210 likes | 435 Views
Ontwerpfilosofie van de Rijkswaterstaat. Sipke van Manen. Inhoud. Ontwerpfilosofie van de Bouwdienst Onderzoek Economische Effecten Infrastructuur (OEEI) Van OEEI naar OEI Beoordelingskader: ontwerpfilosofie van RWS Toepassing knooppunt Lankhorst. Bouwdienst Ontwerpfilosofie. Aanleiding:
E N D
Ontwerpfilosofie van de Rijkswaterstaat Sipke van Manen
Inhoud • Ontwerpfilosofie van de Bouwdienst • Onderzoek Economische Effecten Infrastructuur (OEEI) • Van OEEI naar OEI • Beoordelingskader: ontwerpfilosofie van RWS • Toepassing knooppunt Lankhorst
Bouwdienst Ontwerpfilosofie Aanleiding: Het Van Brienenoordbrug Probleem: onverwachte scheurvorming in rijdek Opdracht: Een consistente basis voor het ontwerpproces van de Bouwdienst scheppen
Additionele eisen • Al het ontwerpwerk van de Bouwdienst • Waarborg tegen fouten à la Van Brienenoord • Exploitatie, beheer, inspectie en onderhoud • Toepassen van beleid • Expliciet rekening houden met trends • De rol en wensen van de opdrachtgever • Naadloos passen in het kwaliteitssysteem
Eigenschappen ontwerpproces Ontwerpen is een: • Iteratieve beslis-activiteit waarbij wordt gezocht naar de “optimale oplossing” • Mengvorm van kunst en ambacht
Resultaat de Bouwdienst ontwerpt op basis van • het voldoen aan de gestelde functionele eisen en op basis van • het maximaliseren van het nut voor de samenleving, • vanuit een positie met maatschappelijke verantwoordelijkheid
Uitgangspunt ontwerpfilosofie • infrastructuur dient zó ontworpen te worden dat de Nederlander de beste prijs-prestatie krijgt • de ontwerp-opdracht is dus het maatschappelijk nut te maximaliseren
Consequenties • Alle kosten (stichting, onderhoud, exploitatie, mogelijk falen, slopen) • Alle baten (duurzaamheid, robuustheid, sociale veiligheid, esthetica, milieu) • Life cycle (verwachte kosten en voordelen) • Zo mogelijk: beleid, milieu, esthetica, etc. in geld uitdrukken
Consequenties • Niet-beschikbaarheid expliciet beschouwen • Faalmechanismen inventariseren • Trendanalyse • Wetten zijn randvoorwaarden • Functionele eisen volgen uit een vergelijkbare filosofie op hoger abstractieniveau
omgeving kunstwerk tracé interactie tracé-kunstwerk grens met andere systemen: - wonen - werken - natuur Inbedding component in groter geheel
OEEI Aanleiding (ca. 1995): • Prioritering MIT-projecten • Meerjarenprogramma Infrastructuur en Transport • Uiteenlopende MKBA’s Betuwelijn • Maatschappelijke Kosten-Baten Analyses • 1998: Opdracht Min EZ en Min V&W • OEEI-leidraad • Onderzoeksprogramma Economische Effecten Infrastructuur, februari 2000
Van OEEI naar OEI Evaluatie OEEI-leidraad aan de hand van 9 projecten van Nationaal Belang, mei 2002 • Iedereen enthousiast voor (M)KBA’s • Stem KBA en MER op elkaar af • Kwantificeer PM posten Van OEEI naar OEI Overzicht Effecten Infrastructuur, jan. 2003
OEI Kosten-baten analyse gebaseerd op: • economische effecten (direct en indirect) • milieu- en natuureffecten • ruimtelijke effecten (waaronder cultuurhistorische en visuele effecten) • veiligheidseffecten
Ontwerpfilosofie RWS 3 Niveaus • Overzicht Effecten Infrastructuur (OEI) (macro-niveau) • Ontwerpfilosofie Rijkswaterstaat (meso-niveau) • Bouwdienst Ontwerpfilosofie (micro-niveau)
Ontwerpfilosofie RWS Aanpak: • Ontwerpen van Beoordelingskader • Toepassing in een klein pilotproject
Beoordelingskader • Realisatie en beheer Euro’s • Verkeersdoorstroming Euro’s • Verkeersveiligheid Euro’s • Externe veiligheid • Plaatsgebonden risico randvoorw. • Groepsrisico + / 0 / - • Cultuurhistorische waarde + / 0 / - • Openheid landschap + / 0 / -
Beoordelingskader • Ecologie • Ontsnipperingsmaatregelen Euro’s • Compensatie Euro’s • Bodem en water (instandhouden) • Grondwaterkwaliteit Euro’s • Grondwaterkwantiteit Euro’s • Bodemkwaliteit Euro’s • Oppervlaktewaterkwaliteit Euro’s
Beoordelingskader • Lucht • Immissie randvoorw. • Emissie randvoorw. • Hinder (geluid en trillingen) randvoorw. • Sociale effecten + / 0 / - • Lokaal economische effecten Euro’s • Doorlooptijd Euro’s • Robuustheid + / 0 / -
Toepassing knooppunt Lankhorst Beoordelingskader (case Lankhorst) • maakt onderscheid tussen varianten • geeft alle effecten (relatief) weer • sobere ontwerpen scoren het best • vervangt de beslisser niet
Conclusies • (M)KBA’s maken besluitvorming transparanter • Er is behoefte aan een Beoordelingskader op RWS-niveau om (ontwerp-)beslissingen te ondersteunen • De acceptatie en bruikbaarheid zal groeien naarmate de vertaling van effecten naar kosten meer gestandaardiseerd wordt