SEKSUELE VORMING

1. SEKSUELE VORMING

2. AFSPRAKEN • P = privacy want er wordt gepraat over persoonlijke ervaringen • I = Ik: het gaat over eigen ervaringen, wensen, gevoelens en gedachten. • K = kies: niemand wordt gedwongen bepaalde dingen te zeggen of te doen, men kiest zelf hoe men wenst deel te nemen. • A = actief: er wordt een actieve participatie verwacht. • S = seksualiteit, maar dan heel breed bekeken; het is ook de eerste letter van Samen • O = oriëntatie: jongeren kunnen al dan niet toe zijn aan aanraking, seks of gesprek; mensen kunnen hetero of homo zijn • L = luisteren en lachen

3. Seksuele voorlichting 1.Het lichaam van de vrouw 2.Het lichaam van de man 3.De geslachtskenmerken bij vrouw 4.De geslachtskenmerken bij man 5.De puberteit 6.Groei en veranderingen tijdens de puberteit 7.Maandstonden 8.Seksuele gevoelens en masturbatie 9.Homoseksualiteit

4. 1. Het lichaam van de vrouw • Borsten • Vagina

5. 2. Het lichaam van de man • Penis • Zwaardere stem

6. 3.Geslachtkenmerken bij de vrouw 3.1 Inwendige geslachtskenmerken 3.2 Uitwendige geslachtskenmerken

7. 3.1 Inwendige geslachtsorganen • De eierstokken • De eicel • De eileiders • De baarmoeder • De baarmoederhals • De vagina

8. Eileider Eierstok Eitjes of follikel Baarmoeder Baarmoederhals Vagina

9. De eicel van de vrouw

10. 3.2 uitwendige geslachtsorganen • De schaamlippen • De clitoris • De opening van de urinebuis • De opening van de vagina • Maagdenvlies • De anus

12. 4. Geslachtskenmerken bij de man 4.1 Inwendige geslachtsorganen 4.2 Uitwendige geslachtsorganen

13. 4.1Inwendige geslachtsorganen • De teelballen • De zaadcellen • De bijballen • De zaadleiders • De zaadblaasjes en de prostaat • De urinebuis

14. Prostaat Penis Zaadleider Urinebuis Zaadcellen Teelballen / Zaadballen Bijballen Balzak Voorhuid

15. De zaadcel van de man

16. 4.2 Uitwendige geslachtsorganen • De balzak • De penis • De anus

17. 5. De puberteit • lichamelijke ontwikkelingen zowel bij jongens als meisjes • Meisjes meestal vanaf 9 jaar • Jongens meestal vanaf 11 jaar • De veranderingen gebeuren door hormonen, het geslachtshormoon • Het hormoon beïnvloedt ook je gevoelens en stemmingen

18. 5.1 puberteit bij jongens • Aanmaken van mannelijk hormoon • Het hormoon testosteron gaat de zaadcellen aanmaken in de teelballen • 100-300 miljoen per dag • Zaadcellen worden opgeslagen in de bijballen

19. Stijve penis of (penis in) erectie: De penis vult zich geleidelijk aan met bloed door het sponsachtig lichaam, waardoor hij overeind komt te staan. Dit gebeurt bij opwinding.

20. Zaadlozing: sperma komt naar buiten. Dit wordt ook klaarkomen genoemd. Vanuit de teelballen trekken spieren samen, zo komen zaadjes via de bijbal, zaadleider, prostaat en urinebuis naar buiten. Sperma = wit van kleur. Het bevat zaadcellen + zaadvocht (vanuit de prostaat)

21. 5.2 puberteit bij meisjes • 2 geslachtshormonen oestrogeen en progesteron • Oestrogeen zorgt voor de rijping van de eitjes • 1 keer per maand wordt er een eitje afgestoten (eisprong) • Eitje gaat via eileiders naar de baarmoeder • De binnenkant van de baarmoeder gaat een zachte laag krijgen, dit om een eventueel bevrucht eitje op te vangen

22. 5.2 puberteit bij meisjes • Wanneer het eitje niet bevrucht wordt door een zaadcel van de man gaat het afsterven • De zachte binnenkant van de baarmoeder gaat samen met het afgestorven eitje het lichaam verlaten via de vagina • Menstruatie of maandstonden

23. 14 dagen na de 1ste dag van de menstruatie Eisprong ( rechter eierstok) Klaarmaken van de baarmoeder voor het opvangen van het bevruchte eitje. Het vormt een soort kussentje.

24. Wanneer een eicel niet bevrucht wordt, verlaat ze het lichaam, samen met het kussentje onder de vorm van bloed, dit noemen we men menstruatie, maandstonden, regels

25. Eisprong in de linker eierstok Zaadcellen die tijdens een zaadlozing via de vagina in de baarmoeder tot in de eileider terecht komen

26. Zaadcelletje bevrucht eicel in de eileider

27. 6.Groei en veranderingen tijdens de puberteit • 6.1 groei en verandering bij jongens • 6.2 groei en verandering bij meisjes

28. 6.1 groei en verandering bij jongens • Teelballen worden geleidelijk aan groter en voller • Penis wordt groter en langer • Lichaam transpireert meer • Huid en haren worden vetter • Lichaam groeit in een snel tempo • Okselhaar, schaamhaar begint te groeien • Baardgroei • Stem breekt en wordt zwaarder (stembanden worden langer)

29. 6.2 groei en verandering bij meisjes • Eierstokken worden groter • Lichaam transpireert meer • Huid en haren worden vetter • Lichaam groeit in snel tempo • Schaamhaar,okselhaar,haren op armen en benen beginnen te groeien • Borsten worden geleidelijk voller en zwaarder • Vochtverlies uit vagina • Heupen worden breder • Lichaam krijgt meer rondingen

30. 7. Maandstonden • Bloedverlies via vagina • Om de 28 dagen • Duurt 4 tot 7 dagen • Vanaf 9 jaar tot 50 jaar • Nog geen eierdopje vol • Bloed opvangen door maandverband of tampon

31. 8. Seksuele gevoelens en masturbatie • Seksuele gevoelens • Knuffelen,zoenen,strelen,aanraken, • Vrijen • Samen genieten • Respect hebben voor de gevoelens

32. 8.1 Masturbatie • Zelfbevrediging • Aanraken,strelen, prikkelen van de geslachtsorganen omdat het een heerlijk gevoel geeft • Zowel jongens als meisjes • Meisjes:aanraken van clitoris • Jongen:over en heen bewegen van de voorhuid

33. 9. Homoseksualiteit • Hetero en homoseksualiteit • Heteroseksueel: een persoon die seksuele verlangens heeft naar een persoon van het ander geslacht • Homoseksueel: een persoon met seksuele verlangens naar een persoon van hetzelfde geslacht • Vrouw -vrouw,man -man

34. Voorbehoedsmiddelen • De pil • Het condoom • Het spiraaltje • De prikpil • Het staafje • Het vrouwencondoom • Zaaddodend middel

35. De pil • Zeer goede bescherming tegen zwangerschap • Geen bescherming tegen SOA’s • Hormonen • Eierstokken geven geen eicel vrij • Slijmvliesbekleding van de baarmoeder wordt ongeschikt voor een innesteling van een bevrucht eitje

36. De pil • Voordelen: • Verstoort het vrijen niet • Regelmatigere maandstonden • Verdwijnen van acné • Nadelen: • De pil en roken verhoogt de kans op hart en vaatziekten

37. Het condoom • Goede bescherming tegen SOA’s • Een soort zakje dat voorkomt dat het zaad in de vagina komt • Er bestaan verschillende soorten • Eenmalig gebruik • Voordeel: • Niet schadelijk voor de gezondheid • Eenvoudig toepasbaar

38. Het condoom • Nadelen: • Onaangenaam en storend tijdens het vrijen • Soms allergische reacties • Kan scheuren of barsten

39. Het spiraaltje • Geen bescherming tegen SOA’S • Ter voorkoming van zwangerschap • Wordt in de baarmoeder geplaatst • Wordt door een dokter in geplaatst en verwijderd • Plaatsing is meestal pijnloos • Voordelen • Omdat het in de baarmoeder zit heeft niemand er last van

40. Het spiraaltje • Voordelen: • Omdat het in de baarmoeder zit heeft niemand er last van • Nadelen: • Kan worden uitgestoten door de baarmoeder • Menstruatie kunnen langer en heviger worden • Onmiddellijk na plaatsing gevaar voor ontsteking

41. Het spiraaltje

42. De prikpil • Ter voorkoming van zwangerschap • Betrouwbaar • Bevat hormonen • Inspuiting door arts om de 3 maand • Voordelen: • Verstoort vrijen niet • Om de 3 maanden

43. Het staafje • Geen bescherming tegen SOA’s • Ter voorkoming van zwangerschap • Staafje onder de huid • Verhindert de eisprong • Voordelen • Verstoort het vrijen niet • Om de 3 jaar Nadelen • Duur

44. Het vrouwencondoom • Voorkomen van SOA’s • Voorkomen van zwangerschap • Doorzichtig lang zakje met een binnen en buitenring • Sperma wordt opgevangen en komt niet in de vagina • Voordelen: • Niet schadelijk voor de gezondheid • Kan langer op voorhand ingebracht worden • Nadelen: • Niet eenvoudig in het aanbrengen • Duur • Allergische reacties

45. Zaaddodend middel • Onbetrouwbaar bij voorkoming van zwangerschap • Doden het zaad in de schede

46. SOA’S • Seksuele overdraagbare aandoeningen en AIDS • Geslachtziekten • Verschillende soorten • De meeste gemakkelijk te behandelen • Top 5: • Genitale wratten • Chlamydia • Herpes • Hepatitis B • HIV-virus,AIDS-virus

47. Genitale wratten • Wratjes op de geslachtsdelen of rond de aars • Pijn • Jeuk • Te behandelen

48. Chlamydia en gonorroe (druiper) • Vaak geen klachten na besmetting • Onvruchtbaar worden • Besmettelijk • Symptomen: • Branderig gevoel bij het plassen • Meer of andere afscheiding uit de geslachtsorganen • Tussentijdsbloedingen • Pijn in onderbuik

49. Herpes genitalis • Niet erg • Heel vervelend • Kan behandeld worden • Virus gaat nooit meer weg • Symptomen: • Pijnlijke blaasjes op geslachtorganen of op aars • Pijn bij plassen

50. Hepatitis B • Geelzucht, leveraandoening • Meest besmettelijke ziekten • Vaccin • Symptomen: • Vermoeidheid • Lusteloosheid • buikpijn