1 / 43

Het getij

Het getij. Overzicht. Het mysterie van het getij verklaard Het getij aan onze kust. Time and tide wait for no man. Enkele definities. Hoogwater : moment dat de waterstand het hoogst is Laagwater : moment dat de waterstand het laagst is Eb : overgang van hoog- naar laagwater

thane
Download Presentation

Het getij

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Het getij

  2. Overzicht Het mysterie van het getij verklaard Het getij aan onze kust

  3. Time and tide wait for no man

  4. Enkele definities • Hoogwater: moment dat de waterstand het hoogst is • Laagwater: moment dat de waterstand het laagst is • Eb: overgang van hoog- naar laagwater • Vloed: overgang van laag- naar hoogwater • Doodtij: lager hoogwater en hoger laagwater dan gemiddeld • Springtij: hoger hoogwater en lager laagwater dan gemiddeld • Grootst rond equinoxen (21 maart & 21 september) • Laagst rond de solstitia (21 juni & 21 december)

  5. Evenwichtsgetij:in een vereenvoudigde wereld… • Geen continenten • Één diepe oceaan => Evenwichtsgetij

  6. Aantrekkings- of gravitatiekracht: • aarde en maan spelen ‘magneetje’ • Maan trekt de aarde – en dus de vloeibare watermassa – aan • Aantrekkingskracht neemt af met afstand => water dichtst bij de maan wordt het sterkst aangetrokken • Door aantrekkingskracht van aarde vloeit water niet weg naar maan

  7. Centrifugale of middelpuntvliedende kracht: • Aarde en maan als onafscheidelijk duo • maan draait rond aarde • samen draaien ze in een brede baan rond de zon • Tijdens deze omcirkelende bewegingen ontstaan de zogenaamde centrifugale of middelpuntvliedende krachten ~> vgl. ballon • Deze krachten zijn – op de zijde weg van de maan – sterker dan de aantrekkingskrachten => waterberg X

  8. Eindresultaat: getijkrachten • Combinatie van aantrekkings- en middelpuntvliedende kracht • Weg van de maan: centrifugale kracht overwint zwaartekracht • Maankant: zwaartekracht overwint centrifugale kracht • Watermassa => ellipsoïde; dikste waterlagen aan zijde van de maan en tegenoverliggende zijde • Getijdenverschil van enkele tientallen centimeters… Bron figuur: Redder aan Zee (Wobra)

  9. Wat met de zon? • Oefent ook aantrekkingskracht uit op de aarde • Massa is 27 miljoen keer groter dan de maan • Staat 389 keer verder weg van de aarde dan de maan => Getijverwekkende kracht van de zon is kleiner dan van de maan

  10. Zon en maan in elkaars verlengde => krachten worden gebundeld => Springtij Zon en maan haaks op elkaar => krachten werken elkaar tegen => Doodtij

  11. Instinctief: • Aarde draait rond eigen as in één dag • Waarnemer op aarde zal elke dag 2x eb en 2x vloed waarnemen => getijdencyclus duurt 12 uur => hoogwater en laagwater altijd op zelfde moment L H H L

  12. In werkelijkheid: • Maan draait in een baan rond aarde terwijl aarde om eigen as draait • Als aarde rond haar eigen as is gedraaid, moet ze eigenlijk nog een stukje verder draaien om opnieuw dezelfde positie ten opzichte van de maan te verkrijgen. Deze extra beweging kost 50 minuten tijd => getijdencyclus opgewekt door de maan duurt 12h25 minuten

  13. Maan draait in een ellipsvorm rond de aarde • Aarde en maan draaien samen in een ellips rond de zon => aantrekkingskracht verschilt => waterstanden bij hoog- en laagwater verschillen

  14. Astronomisch getij:zoals het berekend wordt… • Rekening houden met • Diepte van oceanen (snelheid) • Wrijvingskrachten (snelheid) • Traagheid van water (snelheid) • Vorm van oceanen (richting) • Corioliskracht (richting) => Hebben allemaal invloed op een vloeistof in beweging en dus de snelheid waarmee en de richting waarin de getijdengolf zich verplaatst

  15. Meteorologisch getij:zoals het in werkelijkheid is… • Voorspelbare of astronomische getij • Theoretisch gegeven, wiskundig berekend • Wat men terugvindt in de getijdenboekjes • Maar… invloed van de weersomstandigheden • Kan de getijden afzwakken of versterken • Incalculering belangrijk voor o.a. veiligheid scheepvaart en kustgebieden • Astronomisch getij + weer = meteorologisch getij • Juistheid hangt af van betrouwbaarheid weersvoorspellingen

  16. Leeftijd van het getij • = de tijd tussen het ontstaan van hoogwater in de Zuidelijke IJszee en de aankomst van datzelfde hoogwater op plaats X. • Tijdens reis: vervormingen door allerhande hindernissen, vernauwingen, ondiepe wateren, … • Getijgolf vóór onze kust is bijna 2 dagen oud • Getijgolf in Noordzee komt vanuit de Atlantische Oceaan en splitst zich in twee delen ter hoogte van Britse eilanden

  17. 1. Naar het Kanaal vanuit het zuiden • ± 700 km/h • Nauw van Calais => vertraging • Grote getijverschillen in • Zuid-Engeland • Noordwest Frankrijk (cf. Mont Saint Michel) • Verlies aan kracht en snelheid => bijna niet voelbaar aan onze kust

  18. 2. Via Ierse Zee en westkust UK • Rond Schotland naar Noordzee • Stroming in tegenwijzerzin omwille van aardrotatie • Oostelijke kust van Engeland • Belgische kust • Nederlandse kust • Richting Scandinavië • Grootste “opening” => grootste effect in de Noordzee

  19. Het getij langs onze kust • Belgische kustlijn: ± 63 kilometer • Hoogwater in Nieuwpoort  hoogwater Zeebrugge

  20. Springtij 2007: “Landing” op de Broersbank Enige zandbank die bij extreem springtij (ma-apr of aug-sept) droog komt te liggen Zandbank op nauwelijks 100 meter uit het strand van Koksijde

  21. Extreme getijden • Frankrijk – Mont Saint Michel Bron: http://www.citiesxl.com Bron: www.eurosis.org Getijverschil van ± 7 meter, wat kan oplopen tot 15 meter

  22. Canada – Bay of Fundy Bron: wikimedia Getijverschil van ± 17 meter, met maximum van 21 meter

  23. Verkeerde inschatting met verstrekkende gevolgen… • 55 voor Christus: Caesar trekt op veroveringstocht naar Groot-Brittannië • Landing op de kust van Dover • Stormvloed in combinatie met springtij • Aan land getrokken schepen door getij overspoeld • Schepen op zee zware averij Caesar was zich niet bewust van de effecten van het getij, gezien het getijverschil in Middellandse Zee slechts ongeveer 30 centimeter bedraagt…

  24. Lijnen en knopen op zee • Co-getijden (co-tidal) lijnen • Mathematisch bepaald • Verbinding van punten waar gelijktijdig hoogwater bestaat • Knooppunten of amfidromieën • = punten op zee waar vrijwel geen getij voorkomt; co-getijden lijnen vallen hier samen • 2 dergelijke punten in Noordzee

  25. Het getij aan onze kust

  26. Kustgebied Land grenzend aan zee Intergetijdengebied kustwateren Terrestrische dieren & planten Gespecialiseerde fauna & flora Mariene soorten

  27. Intergetijdengebied Het gebied dat onderloopt bij hoogtij en droog komt te liggen bij laagtij OF: Het gebied tussen hoog- en laagwater • Intergetijdengebied = intertidaal = eulitoraal • Dynamische overgang tussen water en land • Sterk onderworpen aan stress • Opmerkelijke intertidale habitats: • Vloedmerklijn • Harde substraten (strandhoofden, pieren, havenmuren) • Slikken en schorren

  28. Spatzone Hoogwaterlijn Intergetijdengebied Hoogte Laagwaterlijn Sublitoraal Afstand • Doorsnede getijdenzone zandstranden Opmerking: vereenvoudiging! In werkelijkheid: gemiddeld laagwater – gemiddeld hoogwater – gemiddeld laagwater springtij – gemiddeld hoogwater springtij – gemiddeld laagwater doodtij – hoogste hoogwater springtij – laagste laagwater doodtij - …

  29. LANDDIEREN ZEEDIEREN • Sterke dynamiek veroorzaakt stress Hoogwater Laagwater

  30. Enkele bewoners van het intertidaal • Zeepier (Arenicola marina) • “Tandpastahoopjes” op het strand ~> uitwerpselen van de zeepier! • U-vormige gang in het zand • Meer dan 40 cm diep • Afstand tussen hoopje en putje 10-15 cm • Hoopje = staartuiteinde • Putje = kop • Kan tot 25 cm lang worden • Pompt water naar binnen en filtert hier zuurstof en voedsel uit • Zelden of nooit te zien

  31. Moet oppassen voor… • Vogels (laagwater) en vissen (hoogwater) • Happen naar de staart bij de minste beweging • Pierenspitters • Gegeerd aas in de visserij

  32. Schelpkokerworm “Rifbouwers” => 1000’en per m² • Koker • Schelpfragmentjes en zand • 40 tot 65 cm lang, enkele cm boven zand • Kokertop ~> franjes • Worm • Geel-roze tot bruine kleur • Tot 30 cm lang • Krans van dunne, lange, witte tentakels ~> voedsel • Trekt zich diep terug in zijn koker bij laagwater

  33. Eten … • Voedsel uit water filteren via tentakels • Zeewiertjes • Uitwerpselen van zeesterren en weekdieren • Kleine kreeftachtigen • … en gegeten worden • In top 20 van belangrijkste voedselsoorten van wadvogels • Wulp • Rosse grutto • Lange snavel ~> kunnen worm uit bodem peuteren

  34. Strandkrab • Zowel op zandstrand als op harde substraten • Verbergen tegen vijanden • Hard substraat: tussen spleten en rotsen, in rotspoeltjes • Zand: ingraven, ogen blijven boven zand • Verdediging • Zwaaien met scharen • Luchtbellenschuim • Zelfamputatie • Stoot poot af om te kunnen ontsnappen

  35. Strandkrab versus gewone zwemkrab • Mannetjes versus vrouwtjes

  36. grens spatwater gemiddelde laagwaterlijn gemiddelde hoogwaterlijn zonatie zeewieren Harde substraten • Ook intergetijdengebied ~>zonatie zichtbaar • Havenmuren, strandhoofden, dijken en pieren

  37. Meer lezen? • Het mysterie van het getij http://www.vliz.be/docs/groterede/GR06_mysterie.pdf • Het geheim van het getij – Hisgen en Laane, Sdu Uitgevers, Den Haag • Waaien de duinen nooit weg? – Dirk Musschoot • Bezige beestjes aan zee – Kris Struyf • Knokke-Heist natuurlijk – Kris Struyf, Misjel Decleer en Marijke Meersman • Gids van kust en strand (Tirion) • www.expeditiezeeleeuw.be • www.planeetzee.org • http://www.planeetzee.org/K7/simulatieTSUNAMI.html (simulatie doodtij & springtij)

  38. Extra: ~ duinvorming ~ slikken en schorren

  39. Slikken en schorren Maken deel uit van het intergetijdengebied Luwe en slibrijke omgeving • Slikken • Beschutte, onbegroeide zones • Vallen droog bij laagtij • Worden overstroomd bij hoogtij • Schorren • = opgehoogd slik • Enkel overstroomd bij springtij • begroeid

  40. DROOG ZOET NAT GETIJ SCHOR ZOUT SLIK GETIJ • Verschillende gradiënten

  41. Duinen • Duinvorming Start op het hoogstrand (= droog strand) • Organisch materiaal stapelt zich op (vb. aangespoelde zeewieren) • Materiaal wordt ondergestoven door opwaaiend zand • Verteringsproces • Rottend materiaal ideale kiembodem voor aantal plantjes • “zandvangers” => embryonaal duin 1 2 3

  42. 4 5 • Groei van biestarwegras en later helmgras =>zijdelingse uitlopers => nieuwe plantjes • Fixatie van zand • “Groei” van het duin => andere planten ~> Successie proces

More Related