No. 458

1. No. 458

2. De eerste adellijke woningen zijn sterke houten torens.

3. Op het plein rondom zo’n donjon gaat het levendig toe.

4. Het hele gezinsleven speelt zich af in één grote zaal.

5. Riddertje spelen doen kinderen maar wat graag.

6. Leren schrijven vraagt heel wat meer inspanning.

7. Komedianten trekken van burcht tot burcht.

8. Ook guitaarspelen hoort bij de opvoeding van page.

9. Het tweegevecht wordt geoefend op een pop.

10. Als de ridder ten strijde trekt, gaat de schildknaap mee.

11. De nacht voor ridderslag wordt in gebed doorgebracht.

12. De slag met zwaard maakt de schildknaap tot ridder.

13. Een ridder beschermt weerlozen en wreekt onrecht.

14. Aan het toernooi gaat een feestelijke intocht vooraf.

15. Een ridder wil graag de kleuren van zijn geliefde dagen.

16. Eerloze ridders worden letterlijk “in hun hemd” gezet.

17. Wie zal de tegenstander uit het zadel lichten.

18. Deelnemen aan een kruistocht is een ridderlijk avontuur.

19. Stenen burchten gaan de houten donjons vervangen.

20. Interieur en levensstijl zijn dan ook veranderd.