290 likes | 495 Views
Het Milieuhandhavingsrapport 2009 van de Vlaamse Hoge Raad voor de Milieuhandhaving Prof. dr. Michael G. Faure LL. M. Voorzitter VHRM. Inhoud. Inleiding Opdracht Het milieuhandhavingsrapport: decretale inhoud Het eerste milieuhandhavingsrapport van de VHRM
E N D
Het Milieuhandhavingsrapport 2009 van de Vlaamse Hoge Raad voor de Milieuhandhaving Prof. dr. Michael G. Faure LL. M. Voorzitter VHRM
Inhoud Inleiding Opdracht Het milieuhandhavingsrapport: decretale inhoud Het eerste milieuhandhavingsrapport van de VHRM MHR2009: inhoud Conclusies en aanbevelingen
Inleiding Opgericht n.a.v. het DABM, art. 16.2.2 ter coördinatie milieuhandhaving Installatievergadering op 16 april 2009, inwerkingtreding op 1 mei 2009 Doel: totstandkoming gecoördineerd en doelmatig milieuhandhavingsbeleid via systematisch overleg met de hiervoor bevoegde overheden (art. 16.2.3. DABM)
2. Opdracht (art. 16.2.2 - art.16.2.6 DABM) • Algemeen: Ondersteuning Vlaams Parlement enVlaamse Regering • Organisatie systematisch overleg met het oog op een doelmatige handhaving van de milieuwetgeving • Protocollen • Milieuhandhavingsprogramma • Milieuhandhavingsrapport • Krachtlijnen en de prioriteiten van het beleid inzake de handhaving van het milieurecht voorstellen • Adviesbevoegdheid inzake benoeming leden Milieuhandhavingscollege
Het milieuhandhavingsrapport: decretale inhoud Artikel 16.2.5 van het DABM bepaalt de inhoud van het milieuhandhavingsrapport van de VHRM: • Een algemene evaluatie van het in het afgelopen kalenderjaar gevoerde gewestelijke milieuhandhavingsbeleid; • Een specifieke evaluatie van de inzet van de afzonderlijke handhavingsinstrumenten; • Een overzicht van de gevallen waarin, binnen de gestelde termijn, geen uitspraak werd gedaan over de beroepen tegen besluiten houdende bestuurlijke maatregelen;
Een evaluatie van de beslissingspraktijk van de parketten inzake het al dan niet strafrechtelijk behandelen van een vastgesteld misdrijf; • Een overzicht en vergelijking van het door de gemeenten en provincies gevoerde milieuhandhavingsbeleid • Een inventaris van de inzichten die tijdens de handhaving werden opgedaan en die kunnen worden aangewend ter verbetering van de milieuregelgeving, beleidsvisies en beleidsuitvoering; • Aanbevelingen voor de verdere ontwikkeling van het milieuhandhavingsbeleid • Cruciaal element ter ondersteuning en eventuele bijsturing van het te voeren milieuhandhavingsbeleid
Het eerste milieuhandhavings- rapport van de VHRM • Het Milieuhandhavingsrapport 2009 (MHR2009) is het eerste rapport van de VHRM en behandelt de periode van 1 mei 2009 tot en met 31 december 2009 • Eerste rapport: reikwijdte eerder begrensd • Toch enkele belangrijke verdiensten van het MHR2009: • Eerste keer dat zoveel cijfergegevens inzake milieuhandhaving in Vlaanderen worden gebundeld • Het MHR2009 geeft een eerste beeld van de implementatie van het vernieuwende Milieuhandhavingsdecreet door toezichthouders én andere handhavingsactoren
5.MHR2009: inhoud • Het MHR2009 bevat onder meer: • een gedetailleerde evaluatie van het Vlaamse milieuhandhavingsbeleid; • een evaluatie van de inzet van de milieuhandhavings-instrumenten; • een evaluatie van het Vlaamse sanctioneringsbeleid in 2009.
6. Conclusies en aanbevelingen • Uniforme terminologie en kennis/toepassen van de procedures zoals opgenomen in het Milieuhandhavings-decreet • Uit de verkregen input voor het MHR2009 blijkt terminologische verwarring bv. over het begrip controle, verslag van vaststelling, … • Het is zeer belangrijk dat de toezichthouders – en alle handhavingsactoren – kennis hebben van de definities en procedures zoals deze zijn opgenomen in het Milieuhandhavingsdecreet en het Milieuhandhavingsbesluit. • De VHRM kan het forum zijn waar informatie en ervaringen ter zake kunnen worden uitgewisseld. • Illustratie aan de hand van de grafieken 29 en 51 van het MHR2009
Grafiek 29: Aandeel van het gebruik van het instrument ‘verslag van vaststelling’ door gemeentelijke toezichthouders
Grafiek 51: Verslagen van vaststelling ontvangen door de afdeling Milieuhandhaving, Milieuschade en Crisisbeheer van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie, per handhavingsactor
De functie van toezichthouder • Voeren personen – die formeel als toezichthouder zijn aangesteld – ook daadwerkelijk (voltijds of deeltijds) toezichtsbevoegdheden uit? In voorkomend geval, waarom niet? • Is de functie van toezichthouder verenigbaar met andere functies? • Illustratie aan de hand van de grafiek 2 en tabel 1 van het MHR2009
Grafiek 2: Inspanningen m.b.t. milieuhandhavingstaken in VTE
Kennis van niet-vergunde inrichtingen in functie van controle van de vergunnings- en meldingsplicht van de aanwezige inrichtingen en activiteiten op het grondgebied • Uit input blijkt enerzijds onvoldoende kennis van het aantal hinderlijke inrichtingen op het grondgebied van de gemeente en anderzijds kennis van een aantal niet-vergunde hinderlijke inrichtingen. • Kennis van het aantal hinderlijke inrichtingen op het grondgebied is nodig voor het opstellen van een doelmatig inspectieplan en het efficiënt organiseren of evalueren van de inspanningen betreffende milieuhandhaving. • Kennis van een aantal niet-vergunde hinderlijke inrichtingen op het grondgebied zou aanleiding moeten zijn om prioriteit te geven aan toezicht bij deze niet-vergunde hinderlijke inrichtingen • Illustratie aan de hand van de tabel 8 van het MHR2009
Aanstellen en opleiding/training van de toezichthouders • Een grote meerderheid van de responderende gemeenten (87,56%) heeft een gemeentelijk toezichthouder aangesteld. • Voor deze gemeenten is het belangrijk om te voorzien in training en opleiding van deze lokale toezichthouders. • Vooral de kleinere gemeenten hebben in de periode tussen 1 januari 2010 en 1 mei 2010 inspanningen moeten doen om aan de bepalingen van artikel 16 van het Milieuhandhavings-besluit te voldoen. • Op dat vlak lijkt het ook aangewezen de mogelijkheden van de aanstelling van toezichthouders via intergemeentelijke verenigingen verder te exploreren. • Illustratie aan de hand van de tabel 9 van het MHR2009
Tabel 9: Inspanningen m.b.t. milieuhandhavings-taken door gemeentelijke toezichthouders (volgens inwonersaantal)
Ondersteuning van alle handhavingsactoren bij het uitvoeren van handhavingsactiviteiten binnen de toebedeelde opdrachten • Alle handhavingsactoren dienen ondersteund te worden bij het uitvoeren van handhavingsactiviteiten binnen de toebedeelde opdrachten betreffende vorming, personeel en financiële middelen. • Artikel 16.3.4 van het DABM als basis: • “ Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Vlaamse Regering de aanstelling van de toezichthouders, vermeld in artikel 16.3.1, § 1, 2°, 3°, 4° en 5°, subsidiëren, alsook ondersteuning geven voor de opleiding en permanente vorming van die toezichthouders. De Vlaamse Regering kan hiertoe de nadere regels bepalen” • In 2009 reeds aanzet ter uitwerking van een addendum bij de Samenwerkingsovereenkomst 2008-2013 ter ondersteuning van gemeentelijke toezichthouders.
Verder kenbaar maken van het verslag van vaststelling en onderzoek naar de relevantie van de bepalingen opgenomen als milieu-inbreuk • De relevantie van de bepalingen opgenomen als milieu-inbreuken in de bijlagen bij het Milieuhandhavingsbesluit dienen onderzocht te worden. • De criteria op basis waarvan een overtreding als een milieu-inbreuk wordt beschouwd zouden kunnen worden herzien, zodat meer delicten binnen de milieuwetgeving met een beperkte milieu-impact exclusief bestuurlijk kunnen worden afgehandeld. • Illustratie aan de hand van de grafiek 52 van het MHR2009
Grafiek 52: Verslagen van vaststelling ontvangen door de afdeling Milieuhandhaving, Milieuschade en Crisisbeheer van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie, per onderwerp
Betere afstemming tussen de bestuurlijke en strafrechtelijke sanctionering en tussen de regionale parketten • Meerdere parketten hebben reeds gebruik gemaakt van de mogelijkheid om milieumisdrijven door te sturen naar de gewestelijke entiteit (= AMMC) met het oog op bestuurlijke sanctionering volgens het Milieuhandhavingsdecreet. • Er bestaan regionale verschillen inzake al dan niet straf-rechtelijke behandeling en doorsturen van milieumisdrijven naar AMMC. • Verbetering is mogelijk, aangezien het aantal PV’s dat door parketten werd doorgestuurd aan AMMC gemiddeld slechts 10% bedroeg. (zie tabel 20 )
Illustratie aan de hand van de tabel 20 en grafiek 49 van het MHR2009 Tabel 20: Procentueel aandeel van de dossiers ontvangen door de parketten van het Vlaamse Gewest na 1 mei 2009, bezorgd aan de afdeling Milieuhandhaving, Milieuschade en Crisisbeheer van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie Grafiek 49: Processen-verbaal ontvangen door AMMC van de parketten van het Vlaamse Gewest sinds 1 mei 2009 tot en met 31 december 2009
Ter verbetering van de werking van en wisselwerking tussen de strafrechtelijke en bestuurlijke sanctionering kan: • in het kader van de regionale verschillen alle parketten (nogmaals) bewust worden gemaakt van de mogelijkheden van bestuurlijke sanctionering door AMMC. • worden onderzocht hoe milieumisdrijven die geseponeerd worden om opportuniteitsredenen optimaal aan AMMC kunnen worden overgemaakt met het oog op bestuurlijke beboeting. • aan de betrokken actoren worden gevraagd om de prioriteitennota ‘Vervolgingsbeleid milieurecht in het Vlaamse Gewest’ van 30 mei 2000 te actualiseren. • Illustratie aan de hand van de tabel 18 van het MHR2009
Tabel 18: Per parket, zaken ‘Milieuhandhaving’ geregistreerd door de correctionele parketten in het Vlaamse Gewest in 2009 en aandeel opportuniteitssepots, technische sepots en sepots om andere reden (vooruitgangsstaat op 10 januari 2010)
Contactgegevens Vlaamse Hoge Raad voor de Milieuhandhaving Koning Albert II-laan 20 bus 15 1000 Brussel Tel: 02/553.85.82 Fax: 02/553.75.80 http://www.vhrm.be info@vhrm.vlaanderen.be