1 / 73

Factsheets Bas Jacobs

Factsheets Bas Jacobs. Nacht van de Economie Rotterdam, 5 juni 2014. Zg . ‘ stimuleringspakketten ’ 2009, 2010. Begrotingssaldo 2008: 0,5% bbp 2009: -5,6% bbp 2010: -5,1% bbp Crisispakketten Balkenende -IV 2009: 0,7% bbp 2010: 0,5% bbp 2011: -0,5% bbp

takara
Download Presentation

Factsheets Bas Jacobs

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Factsheets Bas Jacobs Nacht van de Economie Rotterdam, 5 juni 2014

  2. Zg. ‘stimuleringspakketten’ 2009, 2010 • Begrotingssaldo • 2008: 0,5% bbp • 2009: -5,6% bbp • 2010: -5,1% bbp • CrisispakkettenBalkenende-IV • 2009: 0,7% bbp • 2010: 0,5% bbp • 2011: -0,5% bbp • Conclusie: grootstestimulans was automatischestabilisatie en ‘noemereffect’ Bron: CPB (2011), EffectenStimuleringspakket

  3. Bezuinigingen en lastenverzwaringen 2011-2017 Bron: Wim Suyker (2014), "Tekortreducerende maatregelen 2011-2017 MEV2014-versie"

  4. Bezuinigingen en lastenverzwaringen Bron: Wim Suyker (2014), "Tekortreducerende maatregelen 2011-2017 MEV2014-versie"

  5. ReËleuitgaven en inkomstenoverheid Bron: CPB (CEP, 2014)

  6. Austeriteit in nederlandsinds 2010 Bron: CPB (CEP, 2014) en OESO (2014)

  7. Expansiefbeleid? • Overheidsuitgavennominaal 10% gestegen, • Reëel is overheidsaandeelgegroeid met 4% (deflator prijsindexoverheidsbestedingen) • Overheidsaandeel in bbp 5% gestegen • Maar gecorrigeerdvoor de output-gap is het bbp-aandeel van overheidgelijkgebleven over de heleperiode 2008-2015 • aanvankelijkeoploop 2009-2010 volledigtenietgedaan door bezuinigingendaarna • Conclusie: tot 2010 expansief, daarnarestrectiefbeleid

  8. Kostenbbpverlies 2011-2015 door austeriteit • Noot: zeerruweindicatie • 45 mrdtekorteductie 2011-2015 • Multiplier = 0.5 => 23 mrd = 3,8% bbp • Multiplier = 0.75 => 34 mrd = 5,6% bbp • Multiplier = 1 => 45 mrd = 7,5% bbp • 2011-2015: • 7,5% bbpaantekortreducerendemaatregelen • 2,2% bbpfeitelijke (geraamde) reductiebegrotingstekort • 5,3% bbpweglek => 70% uitverdieneffectalseconomiealleen door tekortreductiezouvertragen/krimpen

  9. Overheidheeftookvermogen • EMU-schuld 2014: 74,5% bpp(CPB, 2013) • Netto overheidsvermogen: +41% bbp(CPB, 2013) • Kostenvergrijzing (zorg, AOW) • Pensioenvermogen per 1 april 2013 = 960 mld (DNB, Bulletin, 27/8 2013) • Belastingclaimvooroverheid Bron: CPB (2013) De naaktefeiten over de Nederlandse overheidsschuld

  10. Schulden Staatsschuld: 74,5% bbp Totaalpassiva: 74,5% bbp PM Latenteverplichtingenvergrijzing (AOW, zorg) PM garanties staatsbalansvoor Nederland (2013) Bezittingen • Kapitaalgoederenvoorraad: 64% bbp • Financiële activa: 27% bbp • Gasvoorraad: 22% bbp Totaalactiva: 112% bbp • PM Belastingclaim pensioen: ca. 63% bbp Bron: CPB (2013) De naaktefeiten over de Nederlandse overheidsschuld

  11. Geenprobleemmeer met houdbaarheid • Tijdens grootste crisis sinds 80 jaar realiseert NL houdbaarheidsoverschot • AOW-leeftijd, HRA, hervormingzorg • Nb. structureel EMU tekort in 2014: ca. -1,7% bbp • Vgl. VS structureelbegrotingstekort 2014: -1% bbp(CBO, 2013) • Twee kanttekeningenbij CPB houdbaarheidssommen: • Zorguitgavengroeiensneller • Financiële sector Bron: CPB (2013) De naaktefeiten over de Nederlandse overheidsschuld

  12. Houdbaarheidsoverschot: ca. 1,2% bbp • Houdbaarheidsoverschotna Rutte-2: 1,0% bbp • Bijgeraamdstructureel EMU-saldo 2014/2017: -1,4%/-1,4% • Dus: houdbaarstructureel EMU-saldo 2014/2017 naverwerking Rutte-2: -2,4%/-2,4% bbp (EC-methode) • Nb. Aannamegeenverandering in rentelasten&baten/gasbaten (veranderingrobuust EMU-saldo = veranderingstructureel EMU-saldo) • CEP (2014) raamtstructureel EMU-saldo 2014 (EC-methode): -1,2% • 0,2% bbpverbeteringt.o.v. regeerakkoord • Conclusie: houdbaarheidsoverschotthans ca. 1,2% bbp Bronnen: CPB (2012), ActualisatieEffectenFinancieel Kader Regeerakkoord CPB (2014), CentraalEconomisch Plan

  13. Lageregroeislechtvooroverheidsfinanciën? Niet correct • Klaas Knot e.v.a.: lageregroei, dus nu bezuinigen • Lageregroei door vergrijzing al in houdbaarheidssommen • Correctewaarde van nettoschuld/bezitnemen • Nederland heeftpositiefnettooverheidsvermogen, geennettooverheidsschuld • Zieookpositiefhoudbaarheidssaldo! • Nettooverheidsvermogenpositiefondanksuitstaandestaatsschuld door claim pensioenen en aardgasvermogen • Bijpositiefoverheidsvermogen is lageregroeigoedvoor de overheidsfinancien • Reden: uitgavendalenbijlageregroeisnellerdan de inkomsten • Houdbaarheidstekortdaalt met ca. 1,2% alsgroei met 1% daalt Bron: CPB (2010), VergrijzingVerdeeld

  14. Groei op langetermijn • Van Ark en De Jong (1996): gemiddelde groei TFP 1913–1994 = 1,6 procent per jaar • CPB (2010): 1,7 procent per jaarproductiviteitsgroei

  15. RamingEconomischegroei Bron: CPB (CEP, 2014)

  16. Economischegroeiinternationalevergelijking

  17. historischevergelijking: Nederland groeitlangzamerdan in jaren 30 Bron: CPB (CEP, 2014) en CBS (Statline)

  18. Voorspelfouteneconomischegroeicpb Bron: GeenStijl (2013)

  19. Bezettingsgraden Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  20. Output gaps (% BBP) Bron: OESO (2014)

  21. outputverlies ten opzichte van trend Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  22. Permanent outputverlies 2008-2015 ongeveer 10% bbp • Alstotaaloutputverlies 16,5% is bijtrendgroei van 2% en outputgap van 4,5% dan is permanent outputverlies 11% bbp • Ball (2014): permanent outputverlies NL 9% bbp • Trendmatigegroeipotentiëleproductie 2,1%

  23. werkloosheid Bron: CBS Statline(2014)

  24. Renteuitgavenoverheidsschuld Bron: CPB (2013), Centraal Economisch Plan, bijlage 9.

  25. Rentevoetenbereikenhistorischedieptepunten Bron: DNB (2014)

  26. Rentestanden lager danooitsinds 1517 Bron: Deutsche Bank (2012)

  27. Overheidgeeft 3 mrd per jaar minder uitaanrentestaatsschuldsinds 2008 • 2008: • EMU-schuld: 58,5% bbp • Rentelasten 2,2% bbp = 13,5 mrd euro • 2013: • EMU-schuld: 74,3% bbp • Rentelasten: 1,8% bbp = 10,4 mrdeuro Bron: CBS (2014), CPB (2014, CEP)

  28. Renteuitgavenhistorischdieptepunt Bron: CPB (2006)

  29. Overschot lopende rekening Bron: CPB (2013), Centraal Economisch Plan

  30. Kostenlagegroeigroterdankostenoplopentekort • DeLong en Summers (2012): verhoogtekort 1 jaar • Multipliereffect: meerbestedingenjaar 1 • Hysterese-effect: outputwinststructureel • Hogererentelasten, leidenmogelijk tot hogereverstorendebelastingen • Wanneerleidthogertekortniet tot hogerestaatsschuldquote? • rk = g + hmt/(1 – mt) • rk kritieke waarde is voor de rente op staatsschuld • glangetermijngroeivoetvan de economie • hhysteresecoëfficient • tmarginale belastingquote in de economie • Wanneerkosthogertekortsamenlevingmeerdan het oplevert? • mk= u/[1 + ut + h(1 + ut)/(r – g)] • mk: kritieke begrotingsmultiplier waar beneden een groter tekort maatschappelijk meer kost dan oplevert • u welvaartsverlies hogere belastingdruk (u = 40%)

  31. Hogertekortleidtniet tot hogerestaatsschuld en is maatschappelijkgewenst Bron: Jacobs (2013), NederlandsBegrotingsbeleidKostmeerdan het Oplevert

  32. Multipliers nu groterdan in normaletijden • Liquiditeitsbeperkingen, huishoudensonder water met hypotheek • Nulgrensbeleidsrente ECB • Synchronebezuinigingen • Nietalsoverheidook in problemen zit, zieookVan der Kwaak en Van Wijnbergen (2013) • Hogererentelastenoverheidverhogenkapitaalkostenbanken -> minder kredietverlening • Relevant voorperiferie in Europa, niet Nederland

  33. OVERZICHT MULTIPLIERSTUDIES open economieËn Bron: Jacobs (2013)ziedaarookvoorreferenties

  34. multiplierstudies • Blanchard, Olivier en D. Leigh (2013), “Growth Forecast Errors and Fiscal Multipliers”, IMF Working Paper Series WP/13/1, Washington-DC: IMF. • Christiano, L., M. Eichenbaum en S. Rebelo (2011), “When Is the Government Spending Multiplier Large?”, Journal of Political Economy, 119, 78-121. • Leeper, E.M., N. Traum en T.B. Walker (2011), “Clearing up the Fiscal Multiplier Morass”, NBER Working Paper No. 17444, Cambridge-MA: NBER. • Ramey, Valerie A. (2011),“Can Government Purchases Stimulate the Economy?”, Journal of Economic Literature, 49, (3), 673-85. • Romer, C.D., (2011), “What Do We Know about the Effects of Fiscal Policy? Separating Evidence from Ideology”, speech Hamilton College November 7, 2011. • Woodford, M., (2011), “Revisiting fiscal multipliers, Simple Analytics of the Government Expenditure Multiplier”, American Economic Journal: Macroeconomics, 3, (1), 1-35. • Zie voor veel meer referenties ook het overzicht bij het CPB: http://www.cpb.nl/veelgestelde-vragen-ramingen-cpb#Vragen_over_de_begrotingsmultiplier

  35. Balanced budget multiplier • 1e jaarstekstboek, gesloteneconomie, lump-sum belasting: • Bestedingsmultiplier = 1/s, s = spaarquote • Belastingmultiplier = -(1- s)/s • Balanced-budget multiplier = 1 • Intuitie: deelbelastingverlagingwordtgespaard, nietzobijuitgavenverhoging • CPB (2011) VariantenSaffier II, Achtergronddocument • belastingmultiplier ca -0.4 • bestedingsmultiplier ca. 0.9 • balanced budget multiplier = ca. 0.5 • Wren-Lewis, S. (2012), “One is the magic number”, Mainly Macro. • Jacobs. B (2013), “Alleslektwegnaar het buitenland, toch?”, ESB Blog.

  36. Nietalleslektwegnaar het buitenland • Hoe opener de economie, hoe groter ‘invoerlek’ • NL invoerquoteongeschoond: 74% bbp • Hoog door wederuitvoer (‘overslag-effect Rotterdam’) • Hoog door invoer van intermediairegoederen in uitvoer • Nettoinvoerquotegemmiddeld = 26% bbp (CPB, 2013) • Marginaal = 35-55% (CPB, 2013) • Multiplierstudieslatengeengroteverschillenzientussengrote en kleinelanden • Conclusie: invoerlek is watgroter in kleinelanden, maar wordtoverdreven door tegenstanders van anti-cyclischbegrotingsbeleid Bron: Jacobs (2013) en CPB (CEP, 2013)

  37. overheidnaar 40% bbp? • Caveat: zeerruwebenadering • Constanteaanbodelasticteite • Marginaledrukt • Marginaaldoodgewicht: MEB = t/(1 –t)e • Gemiddelddoodgewicht: AEB = -e(ln(1 – t) + t) • NL: t = 54%, e = 0,5 (empirisschhoog): MEB = 58%, AEB = 15% • Stelt = 44%: MEB 40% en AEB = 10% • Welvaarstwinstlagerebelastingen 5% bbp • Welvaartsverlieskleinereoverheidgenegeerd • Structureleoutputverlies 2x welvaartswinst van lagerebelastingenbijverkleiningoverheidnaar 40% bbp Referentie: Jacobs, B. (2008), De Prijs van Gelijkheid, Amsterdam: Bert Bakker

  38. Het probleem: private schulden Bron: CPB (2013) De naaktefeiten over de Nederlandse overheidsschuld

  39. Het probleem: private schulden Bron: CPB (2013) De naaktefeiten over de Nederlandse overheidsschuld

  40. Consumptiedaalttussen 2010-2013Vrijebesparingenaltijdnegatief Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  41. Investeringenlaag, maar herstellenzich Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  42. Wereldhandelsgroeihersteltzichgeleidelijk… Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  43. … Maar wereldhandelsgroeivaltterug Bron: CPB (2014)

  44. Leverage ratio NL bankenlaag Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  45. Kredietvoorwaardenmkbscherp Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  46. Kredietverlening NL bankenkrimpt Bron: CPB (2014), CentraalEconomisch Plan 2014

  47. Herkapitalisaties: VS vs. eurogebied “De ervaring met het Amerikaanse SupervisoryCapital Assessment Program (SCAP), dat in 2009 door de Amerikaanse toezichthouder werd uitgevoerd om de soliditeit van de bankensector te testen, leert dat kapitaalemissies ook mogelijk zijn in moeilijke marktomstandigheden (grafiek 4). De hieraan deelnemende banken vulden vrijwel het gehele kapitaaltekort dat was vastgesteld met private middelen op (USD 179 miljard, ofwel 97 procent van het totaal).” DNB Bron: DNB (2013)

  48. WaaromBankenveelmeereigenvermogenmoetenhebben • Admati, Anatand Martin Hellwig (2013), The Banker’s New Clothes, Princeton University Press. • Admati, Anatand Martin Hellwig (2013), “The Parade of the Banker’s New ClothesContinues”, mimeo.

  49. Nettopensioenbesparingen (% totaleconsumptie) Bron: CPB (2013), Centraal Economisch Plan

  50. Summers: seculairestagnatie In NL? • Besparingenhoog • Vergrijzing: grootaanbodpensioenbesparingen? Ja • Balansherstelnafinanciële crisis? Ja • Vermogensongelijkheidsterktoegenomen? Nee • Voorzorgsbesparingengestegen? Onduidelijk, waarschijnlijk • Deflatiegevaar? Ja • Investeringenlaag • Vergrijzing: krimpendevraaginvesteringsgoederen? ja • Prijzeninvesteringsgoederengedaald? Ja • Kostenkrediethoog? Ja • Overcapaciteit? Ja • Deflatiegevaar? Ja

More Related