1 / 61

TIJDVAKKEN CONCREET

TIJDVAKKEN CONCREET In dit programma worden de kenmerken van de tijdvakken met voorbeelden concreet gemaakt. Deze voorbeelden zijn bedacht door: [zet hier je naam / namen]. Naar een ontwerp van Instituut voor Geschiedenisdidactiek IVGD Amsterdam 2005. KLIK OP EEN TIJDVAK

pepper
Download Presentation

TIJDVAKKEN CONCREET

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. TIJDVAKKEN CONCREET In dit programma worden de kenmerken van de tijdvakken met voorbeelden concreet gemaakt. Deze voorbeelden zijn bedacht door: [zet hier je naam / namen] Naar een ontwerp van Instituut voor Geschiedenisdidactiek IVGD Amsterdam 2005

  2. KLIK OP EEN TIJDVAK of op de knop rechts om te stoppen

  3. TIJDVAK 1 Tijd van jagers en boeren Andere namen voor deze tijd: Prehistorie 1 Jagers-verzamelaars 2 Ontstaan van landbouw 3 Ontstaan van steden Het pictogram: Op de achtergrond een grotschildering van een jagersvolk. Op de voorgrond een pot van aardewerk. Die is van een boerenvolk. Aardewerk is door boeren uitgevonden. Dit tijdvak hoort bij de PREHISTORIE

  4. 1 JAGERS-VERZAMELAARS De levenswijze van jagers-verzamelaars.

  5. 2 HET ONTSTAAN VAN LANDBOUW Het ontstaan van landbouw en landbouw-samenlevingen.

  6. 3 HET ONTSTAAN VAN STEDEN Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.

  7. TIJDVAK 2 Tijd van Grieken en Romeinen Andere namen voor deze tijd: Oudheid 4 De Griekse stadstaat 5 De klassieke stijl 6 Het Romeinse wereldrijk 7 Romeinen en Germanen 8 Jodendom en christendom Het pictogram: Op de achtergrond een Romeinse inscriptie in Latijnse letters. Op de voorgrond een Griekse tempel Dit tijdvak hoort bij de OUDHEID

  8. 4 DE GRIEKSE STADSTAAT De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat.

  9. 5 DE KLASSIEKE STIJL De klassiekevormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur.

  10. 6 HET ROMEINSE WERELDRIJK De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinsecultuur zich in Europa verspreidde.

  11. 7 ROMEINEN EN GERMANEN De confrontatie tussen de Grieks-Romeinsecultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa.

  12. 8 JODENDOM EN CHRISTENDOM De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten.

  13. TIJDVAK 3 Tijd van monniken en ridders Andere namen voor deze tijd: Vroege Middeleeuwen 9 De kerstening van Europa 10 De islam 11 Hofstelsel en horigheid 12 Feodaliteit Het pictogram: Op de achtergrond een zuil uit een romaanse kloostergang. Op de voorgrond een vroeg-middeleeuwse ridderhelm. Dit tijdvak hoort bij de MIDDELEEUWEN

  14. 9 DE KERSTENING VAN EUROPA De verspreiding van het christendom in geheel Europa.

  15. 10 DE ISLAM Het ontstaan en de verspreiding van de islam.

  16. 11 HOFSTELSEL EN HORIGHEID De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienendeagrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid.

  17. 12 FEODALITEIT Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur.

  18. TIJDVAK 4 Tijd van steden en staten Andere namen voor deze tijd: Hoge en Late Middeleeuwen 13 Opkomst van handel en ambacht 14 Steden met stadsrecht 15 Strijd tussen kerk en staat 16 De kruistochten 17 Het begin van staten Het pictogram: Op de achtergrond het interieur van een stedelijke kathedraal. Op de voorgrond een stadspoort, symbool van onafhankelijkheid van steden. Kerk en staat in de stad. Dit tijdvak hoort bij de MIDDELEEUWEN

  19. 13 OPKOMST HANDEL EN AMBACHT De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving.

  20. 14 STEDEN MET STADSRECHT Opkomst van de stedelijke burgerij en toenemende zelfstandigheid van steden.

  21. 15 STRIJD TUSSEN KERK EN STAAT Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben.

  22. 16 DE KRUISTOCHTEN De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van dekruistochten.

  23. 17 HET BEGIN VAN STATEN Het begin van staatsvorming en centralisatie.

  24. TIJDVAK 5 Tijd van ontdekkers en hervormers Andere namen voor deze tijd: Renaissancetijd 16e eeuw 18 Ontdekkingsreizen 19 Mens- en wereldbeeld van de renaissance 20 Herleving van de Oudheid 21 De Reformatie 22 De Nederlandse Opstand Het pictogram: Op de achtergrond een tekening van Leonardo da Vinci: de mens als volmaakt wezen. Op de voorgrond een schip van ontdekkers zoals Columbus Dit tijdvak hoort bij de VROEGMODERNE TIJD

  25. 18 ONTDEKKINGSREIZEN Het begin van de Europese overzeese expansie.

  26. 19 MENS- EN WERELDBEELD VAN DE RENAISSANCE Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.

  27. 20 HERLEVING VAN DE OUDHEID Een hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke Oudheid.

  28. 21 DE REFORMATIE De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.

  29. 22 DE NEDERLANDSE OPSTAND Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.

  30. TIJDVAK 6 Tijd van regenten en vorsten Andere namen voor deze tijd: Gouden Eeuw (Nederland) 17e eeuw 23 Het absolutisme 24 De Gouden Eeuw 25 Handelskapitalisme 26 De wetenschappelijke revolutie Het pictogram: Op de achtergrond de Herengracht in Amsterdam, symbool voor de woonplaats van stedelijke burgers: de regenten. Op de voorgrond een koningskroon, symbool voor koninklijke macht van absolute vorsten buiten Nederland. Dit tijdvak hoort bij de VROEGMODERNE TIJD

  31. 23 ABSOLUTISME Het streven van vorsten naar absolute macht.

  32. 24 DE GOUDEN EEUW De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek.

  33. 25 HANDELSKAPITALISME Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.

  34. 26 DE WETENSCHAPPELIJKE REVOLUTIE De wetenschappelijkerevolutie.

  35. TIJDVAK 7 Tijd van pruiken en revoluties Andere namen voor deze tijd: Eeuw van de Verlichting 18e eeuw 27 De Verlichting 28 Verlicht absolutisme 29 Plantages en slavernij 30 Democratische revoluties Het pictogram: Op de achtergrond een proef met een elektriseermachine door gepruikte heren, leden van een wetenschappelijk genootschap: symbool voor Verlichting. Op de voorgrond de guillotine, symbool voor de Franse Revolutie. Dit tijdvak hoort bij de VROEGMODERNE TIJD

  36. 27 DE VERLICHTING Rationeel optimisme en een ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.

  37. 28 VERLICHT ABSOLUTISME Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlichtabsolutisme).

  38. 29 PLANTAGES EN SLAVERNIJ Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transatlantische slavenhandel en de opkomst van het abolitionisme.

  39. 30 DEMOCRATISCHE REVOLUTIES De democratischerevoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.

  40. TIJDVAK 8 Tijd van burgers en stoommachines Andere namen voor deze tijd: Eeuw van de industrialisatie 19e eeuw 31 Politieke stromingen 32 Democratisering 33 De industriële revolutie 34 De sociale kwestie 35 Emancipatiebewegingen 36 Modern imperialisme Het pictogram: Op de achtergrond een grand café in een grote stad, symbolisch voor het leven van de rijkere burgerij (bourgeoisie). Op de voorgrond een fabriek, symbool voor de industrialisatie. Dit tijdvak hoort bij de MODERNE TIJD

  41. 31 POLITIEKE STROMINGEN De opkomst van de politiek-maatschappelijke stromingen nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme.

  42. 32 DEMOCRATISERING Voortschrijdende democratisering met deelname van steeds meer mannen en uiteindelijk ook vrouwen aan het politiek proces.

  43. 33 DE INDUSTRIËLE REVOLUTIE De industriëlerevolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.

  44. 34 DE SOCIALE KWESTIE Discussies over de ‘socialekwestie’.

  45. 35 EMANCIPATIEBEWEGINGEN / VERZUILING De opkomst van emancipatiebewegingen.

  46. 36 MODERN IMPERIALISME De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.

  47. TIJDVAK 9 Tijd van de wereldoorlogen Andere namen voor deze tijd: Eerste helft van de 20e eeuw 37 Massaorganisatie 38 Totalitaire systemen 39 De economische wereldcrisis 40 Wereldoorlogen 41 De volkenmoord 42 De Duitse bezetting 43 Totale oorlog 44 Opkomst van nationalisme in koloniën Het pictogram: Op de achtergrond een demonstratie van werklozen in de jaren dertig, symbool voor de economische crisis. Op de voorgrond een tank, symbool voor de wereldoorlogen. Dit tijdvak hoort bij de MODERNE TIJD

  48. 37 MASSA-ORGANISATIE De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.

  49. 38 TOTALITAIRE SYSTEMEN Het in praktijk brengen van de totalitaireideologieëncommunisme en fascisme / nationaal-socialisme.

  50. 39 DE ECONOMISCHE WERELDCRISIS De crisis van het wereldkapitalisme.

More Related