230 likes | 883 Views
Persoonsvorm tegenwoordige tijd. Wat is de persoonsvorm?. Werkwoord dat qua vorm overeenkomt met het onderwerp (= vaak een persoon) Vervoeging is afhankelijk van het onderwerp Onderwerp enkelvoud = persoonsvorm enkelvoud Onderwerp meervoud = persoonsvorm meervoud.
E N D
Wat is de persoonsvorm? • Werkwoord dat qua vorm overeenkomt met het onderwerp (= vaak een persoon) • Vervoeging is afhankelijk van het onderwerp • Onderwerp enkelvoud = persoonsvorm enkelvoud • Onderwerp meervoud = persoonsvorm meervoud
Hoe vind je de persoonsvorm? • 1 ww in zin? --> persoonsvorm, anders: • Maak de zin vragend --> eerste werkwoord dat je tegenkomt, is de persoonsvorm • Zet de zin in een andere tijd, t.t. wordt v.t. en v.t. wordt t.t. --> werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm • Verander het onderwerp, onderwerp ev wordt mv, onderwerp mv wordt ev --> werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm
Ik ga zwemmen met mijn zus. • Ga ik zwemmen met mijn zus? • Vragend gemaakt, pv staat vooraan in de zin • Ik ging zwemmen met mijn zus. • Zin in verleden tijd gezet, pv verandert • Wij gaan zwemmen met mijn zus. • Onderwerp in meervoud gezet, pv verandert
Vervoegen van de persoonsvorm Ik stam Je/jij/U stam +t Hij/zij/ze stam+t Het stam+t Wij hele werkwoord Jullie hele werkwoord Ze/zij hele werkwoord
Vul het werkwoord ‘vinden’ in: • V………. je dat goed? • V……….. je vader dat goed? • Trucje: gebruik ‘lopen’ of ‘smurfen’ • Loop je dat goed? • Loopt je vader dat goed? --> Onderwerp= je/jij en na pv? Dan zet je alleen de stam neer
Oefenen met pv in tegenwoordige tijd • De datum (worden) gewijzigd in 12 februari. • Het gezin (verhuizen) volgende week. • Dit (verzenden) men gewoonlijk in dozen. • De hond (luisteren) goednaar zijn baas. • Ik (blijven) vandaag maar thuis. • Misschien (vinden) je het prettiger zo?
Zinnen met meer persoonsvormen • Samengestelde zin • Probeer alle werkwoorden te veranderen van tijd --> werkwoorden waarbij dat kan = persoonsvorm Nabilakan nauwelijks geloven, dat Jan naar Jordanië gaatemigreren. --> ‘kan’ en ‘gaat’ = persoonsvormen --> ‘geloven’ en ‘emigreren’ = geen persoonsvormen Zin vragend maken is daarbij niet handig
Oefenen • Ik verwacht niet dat ik ooit in Australië zal gaan wonen. • Omdat mijn tante lid is van de ECI, kreeg ze drie cd’s cadeau. • Eileen heeft haar poppen aan haar zusje gegeven, want die speelde er dagelijks mee. • Het verbaast me dat je me niet vertrouwt.