1 / 28

Ulcuslijden en Cardiovasculaire complicaties bij NSAID’s

Ulcuslijden en Cardiovasculaire complicaties bij NSAID’s. Prof.dr. M.A.F.J. van de Laar. Introductie. Pijnstillers (mn COXIBs), ulcuslijden en vasculaire complicaties (acuut MI, CVA) Mechanisme ? Risico ? Klasse effect ?. Vane JR: Nat New Biol 1971:231;232-5. COX-1 en COX-2.

manchu
Download Presentation

Ulcuslijden en Cardiovasculaire complicaties bij NSAID’s

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Ulcuslijden en Cardiovasculaire complicaties bij NSAID’s Prof.dr. M.A.F.J. van de Laar

  2. Introductie • Pijnstillers (mn COXIBs), ulcuslijden en vasculaire complicaties (acuut MI, CVA) • Mechanisme ? • Risico ? • Klasse effect ?

  3. Vane JR: Nat New Biol 1971:231;232-5

  4. COX-1 en COX-2 Tanaka Y. Prostaglandin isomerases. J Biol Chem 1987;262:1374

  5. Structuur COX Hawkey CJ. Cox-2 inhibitors. Lancet 1999;353:307-14

  6. Verschil COX-1 en COX-2 Hawkey CJ. Cox-2 inhibitors. Lancet 1999;353:307-14

  7. COX inhibitie door NSAID’s Hawkey CJ. Cox-2 inhibitors. Lancet 1999;353:307-14

  8. COX-2 inhibitie door coxib’s Hawkey CJ. Cox-2 inhibitors. Lancet 1999;353:307-14

  9. COX inhibitie door acetylsalicylzuur Catella-Lawson F. Coxibs antiplatelet aspirin. NEJM 2001;345:1809-17

  10. Verschil thrombocyten – kernhoudende cellen • Thrombocyt alleen COX-1 • Thrombocyt kernloos, geen nieuwe expressie COX-1 • Irreversibel gebonden COX-1 = permanente inhibitie • Ontstekingcellen cellen wel kernhoudend, COX-2 • Geactiveerde ontstekingcellen continue (over)expressie

  11. Thrombocyt - endotheel interactie • Geactiveerde thrombocyten COX-1 afhankelijk TXA2 • Thrombocyt agonist; plaatjes aggregatie, vasoconstrictie • Endotheel en gladspiercellen COX-2 afhankelijk PGI2 • Thrombocyt inhibitor; fibrinolyse, vasodilatatie Pro-thrombotisch TXA2 Anti-thrombotisch PGI2 FitzGerald GA. Cardiovascular NSAIDs. Am J Cardiol 2002;89:26D

  12. Thrombocyt - endotheel interactie PGI2 COX-2 TXA2 COX-1 _ + FitzGerald GA. Prostacyclin atheriosclerosis. NEJM 1984;310:1065-8

  13. Acetylsalicylzuur TXA2 COX-1 PGI2 COX-2 _ _

  14. Niet-selectief NSAID TXA2 COX-1 PGI2 COX-2 _ +

  15. Selectieve COX-2 inhibitor PGI2 COX-2 TXA2 COX-1 ++

  16. Atherosclerose • NSAID remming atherosclerose • Coxib progressie atherosclerose • Combinatie Coxib en TXA2-RA plaque instabiliteit Pratico D. Acceleration of Atherogenesis. Proc Natl Acad Sci USA 2001;98:3358

  17. Rofecoxib • VIGOR • rofecoxib 50mg - naproxen 1000mg • 8076 patiënten, RA • Exclusie acetylsalicylzuur • 6 maanden • Event Rate 1.67 vs 0.70/ 100 py • RR 2.38 (95% CI 1.39-4.00) Bombardier C, et al. VIGOR study group. NEJM 2000;343:1520

  18. Rofecoxib • APPROVe • rofecoxib 25mg - Placebo • 2586 patiënten, poliep • 17% acetylsalicylzuur • 18 maanden • ER 1.50 vs 0.78 • RR 1.92 (95% CI 1.39 - 3.11) Bresalier RS. Cardiovasc. rofecoxib adenoma trial. NEJM 2005;352:1092-1102

  19. Celecoxib • CLASS • celecoxib 800mg - ibuprofen 2400mg - diclofenac 150mg • 5972 patiënten, RA en OA • 22% acetylsalicylzuur • ER 1.5 celecoxib - 1.8 ibuprofen - 1.4 diclofenac • Geen statistische verschillen celecoxib - gecombineerde NSAID’s Silverstein FE. the CLASS study. JAMA 2000;284:1247-55

  20. Celecoxib • APC • celecoxib 400mg - celecoxib 800mg - placebo • 2035 patiënten, eerder poliep • 30% acetylsalicylzuur • 33 maanden • 400mg ER 0.78 vs 0.34 • RR 2.3 (95%CI 0.9 - 5.5) • 800mg ER 1.14 vs 0.34 • RR 3.4 (95%CI 1.4 - 2.8) Solomon SD. Cardiovasc. risk celebrex adenoma. NEJM 2005;352:1071-80

  21. Valdecoxib • CABG I en CABG II • parecoxib iv + valdecoxib oraal - placebo; 10 dagen • 462 + 1671 patiënten post-CABG • 100% acetylsalicylzuur • RR 2.91 • RR 3.7 (95%CI 1.0 - 13.5) Furberg CD. Parecoxib, valdecoxib, and cardiovasc. risk. Circulation 2005;111:249

  22. Meloxicam • Samengevoegde data • 24196 patiënten uit 28 trials • Investigator reports • meeste meloxicam 7.5mg • diclofenac, piroxicam, naproxen Singh G. GI and cardiovas.complications meloxicam. Am J Med 2004;117:100-6

  23. Interpretatie • Ontwerp RCT definities, sample size, looptijd • Patiënten populatie • Study drug - comparator • Co-medicatie • variabelen veranderen tijdens expositie duur Antman. Coxib's Cardiovascular Risk. Circulation 2005;112:759-770

  24. Observationele studies • RCT gouden standaard effectiviteit • Observationele studies detecteren zeldzame bijwerkingen in specifieke subgroepen risico patiënten • Betere benadering klinische praktijk • Gevoelig voor bias

  25. Observationele studies Solomon DH. COX-2 inhibitors cardiovascular events. Arth Rheum 2005;52:1968-78

  26. Meloxicam • Nested case-controle studie 113927 ouderen Canada • acuut MI Rofecoxib 1.24 (95%CI 1.05 - 1.46) Celecoxib 0.99 (95%CI 0.85 - 1.16) Meloxicam 1.06 (95%CI 0.49 - 2.30) Levesque LE. Risk myocardial infarction COX-2 inhibitors. Ann Intern Med 2005;142

  27. Conclusies • Coxib’s verhoogd risico cardiovasculaire complicaties • Dosis response effect • Korte en lange termijn effecten • Acetylsalicylzuur geen bescherming • Risico coxib’s niet even groot • COX-2 specificiteit ? • Halfwaarde tijd ?

  28. Conclusies • COX concept verleidelijk (veel te) eenvoudig • Coxib’s ontwikkeld als niche medicijn • Op de markt gezet als blockbusters • Plaats coxib’s relatief beperkt

More Related