410 likes | 625 Views
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid. Algemeen: belangrijkste zaken (1) Tekst hoofdstuk “Vergunningen” volledig vervangen + coördinatiedecreet geïntegreerd Niet alles nieuw, zaken herschreven ter verduidelijking
E N D
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Algemeen: belangrijkste zaken (1) • Tekst hoofdstuk “Vergunningen” volledig vervangen + coördinatiedecreet geïntegreerd • Niet alles nieuw, zaken herschreven ter verduidelijking • Nieuw i.f.v. administratieve vereenvoudiging:- soepele meldingsplicht i.p.v. vergunningsplicht- afgestemde milieu- en stedenbouwkundige vergunningenprocedure (cfr. milieuvergunningendecreet) • Herschreven administratieve beroepsprocedure:- voorheen 2x legaliteits- en opportuniteitsberoep bij deputatie en Vlaamse Regering (+ jurisdictioneel beroep bij R.v.St.), én ≠ ontvoogde vs. niet ontvoogde gemeenten- nu legaliteits- en opportuniteitsberoep bij deputatie voor ALLE belanghebbenden én legaliteitsberoep voor ALLE belanghebbenden bij Raad voor Vergunningsbetwistingen (cassatieberoep bij R.v.St.)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Algemeen: belangrijkste zaken (2) • Hervorming “artikel 127-dossiers”: bindende beslissingstermijnen + beroepsmogelijkheid (bij Raad voor Vergunningsbetwistingen) • Verhoogde rechtszekerheid:- vaste, dwingende termijnen- regularisatievergunning formeel geregeld- regeling zonevreemde constructies herschreven- toepassingsgebied planologisch attest verruimd- vermoeden van vergunning constructies daterende van vóór de gewestplannen decretaal geregeld (≠ vergunn.register)- rechtsgrond voor As Built-attest vastgelegd- uitdovend woonrecht voor weekendverblijven vastgelegd • Invullen aantal maatschappelijke verwachtingen:- aandacht voor zorgwonen- koppeling met bepalingen uit G&P-decreet (“sociale lasten”) • Inwerkingtreding op 01/09/2009 iplv 01/03/2009 (amendement)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Definities scherpgesteld(art. 92)(1) • “Bestemmingsvoorschrift” vs. “stedenbouwkundig voorschrift” (bestemming vs. bvb. esthetiek, inrichting, beheer, …) • “Bouwvolume” ≠ ondergronds, tenzij “bruikbaar” • “Herbouwen” mathematisch afgebakend: meer dan 40 % buitenmuren afbreken (“verbouwen”: meer dan 60 % buitenmuren behouden) • “Hoofdzakelijk vergund” mathematisch afgebakend: - bedrijven: de voor normale bedrijfsvoering noodzakelijke constructies zijn vergund - overige: min. 90 % brutovolume is vergund
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Definities scherpgesteld(art. 92)(2) • “Zorgwonen”: specifieke bepalingen opgenomen:- creatie ondergeschikte wooneenheid voor huisvesten van max. 2 ouderen of hulpbehoevenden- moet bij een bestaande woning geïntegreerd- complementair karakter moet blijken uit: - fysieke aansluiting - max. van één derde van bouwvolume- één eigendom(zie Memorie van Toelichting)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht – uitzonderingen – afwijkingen (1) • Stedenbouwkundige vergunningsplicht (art. 93)- grotendeels identiek aan art. 99 DRO- publiciteitsinrichtingen opgenomen onder “constructies”- “opsplitsen van woningen” wel formeler opgenomen (bvb. studentenkamers)- geen SV-plicht voor kamperen op openluchtrecreatief terrein vergund i.t.v. decreet op toeristische logies • Meldingsplicht (art. 94) • Vrijgesteld van SV (art. 95): BVR- geringe ruimtelijke impact (vroeger: “aard en omvang”)- tijdelijk of occasioneel karakter • Verkavelingsvergunningsplicht (art. 107 - 110)- verdelen van een grond in 2 of meer kavels- min. 1 ervan verkopen of verhuren i.f.v. woningbouw
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht – uitzonderingen – afwijkingen (2) • Van door VR vastgelegde vergunnings- en meldingsplicht en vrijstelling kan niet worden afgeweken via stedenbouwkundige voorschriften van plan of verordening (art. 97)- kadert in eenvormigheid en rechtszekerheid- provincies en gemeenten kunnen dus niet strenger zijn- inwerkingtreding nog door VR te bepalen (art. 98)- staat los van aanhef art. 3 vrijstellingsbesluit (“vrijstelling slechts mogelijk indien niet strijdig met stedenbouwkundige voorschriften”) Amendement contra goedgekeurd; • Grondslag voor “As Built-attest” (art. 99 - 105) • Het vermoeden van vergunning (art. 106): anders geregeld dan in huidige decreet (losgekoppeld van vergunningenregister)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht – Meldingsplicht • “Tussenfiguur”, cfr. milieumelding • Beoordelingsruimte nul of minimaal:- eenvoudige, gangbare handelingen (bvb. bergingen, garages, veranda’s, vrijgesteld van architect, …)- nauwkeurige voorschriften van (recente) verkavelingen, …- zorgwonen binnen bestaand bouwvolume woning (art. 96) • Nader te bepalen in BVR • Louter melden aan hetCBS, via “beveiligde zending” • CBS neemt akte, niet weigeren! • CBS kan wel meedelen dat melding onregelmatig is (bvb. vallend onder “vergunningsplicht”); toch uitvoeren is strafbaar • Handelingen aanvatten vanaf dag 20; in elk geval steeds “stedenbouwkundige voorschriften” naleven • Meldingsmogelijkheid geldt niet in ruimtelijk kwetsbare gebieden !! • Amendement: vervaltermijn 2 jaar;
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht – “As Built-attest” (1) • Verklaring dat handelingen betreffende constructie niet of slechts marginaal afwijken van vergunde of gemelde plan • Geen afwijkingen mogelijk op stedenbouwkundige- of verkavelingsvoorschriften (amendement); • Kosten te dragen door aanvrager; maximumprijs via BVR • Attest af te geven door erkende (rechts)persoon: onafhankelijk en onpartijdig; beslissing binnen de 30 d; afschrift aan CBS • Attest te valideren door CBS , ter kennis brengen aan aanvrager en attesterende instantie én opnemen in vergunningenregister • Gevalideerd attest treedt in de plaats van vergunde of gemelde plannen => onweerlegbaar vermoeden planconforme verrichtingvanaf uitvoering werkzaamheden • Validering door CBS is bestuurshandeling die kan worden betwist bij Raad voor Vergunningsbetwistingen
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht – “As Built-attest” (2) • Bij weigering van afgifte van attest: constructie aanpassen (doen overeenstemmen met vergunde plan => geen bijkomende vergunning of melding nodig!), ofwel regularisatieaanvraag indienen (vlg. art. 116) • Ondanks weigering van attest, kan vergunningverlenende overheid toch vergunnen (indien vergunbaar) • Indien aanvrager blijft “stilzitten” na geweigerd attest: blootgesteld aan mogelijke vervolging • Stapsgewijze invoering:- facultatieve fase: kan aangevraagd worden door eigenaar of overdrager of overnemer constructie; VR bepaalt startdatum- verplichte fase: moet aangevraagd worden door verkrijger vergunning en overdrager constructie; VR bepaalt startdatum Amendement: informatieverplichting in deze fase; • Materiële, methodologische en procedurele regelen (bvb. beoordeling marginaal karakter afwijkingen, modelformulier, erkenning attesterende instanties, enz.) vast te leggen + eventuele vrijstelling van verplichte aanvraag van attest: BVR
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht –Vermoeden van vergunning • Vermoeden staat los van eventuele opname in vergunningenregister • Moet gaan om bestaande constructies (≠ verdwenen)- van vóór inwerkingtreding Stedenbouwwet 1962 = onweerlegbaar vermoeden- van vóór inwerkingtreding eerste gewestplan = weerlegbaar vermoeden, weerlegbaar indien: - proces-verbaal of niet anonieme getuigenverklaring (wijzend op hinder) - binnen de vijf jaar na oprichten - na > 1 jaar opname in vergunn.reg. als vergund geacht: geldt niet in ruimtelijk kwetsbaar gebied! (amendement) • Recentere “aanpassingen” aan constructie niet gedekt door vermoeden • Op in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissingen wordt niet teruggekomen
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht – Verkavelingsvergunning (1) • Verkavelen voor woningbouw • Facultatief voor aanleg en bebouwen van terreinen voor andere functies (nu enkel voor industriële, ambachtelijke of commerciële gebouwen) • Kavels pas – fasegewijs - vervreemdbaar na verlijden verkavelingsakte, op grond van attest waaruit uitvoering lasten en/of geven van nodige waarborgen blijkt, behalve:- aparte regeling voor overdracht sociale woongelegenheden binnen privaat verkavelingsproject aan of middels sociale woonorganisatie (waarborgen zijn voorzien in G&P-decreet: attestering door VMSW, controle door toezichthouder art. 29bis Vlaamse Wooncode)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht – Verkavelingsvergunning (2) • VKV kan gelden als SV voor wegen, reliëfwijzigingen, slopen, ontbossen, …, tenzij milieuvergunningsplichtig (geen koppeling MV - VKV); opgelet: aanvraagdossier moet qua samenstelling wel voldoen voor die bijkomende werken • Verkavelingen met wegeniswerken => Gemeenteraad;opgelet: gemeenteraad moet beslissen uiterlijk op tweede raadszitting, zoniet ongunstig (nu moet gouverneur of Minister soms in beroep GR samen doen roepen; geen termijn vastgelegd) • VK wijzigt in principe niet door later RUP, BPA, verordening, …, tenzij uitdrukkelijk zo opgenomen
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht –Gemeenschappelijke bepalingen (1) • Voorwaarden (redelijke!) opleggen (art. 111):- voldoende precies (geen beoordelingsruimte laten) - redelijk in verhouding tot vergunde handelingen (proportioneel; wijzigen aangevraagde niet)- verwezenlijkbaar door enig toedoen van aanvrager (niet overgelaten aan wil van derden)- geen bijkomende beoordeling door overheid nodig • Lasten (redelijke!) koppelen aan vergunning (art. 112):- cfr. huidige regeling: financieel of uitvoering (wegen, nutsvoorzieningen, groene ruimten, gebouwen, …); gratis grondafstand- nieuw: verwezenlijking evenwichtige mix van kavel- en woningtypes i.f.v. sociale vermenging- nieuw: creatie of vrijwaring van sociaal woonaanbod of bescheiden woonaanbod (cfr. G&P-decreet)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Vergunningsplicht –Gemeenschappelijke bepalingen (2) • Fasering van SV en VKV uitdrukkelijk opgenomen (art. 113); vervaltermijnen per fase gerekend; opgelet: aanvangsdatum elke fase goed vermelden in vergunning !! • Zakelijk karakter van vergunningen (art. 114 - 115):- verleend onder voorbehoud van burgerlijke rechten- VKV kan wel door mens gevestigde erfdienstbaarheden en andere overeenkomsten teniet doen- vergunningen kunnen zonder plichtplegingen worden overgedragen (grondgebonden); lasten gaan mee !! • Regularisatievergunning decretaal omkaderd (art. 116):- beoordelen op basis van actuele regelgeving, niet die ten tijde van uitvoering- kan los van sanctionering
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Beoordelingsgronden –Algemeen(art. 117 – 120)(1) • Beoordelingscriteria bij vergunningsaanvraag • Vergunning MOET worden geweigerd indien onverenigbaar met:- stedenbouwkundige voorschriften RUP, plan van aanleg, verordening, verkavelingsvoorschriften (tenzij afwijking ofwel aangepast plan/voorwaarden)- goede ruimtelijke ordening (cfr. detaillering in decreet;opgelet: toetsing ook doen bij “afwijkingsbepalingen”)- decretale beoordelingselementen (art. 121 – 124)- normen en percentages sociaal/bescheiden woonaanbod voorzien in G&P-decreet- negatieve “watertoets”- verplichte adviezen vanuit “direct werkende normen” andere beleidsvelden ≠ RO (wettelijke weigeringsgronden) (bvb. OE-beschermingen, vermijdbare schade aan natuur voorkomen (art. 16 Natuurbehoudsdecreet), …)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Beoordelingsgronden –Algemeen(art. 117 – 120)(2) • Vergunning KAN worden geweigerd op basis van:- voorlopig vastgesteld RUP of BPA (“negatieve anticipatie”) - verplichte adviezen gesteund op “onwenselijkheden uit doelstellingen/zorgplichten” andere beleidsvelden ≠ RO (bvb. zorgplicht art. 6 Natuurbehoudsdecreet, landschapszorg, …) (opportuniteitsinschatting)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Beoordelingsgronden –Algemeen(art. 117 – 120)(3) • Opgelet: sectorale wetgeving blijft uiteraard geldig, bvb.:- OE-machtiging (tenzij “geïntegreerd” in SV-aanvraag); nieuw: bezwaarprocedure bij VR (+ expertencommissie): - Agentschap R-O Vlaanderen stelt aanvrager en vergunningverlenende overheid in kennis van voornemen tot afwijzing - binnen 10 d. kan betrokkene bezwaar indienen - VR, die zich laat adviseren door expertencommissie, geeft bindende richtlijnen i.f.v. eindoordeel (opgelet: proceduretermijn SV-aanvraag geschorst tijdens “bezwaarprocedure”)- OE-toets bij sloopvergunning geïnventariseerd erfgoed BddEH (nieuw, ingevolge wijziging Monumentendecreet; BVR nodig)- Nieuw: Niet-vergunningsplichtige werken (SV) aan niet beschermde gebouwen/constructies binnen SenD-gezichten die “machtigingsplichtig” zijn melden aan CBS (BVR)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Beoordelingsgronden –Algemeen(art. 117 – 120)(4) • Onverenigbaarheid met goede RO te beoordelen op basis van:- aandachtspunten en criteria (zoals functionele inpasbaarheid, mobiliteit, schaal, ruimtegebruik, bouwdichtheid, visueel- vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten, bodemreliëf, hinderaspecten, …), voor zover relevant- bestaande omgevende toestand- beleidsmatig gewenste ontwikkelingen • I.g.v. BPA, RUP of VKV worden de voorschriften daarvan geacht de criteria van een goede RO weer te geven (criteria moeten wel “behandeld” zijn) • Goede RO kan ook gegarandeerd worden door voorwaarden aan vergunning én beperkte planaanpassingen op te leggen !! • VR kan thematisch of gebiedsspecifiek integrale ruimtelijke voorwaarden bepalen (verwijst bvb. naar systematiek van “integrale milieuvoorwaarden”; uniforme voorschriften voor bepaalde gelijkbehandelde zaken, bvb. bedrijfsgebouwen)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Beoordelingsgronden –Decretale(art. 121 – 124) • Ligging aan voldoende uitgeruste weg, bestaand bij aanvraagOpgelet: indien men ook instaat voor wegenaanleg: vergunning voor gebouwen mogelijk zodra vergunning voor wegen !!Niet van toepassing voor:- VKV met beperktere weguitrusting- land- of tuinbouwbedrijven- verbouwen, herbouwen of uitbreiden bestaande constructies • Bedrijfswoning max. 1.000 m³ (of 1.250 m³ bij 2 gezinnen) • Toegankelijkheidsregeling openbare wegen en publiek toegankelijke gebouwen • Getroffen door rooilijn of achteruitbouwstrook, tenzij uitzonderingen (beschermd OE, gevelisolatie < 12 cm, …) • Binnen een reservatiestrook, tenzij uitzonderingen (openbaar belang, niet te verwezenlijken binnen 5 jaar) • Opm.: voor bestaande woningen binnen reservatiestrook gelden basisrechten zonevreemde woningen!
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen van voorschriften – Mogelijkheden(art. 125 – 133)(1) • Beperkte afwijkingen (cfr. art. 111 DRO, art. 49 CDRO); toepasbaar ook zonder dat aanvrager dat vraagt • Stabiliteitswerken (cfr. art. 195bis, 3° DRO; nu ook voor RUP’s); indien definitief geweigerd: afdwingbare aankoopplicht • Afwerkingsregel: nieuw !! • Medegebruik inzake natuurschoon / Sociaal-cultureel of recreatief medegebruik (cfr. art. 145sexies, §1-§2 DRO; nu ook voor RUP’s) • Beschermde monumenten, stads- en dorpsgezichten en landschappen: sterk uitgebreide mogelijkheden • Handelingen van algemeen belang, vergunbaar vooruitlopend op RUP of plan in opmaak (cfr. art. 103, §1 DRO – “positieve anticipatie”) • Handelingen sorterend onder voorschriften plan van aanleg: verwijzing naar Typevoorschriftenbesluit RUP’s
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen van voorschriften – Mogelijkheden(art. 125 – 133)(2) • Afwerkingsregel (art. 127): woning vergunbaar op niet voor woningbouw bestemd perceel • Doelstelling: “Storende en landschappelijk onaantrekkelijke wachtmuren op adequate manier wegwerken zonder dat hoofdbestemming gebied in het gedrang komt”. • Voorwaarden:- bestaande woning op aanpalend perceel afwerken- moet gaan om wachtmuur (ofwel tussen twee wachtmuren)- gelegen aan voldoende uitgeruste wegVoorwaarden perceel (klein!), woning (1.000 m³) en “wachtmuur” vermeld in decreet • niet toepasbaar in ruimtelijk kwetsbaar gebied • Amendement: vermijden in de toekomst nog aanleiding tot de afwerkingsregel;wachtmuur al op de perceelsgrens; aanpalende woning reeds hoofdzakelijk vergund en niet verkrot;
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen van voorschriften – Mogelijkheden(art. 125 – 133)(3) • Beschermde monumenten, stads- en dorpsgezichten en landschappen (art. 130) (cfr. huidige art. 195bis, 1°+2° DRO): meer mogelijkheden:- nu ook voor RUP’s- niet enkel voor beschermde monumenten- ook voor “ontsluiting” van monument, bvb. toegangsweg in landbouwgebied- geldt voor constructies i.p.v. gebouwen- beperking van uitbreiding tot max. 20% geschraptGunstig advies OE nodig
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen van voorschriften – Mogelijkheden (art. 125 – 133) (4) • Handelingen sorterend onder voorschriften plan van aanleg (art. 133): Verwijzing naar Typevoorschriftenbesluit (gewestelijke) RUP’s (BVR 11 april 2008) = bestemmingsvoorschriftenIndien vergunning zou moeten afgewezen worden op grond van bestemmingsvoorschriften plan van aanleg, kan toch vergund worden op basis van standaardtypebepalingen overeenstemmende categorie van gebiedsaanduidingBvb. tuinaanlegbedrijven, windturbines in agrarisch gebied • Amendement: BVR: concordanties; • Amendement: van kracht vanaf de publicatie in BS en niet vanaf 01/09/2009;
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen – Basisrechten zonevreemde constructies(Art. 133/1 - 13)(1) • Algemeen:- geldig in ALLE bestemmingsgebieden van GP, APA, BPA, RUP- RUP kan basisrechten enkel aanvullen/uitbreiden; uitzondering: max. volume bij herbouw- bepalingen grotendeels gelijkaardig aan art. 145/145bis DRO: zie overzichtstabel in Memorie van Toelichting- steeds ook toetsing aan goede ruimtelijke ordening nodig- “vrijwaring architecturaal karakter” opgelegd t.a.v. alle mogelijkheden, dus niet enkel bij herbouwen- combinatie met functiewijzigingen mogelijk • Hoofdzakelijk vergund en herbouwen: zie definities • Zonevreemde stabiliteitswerken: zie artikel 126 WDRO • Werken aan beschermde monumenten of binnen beschermde stads- en dorpsgezichten: zie artikel 130 WDRO
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen – Basisrechten zonevreemde constructies(Art. 133/1 - 13)(2) • Uitbreiding jeugd- en onderwijsinfrastructuur (art. 133/10):- toevoeging uitbreidingsmogelijkheden niet-woongebouwen- vereist i.k.v. zich uitbreidende werking van erkende, gesubsidieerde of gefinancierde onderwijsinstellingen of jeugdvereniging (verwijzing naar decreet Vlaams Jeugdbeleid) • Recent afgebroken zonevreemde woningen of andere constructies (art. 133/11):- uitzondering op “bestaan” bij aanvraag- specifieke toepassingsvoorwaarden: - vóór afbraak ver- of herbouwingsvergunning - aanvrager wenst planaanpassing naar herbouw - aanvraag ingediend binnen geldingstermijn vergunning- geldt niet in ruimtelijk kwetsbare gebieden en recreatiegebied; geldt wel in parkgebied
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen – Basisrechten zonevreemde constructies(Art. 133/1 - 13)(3) • Heirkracht/overmacht (art. 133/12-13); nu art. 145 DRO:- oorzaken uitgebreid: elk voorval dat vernietiging en/of beschadiging tot gevolg heeft, waarop eigenaar geen vat heeft- voortaan toepasselijk in alle ruimtelijk kwetsbare gebieden- uitbreiding enkel mogelijk in niet ruimtelijk kwetsbaar gebied, parkgebied, agrarisch gebied ecologisch belang of waarde; tot totaalvolume van max. 1.000 m³ (i.p.v. 850 m³ nu)- aanvraagtermijn anders geregeld (langer dan nu)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Afwijkingen – Zonevreemde functiewijzigingen / Planologische attesten (art. 133/14 - 20) • Functiewijzigingen (art. 133/14):- bestaand, hoofdzakelijk vergund, niet-verkrot gebouw- niet in ruimtelijk kwetsbaar gebied of recreatiegebied- functiewijziging komt voor op lijst (BVR) • Planologische attesten (art. 133/15-20):- cfr. art. 145ter DRO: RUP of BPA nodig i.f.v. uitbreiding- moet gaan over hoofdzakelijk vergund bedrijf- toepassingsmogelijkheden verruimd: - voor alle milieuvergunnings- of meldingsplichtige bedrijven – geen economisch criterium meer - bij positief attest afwijking (“anticipatieve vergunning”) mogelijk op alle stedenbouwkundige voorschriften (dus ook toepasselijk binnen RUP of BPA)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Geldigheidsduur en wijzigingen vergunningen (art. 133/22 – 29) • Stedenbouwkundige vergunning:- onbepaald geldig, tenzij anders bepaald in vergunning- mogelijkheden tijdelijke vergunningen verruimd (BVR)- vervalregeling cfr. art. 128 DRO; evt. per fase • Verkavelingsvergunning:- vervalregeling en herzieningsmogelijkheden +/- cfr. DRO; • oudeverkopen in zijn geheel stuiten verval wel • (amendement)- nieuw: VK te weigeren bij ½ gegronde bezwaren (nu ¼)- nieuw: “verzaking” formeel geregeld • Zowel bij SV als VKV: nieuw: last sociaal woonaanbod realiseren binnen de 5 jaar, anders verval • Verval verkaveling vs. vertrouwensbeginsel: verval VK kan niet worden tegengesteld aan personen uit verkaveling als ze kunnen aantonen dat overheid handelingen heeft gesteld die verval tegenspreken, bvb. VK-wijziging of SV toegestaan
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Procedure – Soorten (art. 133/30 – 31) • Reguliere procedure:- standaardprocedure • Bijzondere procedure:- voor handelingen van algemeen belang- voor aanvragen ingediend door publiekrechtelijke of semipublieke rechtspersonen (omschrijving: zie decreet)Uitzondering:- aanvragen van een sociale woonorganisatie- aanvragen voor vergunningen waaraan (sociale) last ingevolge G&P-decreet moet verbonden worden=> toch volgens “reguliere procedure”(+ evt. – via BVR – zaken die omwille van beperkte ruimtelijke impact of eenvoud van dossier via “reguliere procedure” kunnen)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Procedure – Afstemming SV – MV(art. 133/32 – 40) • Basis voor afstemming procedures • Gezamenlijke SV- + MV-aanvraag mogelijk, wel inhoudelijke band nodig (minimale relatie, bvb. zelfde voorwerp) • Moet gaan over vergunningen die door CBS verleend (kunnen) worden, dus geen MV “klasse 1” (deputatie) • Indienen bij “uniek gemeentelijk loket”: doet ontvankelijkheids-en volledigheidsonderzoek; indien niet OK, stop voor beide • Indien zelfde adviesinstantie vereist vanuit SV- als MV-regelgeving: één vraag; wel twee “onderscheiden” adviezen te verstrekken vanuit bevoegdheid en regelgeving • Één gemeenschappelijk openbaar onderzoek • CBS neemt op dezelfde dag beslissing over zowel SV- als MV-aanvraag; betekening via “uniek loket”
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Procedure – Reguliere procedure(art. 133/41 – 54) (1) • Procedure +/- cfr. DRO ontvoogde gemeenten • Procedure in eerste aanleg:- CBS beslist, oordeel over legaliteit én opportuniteit- in niet-ontvoogde gemeenten nog advies GSA-RWO vragen (30 dagen adviestermijn i.p.v. 50 d nu!!)- recht op “projectvergaderingen” (art. 135/2) • Termijnen: Amendement: termijn start vanaf volledigheidsbewijs;zo CBS in gebreke dan na 30 d vanaf indienen aanvraag!- CBS beslist binnen 75 d. (ontvoogd; geen OO)- CBS beslist binnen 105 d. (niet ontvoogd; wel OO; gekoppeld aan MV-aanvraag)- CBS beslist binnen 150 d. (verkaveling)GEEN beslissing binnen termijn = weigering • Afschrift beslissing aan aanvrager, GSA-RWO, adviesinstanties, architect (als die dat vraagt)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Procedure – Reguliere procedure(art. 133/41 – 54) (2) • Algemeen: vergunning uitvoerbaar vanaf dag 36 aanplakking • Procedure in beroep (aanvrager; GSA-RWO; adviesinstanties; “gehinderden” en belangenverenigingen – amendement: schrapping van een voorwaarde)- beroep binnen 20 d. 30 d; (aanvangtermijn zie decreet)- deputatie oordeelt over legaliteit én opportuniteit- deputatie oordeelt binnen 75 d., zoniet beroep “geacht afgewezen te zijn” amendement: schrapping 150 d. verkavelingen;verlenging tot 105 d. ingeval van hoorzitting;- VR kan dossiers aanwijzen die – omwille van beperkte ruimtelijke impact of eenvoud – door ontvoogde gemeenten niet meer aan GSA-RWO moeten toegezonden worden; geen beroep meer mogelijk (art. 133/48);
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Procedure – Bijzondere procedure(art. 133/55) • Vlaamse Regering of Gedelegeerd Stedenbouwkundig Ambtenaar RWO voor MER-plichtige aanvragen of aanvragen die in aanmerking komen voor ontheffing • GSA-RWO voor niet-MER-plichtige aanvragen • Beslissing binnen de 60 d, zoniet “geacht afgewezen te zijn”(60 d worden gerekend vanaf verstrijken adviestermijnen of na ontvangst stukken Openbaar Onderzoek) • Openbaar Onderzoek duurt 60 d bij MER-plichtige aanvragen • Mogelijkheid “projectvergaderingen” (art. 135/2) • Vergunning uitvoerbaar vanaf dag 36 aanplakking(cfr. beroepstermijn voor derden bij Raad voor Vergunnings-betwistingen = 30 d => risicobeheersing)
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Procedure – Raad voor Vergunnings-betwistingen (art. 133/56 – 86)(1) • Administratief rechtscollege(zie artikelen decreet + Memorie van Toelichting) • Behandelt annulatieberoepen tegen beslissingen over SV/VKV (ook stilzwijgende), valideringsbeslissingen (As Built-attest) en weigering opname vergund geacht in VR (amendement); • Kan beslissingen vernietigen indien ze onregelmatig zijn en/of bestuur bevelen een nieuwe beslissing te nemen (of –voorlopig- schorsen op basis van een MTHEN) • Oordeelt over legaliteit; marginale toetsing aan opportuniteit • 5 raadsleden, 2 griffiers, 5 adviseurs + administratief personeel • Beroep mogelijk door aanvrager, vergunningverlenende bestuursorganen, GSA-RWO, adviesinstanties, “gehinderden”, belangenverenigingen • Geen beroep mogelijk indien geen eerder beroep bij deputatie; motieven niet bij OO of deput. aangewend niet aanvaardbaar • “Cassatieberoep” mogelijk bij Raad van State
Boek II – Titel IV. Vergunningenbeleid Procedure – Raad voor Vergunnings-betwistingen (art. 133/56 – 86)(2) • Procedure:- bijstand raadsman mogelijk- beroep binnen de 30 d - beroep via verzoekschrift (+ kopie aan verweerder en begunstigde van de vergunning of valideringsbeslissing), evt. aan te vullen met overtuigingsstukken- “griffierecht” verschuldigd- “belanghebbenden” kunnen binnen de 30 d tussenkomen- “antwoordnota”; evt. “wederantwoordnota” beroeper- zitting binnen 60 d na “laatste” nota: behandeling op tegenspraak- beslissing binnen 60 d na zitting; betekening binnen 15 d
Boek II – Titel V. Diverse bepalingen Gegevensbanken (1) • Plannen- en vergunningenregister (art. 134 – 134/5):- bestuursdocumenten (=> openbaarheid !!)- PR moet nu ook omvatten: ontwerpen van plannen, delen van plannen waarop voorkooprecht geldt, percelen die aanleiding kunnen geven tot planschadevergoeding, planbatenheffing of bestemmingswijzigingscompensatie- VR moet nu ook omvatten: As Built-attesten, meldingen, attesten woonrechten weekendverblijven (bestaan of verval), planologische attesten • Register van onbebouwde percelen:- moet nu ook omvatten: onbebouwde bouwgronden en kavels eigendom Vlaamse besturen en semipublieke rechtspersonen • “Strengere” registers doen geen afbreuk aan ontvoogding(cfr. artn. 190 – 191: Gemeente kan ontwerp van register ter goedkeuring voorleggen waarin “nieuwe” gegevens nog niet zijn vervat; gemeente moet wel aangeven tegen wanneer gegevens kunnen worden aangevuld = stappenplan)
Boek II – Titel V. Diverse bepalingen Gegevensbanken (2) • Gemeentelijk Leegstandsregister gebouwen en woningen, voorzien v.a. 1 januari 2010 • Register verwaarloosde gebouwen en woningen blijft • Inventaris leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten blijft • Vlaamse Regering wordt belast met digitale koppeling tussen bovenstaande gegevensbanken (slides 1 + 2); belangrijk analyse- en werkinstrument bij verdere uitwerking grond- en pandenbeleid • Kruispuntendatabank Betaalbaar Wonen (G&P-decreet):- bevat locatie- en prijsgegevens beschikbare bouwgronden, kavels en woningen, gegevens over recente overdrachten en indicatieve streefprijzen- toe te vertrouwen aan instelling of organisatie- bedoeld voor woningzoekenden (consulteerbaar)
Boek II – Titel V. Diverse bepalingen Stedenbouwkundig uittreksel en attest – projectvergaderingen(art. 135/1 – 2) • Stedenbouwkundig uittreksel:- informatief uittreksel uit plannen- en vergunningenregister- gemeenten zonder PR/VR, verstrekken “stedenbouwkundige inlichtingen”, cfr. BVR 1 juli 2005 • Stedenbouwkundig attest:- rechtsgevolgen (“gezaghebbend advies”)- nieuw oordeel enkel mogelijk bij fouten of na feitelijke of juridische wijzigingen, vaststellingen uit adviezen of OO- geldigheidsduur: 2 jaar • Projectvergaderingen:- cfr. reguliere procedure, eerste aanleg- periodiek evalueren i.f.v. evt. bijstelling toepassingsgebied
Boek II – Titel V. Diverse bepalingen Aanpassingen informatieverplichtingen • Stedenbouwkundig uittreksel moet niet meer worden “toegevoegd” aan onderhandse en authentieke akten van verkoop (bespaart kosten op registratierechten) • Artikel vergunningsplicht moet niet worden “overgenomen” in akten van overdracht en verdelen, “verwijzing” volstaat • Bij vonnis: i.g.v. overdracht moet nieuwe eigenaar zich verbinden herstelmaatregel uit te voeren enkel “voor zover tenuitvoerlegging van door rechter bevolen herstelmaatregel niet verjaard is” • Planbatenheffing wordt overgenomen door persoon die perceel kosteloos of bij erving of testament overneemt
Boek II – Titel V. Diverse bepalingen Aanpak permanente bewoning weekendverblijven (art. 145 – 145/3)(1) • Bevoegde planologische overheden onderzoeken of planologische oplossingen kunnen worden geboden voor bestaande knelpunten; tegen t.l. 30 april 2012 af te ronden; hierop gebaseerde RUP’s t.l. op 30 april 2015 vast te stellen; planologische oplossingen worden niet meegerekend op gemeentelijke woonquota of berekening woonbehoeften • Tegelijkertijd tijdelijk woonrecht (ten persoonlijken titel) voor degenen die op dag inwerkingtreding huidig decreet:- min. 1 jaar permanent wonen- in hoofdzakelijk vergunde constructie max. 300 m³- voldoen aan woningkwaliteitsvereisten Vlaamse Wooncode- bewoner mag geen andere woning hebben- mag aanbod voor herhuisvesting van overheid niet afslaan- niet in natuurgebied wetenschapp. waarde/natuurreservaat- tijdelijk woonrecht geldt tot en met inwerkingtreding RUP; zo vergunning functiewijziging nodig dan tot deze is afgegeven in laatste administratieve aanleg (amendement);
Boek II – Titel V. Diverse bepalingen Aanpak permanente bewoning weekendverblijven(art. 145 – 145/3)(2) • Woonrecht “aanvullend” verlengd indien geen planologische oplossing mogelijk, t.e.m. 31 december 2029, of tot latere in RUP voorziene datum (max. 31 december 2039) • Woonrecht niet enkel voor huidige bewoners maar ook voor (nieuwe) gezinsleden, maar die bouwen geen “eigenstandig” woonrecht op: bewoning moet worden gestaakt als woonrecht “permanente bewoners” uitdooft • Gedurende woonrecht kan gebruik als permanent verblijf geen aanleiding geven tot herstelmaatregel of straf; reeds voordien opgelegde herstelmaatregelen die op gebruik betrekking hebben, kunnen tijdens woonrecht niet worden uitgevoerd/dwangsommen kunnen niet verbeurd verklaard • Tijdens duur van woonrecht wordt recht om opgelegde herstelmaatregelen uit te voeren geschorst; na beëindigen kan burgemeester verbod op (permanent) wonen uitspreken en alle nuttige maatregelen nemen om verbod uit te voeren