360 likes | 651 Views
Immuniteit. 5H. Introductie. Hoofdverdeling: Aangeboren (niet-specifiek) en verworven (specifiek) Verdeling aangeboren immuniteit: Eerstelijns en tweedelijns afweer Verdeling verworven immuniteit: In het bloed en cellulair (ook wel derdelijns afweer)
E N D
Immuniteit 5H
Introductie • Hoofdverdeling: • Aangeboren (niet-specifiek) en verworven (specifiek) • Verdeling aangeboren immuniteit: • Eerstelijns en tweedelijns afweer • Verdeling verworven immuniteit: • In het bloed en cellulair (ook wel derdelijns afweer) • Noot: Alle witte bloedcellen samen worden leukocyten genoemd. Witte bloedcellen die tot het specifieke deel van het immuunsysteem worden gerekend worden lymfocyten genoemd.
Bloed • Leukocyten (witte bloedcellen) • Lymfocyten (zoals B-cellen, plasmacellen en T-cellen) • Monocyten (macrofagen) • Granulocyten (neutrofielen, eosinofielen en de basofielen) • Plasma kan buiten bloedvaten en haarvaten: Lymfe • Lymfocyten kunnen ook buiten bloedvaten en haarvaten: tussen weefselcellen
Eerste verdediging • Niet-specifieke afweer waarmee ziekteverwekkers in aanraking komen bij het betreden van het lichaam • Slijmvliezen • Indringers blijven hangen • Trilhaarcellen voeren dit af naar de maag/darm • Vagina • Melkzuur • Maag • Zuur + eiwitverterend enzym • Traanvocht, speeksel en vocht uit neus • Enzym dat in staat is bacteriën op te lossen
Eerste verdediging • Huid: • Dode cellaag (moeilijk om vast te klampen) • Zweet en talg: zuur
Tweede verdedigingslinie • Niet-specifieke afweer waarmee ziekteverwekkers in aanraking komen wanneer ze de eerstelijns verdediging gepasseerd zijn
Fagocyten • Macrofagen • Neutrofielen • Via fagocytose ziekteverwekkers uitschakelen
Infectie • Bij het doorbreken van de buitenste grenzen van je aangeboren immuunsysteem komt de tweede lijn in actie. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij het openhalen van je huid. • De tweede lijn van het aangeboren afweer komt nu in actie en later ook het specifieke afweersysteem, dit noemen we de ontstekingsreactie.
Ontstekingsreactie • Reactie die ervoor zorgt dat het immuunsysteem effectief kan reageren op de infectie. • Kan zowel plaatselijk als lichaamsbreed zijn. • Kenmerken: roodheid, opzwelling, warmte, pijn
Ontstekingsreactie • Kapotte cellen scheiden signaalstoffen en histaminen af • Signaalstoffen lokken macrofagen naar de ontsteking toe • Histaminen zorgen ervoor dat de bloedvaatjes rond de ontsteking verwijden. Hierdoor ontstaat er ophoping van vocht in het weefsel (zwelling), waardoor de plek warm en rood wordt. Ook de permeabiliteit van de wand van de bloedvaten vergoot: witte bloedcellen kunnen zich gemakkelijk verplaatsen
Ontstekingsreactie • Indien deze fagocyten niet genoeg zijn om de infectie te beëindigen komt het specifieke deel van het afweersysteem ook in actie. Dit duurt dagen
Koorts • Opgewekt door giftige stoffen die ziekteverwekkers uitscheiden • Leukocyten scheiden signaalstoffen uit: thermostaat wordt hoger ingesteld • Remming groei micro-organismen • Stimuleert fagocytose • Stimuleert reparatie weefsels
Septische shock • Lichaamsbrede ontsteking • Kenmerken: • Extreem hoge en lange koorts • Lage bloeddruk
Een aantal termen • Antistof: eiwit dat aan bacterie bindt en zorgt voor de afweer van het lichaam • Antigen: eiwit receptor (zit op alle cellen: zowel lichaamsvreemd als lichaamseigen) • Antilichaam: ziekteverwekker
Specifieke afweer • Witte bloedcellen (Lymfocyten!) die hiertoe behoren zijn: • T-lymfocyten (T-helpercellen en T-cytotoxische cellen) T-geheugencellen • B-Lymfocyten (B-geheugen en B-plasmacellen)
Specifieke afweer • Reageert specifiek op afzonderlijke ziekteverwekkers en heeft geheugen • Twee hoofdlijnen: • In het bloed en cellulair • De een werkt tegen ziekteverwekkers in het bloed, de ander tegen ziekteverwekkers in cellen
Typen bloedcellen • De plaats van ontwikkeling van de bloedcellen bepaalt het type: • T-cellen (ontwikkelen zich in de thymus) • T-helpercellen • Zijn in staat te binden aan witte bloedcellen die geïnfecteerd zijn met ziekteverwekker. Activeert hiermee de B-cellen • Zijn in staat te binden aan lichaamscellen die geïnfecteerd zijn met ziekteverwekker. Activeert hiermee de Cytotoxische T-cellen
Type bloedcellen • T-geheugencellen • Zijn in staat bij een volgende besmetting met dezelfde soort ziekteverwekker het immuunsysteem sneller op gang te brengen • Cytotoxische T-cellen • Zijn cellen die geactiveerd worden door de T-helpercellen, binden zich vervolgens aan de geïnfecteerde lichaamscel en schakelen deze cel uit
Type bloedcellen • B-cellen (ontwikkelen zich in het beenmerg) • B-plasmacel: Kunnen binden aan ziekteverwekker in het bloed. Worden vervolgens geactiveerd en maken anti-stoffen. • B-geheugencel: Herkennen bij een volgende besmetting de ziekteverwekker waardoor het immuunsysteem sneller kan reageren
Humoraal • Betrekking op T-helpercellen en B-cellen • http://www.bioplek.org/animaties/afweer/macrofagen.html • http://www.bioplek.org/animaties/afweer/Blymfocyten.html
Cellulair • Betrekking op T-helpercellen en Cytotoxische T-cellen • http://www.bioplek.org/animaties/afweer/Tlymfocyten.html
Lichaamsvreemd/-eigen • Op elke lichaamscel zitten bepaalde eiwitten in het membraan • Is specifiek voor elk individu • Witte bloedcellen herkennen deze eiwitten als lichaamsvreemd en komen in actie
Antistoffen • Antistof • 2 antigeen bindingsites • Binding is specifiek! • Zie binas!!
Functie antistoffen • Blokkeren van functie ziekteverwekker • Signaal voor fagocystose • Klontering
Immuunreacties • Actief vs passief • ABO-bloedgroepen • Rhesusfactor • Afstoting van organen • Allergie
Allergie • Overgevoelige reactie op allergenen (stoffen van buitenaf) • Na eerste ontvangst van allergeen worden IgE aangemaakt. Na tweede ontvangst: plasmacellen geprikkeld door allergeen: histamines vrij • Antihistamine • Vb: bijensteek, pollen, penicilline, pinda, enz.
Auto-immuun • Lupus: lichaam produceert antistoffen tegen heel veel typen lichaamseigen moleculen. Vb DNA, histonen. • Jeuk, koorts, artritis, nier disfunctioneren • Reuma: Ontstekingsreacties op kraakbeen rondom de gewrichten
Auto immuun • MS: T-cellen reageren op de cellen van de myelineschede. • Diabetes type 1: aanval op eilandjes van Langerhans
Milt • Vormt plasmacellen uit B-lymfocyten • Breekt rode bloedcellen af en slaat vrijkomende ijzer op • Bevat een reservoir aan bloed • Verwijdert afvalstoffen uit het bloed • Kan operatief verwijderd worden • Wel is zonder milt de afweer tegen gekapselde bacteriën zoals de meningokok slechter. Hiertegen wordt dan gevaccineerd