaard gaand. zegenen > Lat. signum = teken 3

  4. ze-gen (...) iemand zijn zegen geven, toestemming geven om iets te doen, het beste toewensen bij de uitvoering van een plan; mijn zegen heb je, ik vind het best, ga je gang maar; 4

  5. ze-gen 2. heil, voorspoed, hulp, gezien als een gave van God: iemand veel heil en zegen wensen op nieuwjaar, gelukwensen; daar rust geen zegen op, er komt niet veel goeds uit voort; dat is een zegen voor hem, zeer gelukkige omstandigheid. 5

  6. ze-gen (...) een verhulde zegen; ramp die uitpakt als iets goeds 6

  7. de zegen; zegens 1 sleepnet = een visnet dat alles insluit 7

  8. 2 Ik zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam groot maken, en gij zult tot een zegenzijn. 3 Ik zal zegenen wie u zegenen, en wie u vervloekt zal Ik vervloeken, en metin u zullen alle geslachten des aardbodems gezegend worden. Genesis 12 > all-inclusive zegen 8

  9. zegen > Hebr. BaRaK (Baruch, Berechja) > knie 9

  10. 23Want Ik heb gezworen bij Mij zelf (…) dat voor Mij elke knie zich zal buigen… Jesaja 45 10

  11. 11 En hij liet de kamelen neerknielen buiten de stad bij een waterput… Genesis 24 11

  12. ... wie u vervloekt zal Ik vervloeken... • VLOEK • 1. Hebr. kalal = (lett.) licht maken • elders vertaald met • "te licht bevonden" Nahum 114 • "lichter maken" 1Kon.124 • "gering geacht" 1Sam.230 2 1 12

  13. 14 Vervloekt zij de dag waarop ik geboren ben; de dag waarop mijn moeder mij baarde, zij niet gezegend. Jeremia 20 vloek = niet gezegend 13

  14. 11 Er is een geslacht, dat zijn vader vervloekt en zijn moeder niet zegent... Spreuken 30 vloek = zonder zegen 14

  15. 29Wanneer nu de HERE, uw God, u gebracht zal hebben in het land, dat gij in bezit gaat nemen, dan zult gij de zegen uitspreken op de berg Gerizzim en de vloek(kalal) op de berg Ebal; Deuteronomium 11 Ebal = kaal> zonder zegen... 15

  16. 1 2 ... wie u vervloekt zal Ik vervloeken... VLOEK 2. Hebr. arar= vervloekenConcordant Version: maledicting > vermaledijde 16

  17. 17... Omdat gij naar uw vrouw hebt geluisterd en van de boom gegeten, waarvan Ik u geboden had: Gij zult daarvan niet eten, is de aardbodem om uwentwil vervloekt; al zwoegende zult gij daarvan eten zolang gij leeft, Genesis 3 17

  18. 18 en doornen en distelen zal hij u voortbrengen, en gij zult het gewas des velds eten; 19 in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aardbodem wederkeert... Genesis 3 18

  19. 4En in de zevende maand, op de zeventiende dag der maand, bleef de ark vastzitten op het gebergte van Ararat. Genesis 8 '= de vloek is omgekeerd' 19

  20. 11Toen zeide Balak tot Bileam: Wat hebt gij mij gedaan? Om mijn vijanden te vervloeken heb ik u gehaald en zie, gij hebt juist gezegend. Numeri 23 20

  21. 9Met de vloek zijt gij vervloekt, en Mij berooft gij, gij volk in zijn geheel. Maleachi 3 > b' maraatem = meerv. b' maraata= enkelv. 21

  22. 22 Indien iemand de Here niet liefheeft, hij zij vervloekt. Maranata! 23 De genade van de Here Jezus zij met u. 1Korinthe 16 liefde voor de Here Jezus is de reactie op Zijn genade 22

More Related