Plato: Waar vind je wijsheid? Aristoteles: Hoe word je een wijze?

1. Plato: Waar vind je wijsheid? Aristoteles: Hoe word je een wijze? Herhaling Plato Oefening: poëtisch argument Wijs zijn = wijs gedrag Oefening: word een wijze

2. Wijsheid: Het vermogen om verstandig te handelen

3. Verstandig: Doordacht, het vermogen om te denken en te begrijpen goed gebruiken. Maar wat is goed?

4. Voor wijsheid is herkenning van het Goede nodig. De herinnering aan de Hemelse liefde…

5. Socrates: een wijze weet dat hij niets weet Ontdaan van valse kennis Verwarring = het begin van wijsheid.

6. Verwarring Verbazing Verwondering

7. Plato & Het poëtisch argument Woorden om Waarheid te vinden. Woorden Als pijlen Die raken

8. Juntus van Oel: poëtisch argument. Stelling: Zorginstellingen zijn belangrijk ‘Heeft wat weerloos is nog waarde? Het zijn de ademloze jaren in een land dat, met de beurskoers als kompas, geluk ziet groeien aan de bomen. Een leger plukkers met de blik gericht naar voren, dat oprukt naar de horizon. Geen tijd voor achterblijvers. Haast. Vandaag lijkt niet meer te bestaan. De zon is nauwelijks opgegaan of we dromen al van mórgen. Ieder onbenut moment verlies, rust een vorm van oponthoud. De veroveraars gaan voort, en wie te zwak is voor de mars, de levenden die achterbleven, ze zijn in gisteren gestrand. Gevangen in door anderen verlaten tijd.’

9. Jouw poëtisch argument • Stap 1 • Vertel aanje buur: • Wat weet jij van…wijsheid? (Ervaring/ analyse) • Wat is de essentie? • Wat raakt je het meest? • Stap 2: • Geef terug: wat raakt aan het verhaal van de ander? • Waren er mooie beelden/ metaforen/ vergelijkingen? • Stap 3: Schrijf in enkele zinnen op wat raakt en zoek daar pakkende beelden/metaforen bij.

10. Bijvoorbeeld: Stap 1: Ik heb mensen als wijs ervaren die begripvol waren, en toch goede vragen stelden. Er ontstond dan echt contact. Alsof ik niet meer alleen hoefde te denken, maar er iemand met mij meestreed. Ik besefte dan bijvoorbeeld dat ik iets heel doms had beweerd en voelde me ondanks dat toch gesteund en waardig. Stap 2: Raakt: echt contact, niet meer alleen, gesteund en waardig ondanks fouten. Matafoor: meestrijder Stap 3: Een wijze is een goed verborgen leger die met en voor je strijd en je warm omringd. Je mag niet falen van dit leger, hij is streng. Maar als je faalt dan is de straf een warme deken, zachte hand en rust als in de kindertijd.

11. Poëzie volgens Kopland Als de eerste kussen van een meisje, ze waren natuurlijk aanrakingen, maar ze drongen door tot in de verre uithoeken van lichaam en ziel. Er was een verlangen dat ik leerde kennen door de vervulling. (…) alsof een gordijn werd opengeschoven, waarvan ik niet wist dat het open kon, en er een uitzicht verscheen op de wereld die ik herkende zonder hem ooit gezien te hebben. Alsof ik ineens ervoer hoe de wereld ís….

12. Aristoteles (384-322 voor Christus) http://www.youtube.com/watch?v=hRx7fdbxNPI

13. Word wie je kunt zijn

14. Leer het goede einddoel kennen: daarop moet je je handeling richten

15. Wanneer ben je geluk(t)? Menselijke essentie = verstand Deugd = juiste midden kiezen

16. De mens is in essentie rationeel. De mens is dus pas volmaakt als zij een beschouwend leven lijdt.

17. Je kunt de wijsheid niet in pacht hebben het is een houding…

18. De juiste houding is per situatie anders En per levensrol

19. 1 Bepaal de juiste deugden. 2 Leer ze door onderwijs, imitatie, praktijkoefening 3 Laat het een gewoonte worden Pas na minstens 21 dagen gaat het vanzelf

20. Een deugd een goede fatsoenlijke eigenschap Is niet teveel en niet te weinig: het juiste midden.

21. Algemene waardevolle deugden Loyaliteit Moed Compassie Redelijkheid Zelfcontrole Bedachtzaamheid Beleefdheid Dienstbaarheid

22. Oefening in wijs zijn • Neem een lastige situatie • Bepaal een deugd die jij wilt bezitten • Wat is het teveel van deze kwaliteit? • Wat is het te weinig van deze kwaliteit? • Formuleer een algemene leidraad bij deze deugd. • Maak van de leidraad een gewoonte…

23. Bijvoorbeeld: 1 Situatie: Een vriendin zegt iets gemeens. 2 Deugd: zelfcontrole 3 Teveel: als ik boos wordt doe ik of er niets aan de hand is. Dat is teveel omdat ik daardoor niet goed voor mezelf kan zorgen. 4 Te weinig: als ik boos wordt sla ik erop los. Dat is te weinig zelfcontrole omdat ik dan anderen schaadt. 5 Leidraad: ik mag mijzelf en mijn boosheid best laten zien, maar niet zo handelen dat ik anderen schaadt.

24. Volgende keer Nietzsche Voorwaarden voor wijsheid God is dood! Nietzsche 1844-1900